Het visnet van de fiscus wordt groter
Voor wie het niet gevolgd heeft: de drietrapsraket van de federale regering voor de bestrijding van de fiscale fraude zet hoog in. Het begon met een actieplan dat focust op een nauwere samenwerking tussen de fiscus, de politie en justitie. Het tweede plan bood de fiscus langere onderzoeks- en aanslagtermijnen én maakte dwangsommen mogelijk voor balorige belastingplichtigen. Een onlangs aangekondigd derde actieplan verruimt de toepassing van de algemene antimisbruikbepaling tegen het gebruik van fiscale voordelen of gunstregimes. Opnieuw een kerstcadeau in de vorm van meer macht voor de fiscus.
Voor alle duidelijkheid: fiscaal misbruik in zijn huidige vorm is geen fraude. Fraude is het wetens en willens niet aangeven van inkomsten, met het bedrieglijke opzet belasting te ontduiken. Fiscaal misbruik is gebruikmaken van een fiscaal voordeel of het vermijden van een belasting, en daarbij in strijd met het doel van de wetgever handelen, zonder bedrieglijk opzet. Sinds 2012 kan de fiscus optreden tegen die vorm van misbruik. Maar door de complexiteit en de veranderlijkheid van de wetgeving is niet altijd duidelijk welk doel een fiscale wetsbepaling heeft en of die geschonden is. De fiscus moet dat misbruik bewijzen, de belastingplichtige moet het tegenbewijs leveren en niet-fiscale motieven aantonen. Als die er zijn, is er geen fiscaal misbruik in het spel – denk aan de creatie van een holdingstructuur voor familiale en patrimoniale successieplanning.
Waarom wordt de complexiteit van de fiscale wetgeving doorgeschoven naar de belastingplichtigen? Zij hebben het kader niet gecreëerd.
In verschillende dossiers werd de fiscus al teruggefloten. Het nieuwe plan beoogt de definitie van fiscaal misbruik te verruimen. De fiscus hoeft dan niet meer te bewijzen dat een specifieke wetsbepaling is geschonden, het volstaat dat het belastingvoordeel in strijd is met het “doel van het toepasselijke belastingrecht.” Wat het doel van dat belastingrecht in de visie van de fiscus is, laat zich raden: belasten. Nochtans stelt de grondwet dat er geen belasting geheven kan worden dan door een wet. In het nieuwe plan kan de belastingplichtige niet langer een tegenbewijs leveren door te wijzen op niet-fiscale motieven. Enkel zakelijke of economische redenen tellen, een reden van familiale of vermogensrechtelijke aard zou niet meer mogelijk zijn.
Waarom steekt de regering de hand niet in eigen boezem en probeert ze de wetgeving niet transparanter en eenvoudiger maken, bijvoorbeeld door die te vereenvoudigen, of door minder gefragmenteerd te werken in functie van doelgroepen? Of er kan worden ingezet op een grotere bereikbaarheid van de fiscus. Persoonlijk rechtstreeks overleg zou ondernemers en particulieren meer zekerheid bieden. Waarom wordt de complexiteit van de fiscale wetgeving doorgeschoven naar de belastingplichtigen? Zij hebben het kader niet gecreëerd. Ze moeten alleen proberen zich erin te bewegen zonder kleerscheuren.
Door het uitblijven van een fiscale hervorming krijgen belastingplichtigen nu een behoorlijk eenzijdige hervorming, grotendeels in hun nadeel. Ik doe graag een warme oproep aan de minister van Financiën om rekening te houden met de kwetsbaarheid van de ondernemers en particulieren die geconfronteerd worden met fiscale controles en het daaraan geregeld gekoppelde machtsvertoon, wat vaak uitmondt in een lange zware financiële en psychologische strijd. Misschien is dat strijdveld niet altijd zichtbaar voor onze beleidsvoerders en zijn ze te zeer verblind door de fiscale misstappen van enkelingen. Ik blijf ervan overtuigd: een fiscaal charter dat streeft naar bereikbaarheid en naar een evenwicht tussen de fiscus en de burger komt zowel de overheid als de belastingplichtigen ten goede.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier