Het zou strafbaar moeten zijn om begin december al terug te blikken op het beursjaar, maar goed, de kerstverlichting hangt ook al overal uit, terwijl de Sint het land nog niet uit is. En aangezien dit mijn laatste column voor 2025 is, maak ik nu al schaamteloos de balans op: hoe heb ik dit jaar beleefd als belegger? Het was het jaar waarin ik publiekelijk kleur bekende als moslimbelegger, en waarin islamitisch beleggen in België eindelijk zijn neus aan het venster stak. Dat roept natuurlijk vragen op. Zeker in een jaar waarin de beurskoersen rare sprongen maken. Wanneer krantenkoppen schreeuwen over AI-bubbels en crashes, krijg ik steevast de vraag van andere moslims: “Hoe rijm je die onzekerheid op de beurs met de islam? Is dat geen gokken?”
Het antwoord ligt in het fundamentele verschil tussen het casino en investeren. Gokken is een zero sum game: de winst van de een is het directe verlies van de ander. Investeren is een positive sum game: beleggers en ondernemers winnen en verliezen samen. Als het aandeel van Tesla daalt, voelt Elon Musk dezelfde pijn als de kleine belegger met één aandeel. Dat gedeelde risico is precies wat de islam voorschrijft.
Toch heerst er verwarring. De islam verbiedt gharar (onzekerheid), en is 2025 niet hét jaar van de onzekerheid? Er is nog altijd oorlog in Europa. Door Trump hapert de vrijhandel. En overal rijzen de staatsschulden de pan uit. Maar gharar gaat niet over marktschommelingen. Het gaat over ontransparante transacties. Denk aan het videospel EA Sports FC, waar je met echt geld een digitaal pakketje spelers koopt, zonder te weten wie erin zit. Met heel veel geluk krijg je een sterspeler als Kylian Mbappé, maar de kans is groot dat je eindigt met een reservespeler uit de Noorse tweede klasse. Je betaalt voor een blinde gok. Dát is gharar. Denk aan de mortgage-backed securities die in 2007 aan de basis van de financiële crisis lagen.
Ik omarm ghurm: ik accepteer dat ik niet kan voorspellen wat er volgend jaar gebeurt, maar ik vertrouw op de waarde van wat ik bezit
Daartegenover staat ghurm: ondernemersrisico. Als je een aandeel koopt, koop je geen lotje uit de loterij, maar een stukje eigendom in een bedrijf. Je weet wat je koopt, maar de toekomst van dat bedrijf is onzeker. Die onzekerheid is gezond. Je betaalt een prijs voor de toekomstige waarde van bedrijven, en die is niet per se gelijk aan de prijs die de markt ervoor geeft. Het verschil tussen wat jij het bedrijf waard vindt en wat de markt ervoor wil geven, is de beloning voor het risico dat je neemt om te investeren.
En het grootste risico zit niet in volatiele beurskoersen op korte termijn, maar in de prijs die we betalen voor de toekomst. Het rendement dat beleggers vandaag krijgen via AI-aandelen is een enorm voorschot daarop. En vroeg of laat wordt duidelijk of je dat voorschot mag houden of weer moet inleveren. Wanneer, dat weet niemand. Ook niet de hele stoet analisten die straks weer klaarstaat met voorspellingen voor 2026. Negeer die onzin. Hun trackrecord bewijst vooral één ding: ze slagen er bijna elk jaar in om er faliekant naast te zitten.
Ik omarm ghurm: ik accepteer dat ik niet kan voorspellen wat er volgend jaar gebeurt, maar ik vertrouw op de waarde van wat ik bezit. Ik loop dit jaar wat achter omdat ik niet tjokvol belegd zit in AI-aandelen, maar ik weet dat de beurs op korte termijn een stemmachine is en op lange termijn een weegschaal. Zolang ik weet wat op die weegschaal ligt, slaap ik ondanks alle onzekerheid als een roos.
Want laten we eerlijk zijn: in de huidige stierenmarkt, die al twee jaar duurt, lijkt de beurs soms op de Sint die uit pure goedheid met cadeautjes strooit. Maar de beurs is geen Sinterklaas. Wie nu blindelings meedoet, moet niet schrikken als de rekening later gepresenteerd wordt. Op lange termijn krijg je precies waarvoor je betaalt. En dat is, in tegenstelling tot dat FIFA-pakketje, de enige zekerheid die je hebt.