Vrije Tribune
De VDAB krijgt een nieuwe raad van bestuur. Maar hoe zit het met de governance?
Te pas en te onpas kwamen er de voorbije jaren aanvallen vanuit alle politieke hoeken over wat de VDAB wel en niet moest doen, zegt Elke Jeurissen, de afscheidnemend voorzitter van de VDAB . “Hoe scherper de Vlaamse regering in een beheersovereenkomst vastlegt wat er verwacht wordt van de VDAB , hoe beter het management haar werk kan doen.” De auteur is Elke Jeurissen, afscheidnemend voorzitter VDAB.
Vorige vrijdag kondigde Vlaams minister van Werk Zuhal Demir aan dat de raad van bestuur van de VDAB op korte termijn gewijzigd wordt. Het aantal vertegenwoordigers van de sociale partners wordt herleid tot acht, aangevuld met twee regeringscommissarissen, de gedelegeerd bestuurder en zeven nieuwe, onafhankelijke bestuurders, onder wie de voorzitter.
Mijn mandaat als voorzitter loopt tegen eind dit jaar af, zes maanden na de verkiezingen, zoals decretaal bepaald. Mijn baas was altijd het algemeen belang. Dat hoort zo bij een overheidsagentschap, gefinancierd door elk van ons. Ik ben geen kandidaat om mezelf op te volgen, maar ik heb wel een grote bezorgdheid. Voordat de raad wordt gewijzigd, moet de governance worden aangescherpt.
Zowel de vermindering van het aantal bestuursleden als het aantrekken van onafhankelijke bestuurders was een onderdeel van de strategische visienota die de huidige raad begin juli onder mijn voorzitterschap goedkeurde. Die nota werd begin juli ook overhandigd aan alle onderhandelaars. Sinds die tijd, nu bijna vier maanden geleden, werden de raad noch ikzelf uitgenodigd voor een gesprek. Ik was wel aangenaam verrast dat heel wat elementen eruit opdoken in het regeerakkoord.
Een beheersovereenkomst is onmisbaar
Wie het ook wordt in de nieuwe bestuursploeg, een beheersovereenkomst is onmisbaar voor een goede governance. Daarom vroegen we er ook naar in onze visienota. De huidige raad heeft vijf heldere strategische doelstellingen geformuleerd, naast een voorstel van meetbare KPI’s, waarover regelmatig zou worden gerapporteerd. Het gesprek over die visienota met de nieuwe voogdijminister is noodzakelijk en dringend. Tot nu is er geen positief antwoord gekomen op onze uitnodiging tot overleg met de raad.
De rolverdeling tussen de Vlaamse regering en het management ligt vast bij wet. Een verzelfstandigd agentschap zoals de VDAB moet in alle autonomie zijn opdracht kunnen uitvoeren. De praktijk was de voorbije jaren soms anders. Te pas en te onpas kwamen er aanvallen vanuit alle politieke hoeken over wat de VDAB wel en niet moest doen. Het ging daarbij bijna altijd over het hoe, terwijl dat net de bevoegdheid is van het management. Als leidend ambtenaren daarover openlijk spreken, worden ze teruggefloten door de politiek. Dat is geen deugdelijk bestuur.
Ik hoop dat de stem van de leidende ambtenaren, bestuurders van overheidsagentschappen, sociale partners, wetenschappers en parlementsleden luid zal klinken. En dat ernaar geluisterd zal worden.
Uiteraard komt het de Vlaamse regering toe aan te geven wat de VDAB moet doen en wat niet, het zogenaamde kerntakendebat. Maar maak daarover een akkoord bij de start van de legislatuur en kom er niet de hele tijd op terug. Hoe scherper de Vlaamse regering in een beheersovereenkomst vastlegt wat er verwacht wordt van de VDAB , hoe beter het management haar werk kan doen en hoe beter de raad van bestuur hen kan ondersteunen en uitdagen waar nodig. Net als in elk ander bedrijf. Het is de bindstof die nodig is voor een succesvolle hervorming, zeker nu de Vlaamse regering een besparing van 80 miljoen, of 10 procent van het budget, heeft opgelegd.
De VDAB kan niet alles zijn voor iedereen
De VDAB kan niet alles zijn voor iedereen. Durf moedige keuzes te maken, gebaseerd op de huidige realiteit van de arbeidsmarkt en wetenschappelijke inzichten. Na een audit van het Rekenhof, een extern onderzoek van Deloitte en een visienota van de huidige raad die daarmee rekening hield, ligt alles op tafel voor die keuze. Hoe de VDAB vervolgens die doelstellingen gaat invullen, dat is de taak van het management, niet van de raad en niet van de politiek. Ook dat is deugdelijk bestuur.
Minister-president Matthias Diependaele geeft in het regeerakkoord aan dat co-creatie en overleg met sociale partners een belangrijk onderdeel van de leiderschapsstijl van deze nieuwe ploeg is. Practice what you preach. Democratie, dat zijn wij allemaal samen. Ik hoop dat ook de komende maanden en jaren de stem van de leidende ambtenaren, bestuurders van overheidsagentschappen, sociale partners, wetenschappers en parlementsleden luid zal klinken. En dat ernaar geluisterd zal worden. Dat hoort zo in een democratie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier