Stijn Fockedey
Van Hool: ‘De parking’ van Vlaanderen voelt zich kwetsbaar
De Vlaamse regering worstelt met een breuklijn: de grootsteden versus de periferie, ‘de parking’.
De zware herstructurering bij de busbouwer Van Hool komt hard binnen. Omdat het wellicht niet genoeg is een iconisch industrieel bedrijf van het nakende faillissement te redden en omdat het bedrijf zo verweven is met de Lierse deelgemeente Koningshooikt.
Dit is een lokaal economisch trauma zoals de sluiting van Ford Genk en de koolmijnen in Limburg destijds. Het is triest dat PVDA en Vlaams Belang de schuld in de schoenen van de Vlaamse regering schuiven, omdat De Lijn bij een Chinese concurrent van Van Hool bussen heeft besteld. Dat is het verdriet en de frustratie van de getroffen gezinnen misbruiken. Een verkeerde gok op waterstof en een familiale vete bij de aandeelhouder zijn de hoofdoorzaken van de neergang bij Van Hool.
De politiek is niet verantwoordelijk voor het falen van Van Hool. Een overreactie zou tragisch zijn. Een bedrijf boven water houden dat verkeerde keuzes heeft gemaakt, is een bijzonder slecht idee. De Vlaamse regering zou dan de fouten maken die ze Wallonië al decennia verwijt. De politiek moet in zulke omstandigheden jammer genoeg aan de zijlijn blijven, maar kan wel empathie en perspectief bieden.
Daarbij is het de plicht van de overheid zich voor te bereiden op het ergste scenario, een faillissement. Er moet een reconversieplan klaarliggen. Schrap voor de financiering van dat plan desnoods wat subsidies of steek de bouw van het peperdure Antwerpse ‘culinaire belevingscentrum’ (38 miljoen euro!) in de koelkast.
Dat laatste zou een sterk signaal zijn, want de Vlaamse regering worstelt met een breuklijn: de grootsteden versus de periferie, ‘de parking’. Vanuit de kleine steden en het platteland wordt jaloers gekeken naar Gent en Antwerpen, die de Vlaamse geldstromen naar de gemeenten domineren, en naar de grote investeringen in infrastructuur die daar gebeuren.
De ‘parking’ voelt zich kwetsbaar en machteloos. De nieuwe boerenblokkade in de havens accentueert die breuklijn des te meer. In het stikstofdossier moet deze Vlaamse regering een harde, maar noodzakelijke beslissing nemen om de veeteelt te doen krimpen en zo ademruimte te creëren voor de industrie. Maar de Vlaamse regering heeft de voorbije jaren een potje van het stikstofdossier gemaakt en zo de woede aangewakkerd.
Het bevestigt de perceptie dat alles vanuit Brussel of Antwerpen beslist wordt, vaak in het nadeel van de periferie. Voor de ethaankraker van Ineos in de Antwerpse haven wordt hemel en aarde bewogen, maar de landbouw en veeteelt worden streng aangepakt voor stikstof. De perceptie van benadeling heeft wel degelijk een grond van waarheid. De minder gediversifieerde periferie is kwetsbaar. De sterke economische kernen rond de havens en rond de grootsteden kunnen gemakkelijker een vuist maken tegen de desindustrialisering en ander economisch onheil. Ze zijn minder afhankelijk van één sector of één bedrijf.
Natuurlijk ziet de toekomst er niet zo somber uit. De schok door Van Hool is nu groot, maar Koningshooikt is ingebed in een bedrijvige regio met een lage werkloosheid. Toch staat de economie van de periferie onder druk. Het gaat vaak om kleine kmo’s in de bouw, de maakindustrie, de intensieve landbouw en veeteelt. Die zullen zich moeten heruitvinden.
Deze week trapt de Vlaamse regering Flanders Technology & Innovation af. Een reeks festivals in verschillende grote steden moet de innovatieve spirit van Vlaanderen in de verf zetten. Deze Vlaamse regering had gehoopt er een ererondje voor de verkiezingen van juni van te maken. Van Hool en de boerenblokkades vergallen dat feest, maar het is een broodnodige realitycheck: de periferie, het oude Vlaanderen, wil aandacht. De weerbaarheid van de Vlaamse economie wordt nog eens op de proef gesteld.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier