Pieter Timmermans (VBO)

‘Deze keer moet de regering fundamenteel ingrijpen’

Pieter Timmermans (VBO) Gedelegeerd Bestuurder van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO)

Om onze begroting op lange termijn op orde te krijgen, mogen we niet opnieuw kiezen voor symboolmaatregelen en een kortetermijnvisie. Dat vergt politieke moed en staatsmanschap.

Het is intussen typerend voor het begrotingsoverleg. Symbooldossiers gekozen op basis van twijfelachtige, ideologisch gekleurde argumenten passeren de revue. Dossier per dossier zoekt men moeizaam naar een consensus om de tabellen stilaan maar zeker van donkerrood naar een iets lichtere tint in te kleuren. Tot uiteindelijk ‘de finish’ wordt gehaald en er overal opluchting heerst: de cijfers kloppen.

Wie een begroting vooral artificieel in evenwicht brengt met boekhoudkundige ingrepen en kortetermijnsymbolen, kan misschien even opgelucht ademhalen omdat het plaatje klopt op papier. Maar al snel zal blijken dat we meer fout dan goed deden. En dat de fundamentele onevenwichten in ons systeem, die echt aan de basis liggen van onze nationale geldnood, onaangeroerd zijn. 

Het gevolg? We krijgen de werkelijkheid ook straks weer als een boemerang terug in het gezicht. Groter. Complexer. Hardnekkiger.

Het echte probleem

De feiten spreken voor zich. Ons overheidsapparaat geeft veel meer uit dan in vergelijkbare landen, met minder resultaat. We heffen hoge belastingen, maar verstikken daarmee de sectoren die groei genereren. We investeren, maar kiezen symboolprojecten boven strategisch rendement. We bezuinigen, maar steeds ad hoc.

De cijfers liegen niet . Ons begrotingstekort bedraagt volgens de Europese Commissie 4,6 procent van het bbp in 2024 en zou volgens het Monitoringcomité in 2025 oplopen tot 5,9 procent, en zonder structurele ingrepen zelfs tot 6,9 procent in 2030. De overheidsschuld dreigt tegen 2030 naar bijna 125 procent van het bbp te klimmen. En met een overheidsbeslag van 55,7 procent in 2025 zijn we Europees nummer twee na Frankrijk, ruim boven de 43 procent in Duitsland en 46 procent in Nederland. 

Systeemfouten vragen om fundamentele ingrepen. En hoewel die om meer politieke moed vragen dan een rondje boekhouden, zijn de opportuniteiten om structureel in te grijpen en duurzaam het verschil te maken legio.

Structurele ingrepen

Fundamentele hervormingen draaien om drie dingen: besparen waar geld geen waarde creëert, duurzaam investeren daar waar het structureel rendeert en inkomsten genereren die de overheid en haar kerntaken op een stabiele wijze financieren en de economie tegelijk zo weinig mogelijk schade toebrengen.

Het overheidsbeslag terugdringen. Automatisering en artificiële intelligentie kunnen ambtenaren ontlasten van routinematig werk, zodat ze een grotere toegevoegde waarde kunnen leveren. Dankzij die investering gekoppeld aan slimme aanwervingsstops, komt er heel wat ruimte voor echte investeringen en structurele besparingen. Voor België, met jaarlijks circa 80 miljard euro overheidsuitgaven aan personeel en werking, betekent zelfs 10 procent efficiëntiewinst een besparing van 8 miljard euro.

Arbeidsongeschiktheid aanpakken. In België zijn meer dan een half miljoen mensen langdurig ziek. Uit cijfers van het Riziv bleek onlangs dat 27 procent van de mensen die officieel als invalide erkend zijn, wel geschikt zou zijn om te werken. We kunnen het ons niet veroorloven om zoveel talent af te schrijven. Het systeem moet radicaal hervormd worden en voldoende focussen op het arbeidspotentieel van de mensen in plaats van louter op de pathologie. We moeten naar een beleid dat preventief werkt en mensen ondersteunt om terug aan het werk te gaan. Er is daarbij nood aan evenwichtige en gelijkwaardige responsabilisering van de werkgevers, werknemers, ziekenfondsen en artsen. Zelfs één procentpunt daling van het aantal langdurig arbeidsongeschikten, zou goed zijn voor een paar duizenden mensen die weer bijdragen in plaats van een uitkering te ontvangen.

De administratieve lasten drastisch verlagen: Belgische ondernemers verliezen kostbare tijd aan bureaucratie die elders al lang is gedigitaliseerd of geschrapt. Digitale vergunningen, geschrapte dubbele controles en eenmalige gegevensinvoer volgens het once-only principe kunnen die last halveren. 30% minder administratieve lasten zou volgens OESO-ramingen de productiviteit van kmo’s met 2 tot 3% verhogen, goed voor een potentiële extra economische groei van 0,5% van het bbp. 

Gunstige voorwaarden voor economische groei. De slimste inkomstenstrategie begint bij het scheppen van gunstige voorwaarden voor een duurzame economische groei. Dat vraagt om een versterking van ons industrieel weefsel, de investering in hoogtechnologische sectoren en onderzoek & ontwikkeling, en de uitbouw van een sterke circulaire economie. Door ondernemerschap aan te moedigen en investeringen aan te trekken, ontstaat een robuust en duurzaam economisch model dat innovatie stimuleert, ons concurrentievermogen versterkt en werkgelegenheid creëert.

Politieke moed en staatsmanschap

In tegenstelling tot de ‘quick fixes’ die louter op papier budgettair soelaas brengen, moeten structurele ingrepen per definitie stapsgewijs worden doorgevoerd. Europa schrijft voor dat België tegen 2030 onder een tekort van 3 procent moet zitten. We moeten vandaag dan ook versneld de fundamenten leggen voor hervormingen waarvan we binnen vier jaar de eerste vruchten kunnen plukken. Dat vraagt politieke moed en staatsmanschap: durven te beslissen in het belang van onze welvaart, ook als de erkenning pas bij een volgende regering terechtkomt.

De komende weken zijn bepalend voor onze koers. Kiezen we echt opnieuw voor symboolmaatregelen, creatief boekhouden en kortetermijndenken tot we het zelfs op papier niet meer redden?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise