Rudy Aernoudt
‘De krimping van de geldhoeveelheid voorspelt niets goeds’
Het geld groeit niet aan de bomen, zegt het spreekwoord. Nee, het geld groeit in de balansen van de Europese Centrale Bank. Dertien jaar na elkaar groeide de geldhoeveelheid, maar eind augustus 2023 volgde de eerste krimp. Wat betekent dat precies?
Sinds de financiële crisis van 2008, en versterkt door de covidcrisis, deden de centrale banken niets anders dan de spreekwoordelijke geldkraan open te draaien. Het geconsolideerde balanstotaal van de Europese Centrale Bank (ECB) bedroeg in 2007, voor de financiële crisis, 1.200 miljard euro of 13 procent van het Europese bruto binnenlands prodcut (bbp) om in 2021 8.564 miljard euro te bedragen, gelijk aan 70 procent van de Europese economie. Die gezwollen balansen (in het latijn: inflare) leidden in 2022, samen met de energiecrisis, tot hoge inflatiecijfers. De geldscheppers van weleer gingen in paniek op de rem staan en probeerden de geldexpansie te stoppen, hoofdzakelijk door de rente te doen stijgen. Het balanstotaal eind 2022 bedroeg ‘slechts’ 7.956 miljard euro, nog steeds uiterst ver boven het niveau van voor de crisis.
Geldhoeveelheid krimpt
Die restrictieve politiek met de bijbehorende hoge rente – de basisrente steeg van -0,5 naar 3,75 procent in één jaar tijd – leidde ertoe dat de inflatie naar normalere niveaus kwam (nog steeds boven de 2 procentdoelstelling), maar tezelfdertijd werd daarmee de economische groei gefnuikt en bereikten we een quasi nulgroei – slechts 0,3 procent in het jongste kwartaal – in Europa in 2023. Dat leidt op zijn beurt tot een stagnatie van de kredietverlening aan de particuliere sector. De geldhoeveelheid (deposito’s, leningen, cash en diverse financiële instrumenten) in de eurozone is daardoor eind augustus 2023 voor het eerst sinds 2010 gekrompen.
Misschien moeten we gewoon stoppen met te denken dat men de economie kan aanzwengelen of temperen door geldschepping of geldinkrimping.
Waar het balanstotaal in 2007 hoofdzakelijk bestond uit bankkredieten, bestaat de bijna 8 biljoen euro nu ook uit overheids- en ondernemingsschulden. Maar liefst 20 procent van alle Europese ondernemingsschulden zijn in handen van de ECB. Als ondernemingen door de stijgende inflatiedruk op lonen en grondstoffen hun kredieten niet meer kunnen honoreren, zou dat een gigantisch probleem opleveren voor de ECB. En over de financiële toestand van veel overheden kunnen we maar beter zwijgen.
Ironie van de geldschepping
Samengevat, door de enorme geldschepping creëer je inflatie. Ik vergelijk het met een ketchuptube waar men blijft op duwen zonder succes, en plots floept het eruit. Verrast door de omvang van de inflatie, gaan de centrale banken dan op de rem staan en fnuiken ze de economie, wat het hun schuldenaars moeilijker maakt hun kredieten terug te betalen. De economische activiteit zal verder vertragen en de inflatiedruk zal afnemen. Daardoor zal ook de rente opnieuw dalen. Maar als de economische groei tegen dan volledig stilvalt, zal zelfs een lage rente niet tot voldoende kredietvraag leiden. De krimping van de geldhoeveelheid voorspelt dus niets goeds.
De inflatieregel
Misschien moeten we gewoon stoppen met te denken dat men de economie kan aanzwengelen of temperen door geldschepping of geldinkrimping. Het monetaire beleid zou beter gewoon de geldschepping koppelen aan de economische groei. Die regel, gebaseerd op de monetaire econoom Milton Friedman, zou de beste garantie zijn opdat een economie en een economische groei gebaseerd zouden zijn op reële goederen- en dienstentransacties, waarbij het geld er enkel toe dient de transacties te vergemakkelijken. Was dat niet de reden van de eerste geldcreatie?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier