Jef Wellens
‘De fiscus schiet alweer met een kanon op een mug’
De belastingvrijstelling voor een bedrijfsfiets gaat niet meer op als u uw werkelijke beroepskosten inbrengt in uw belastingaangifte.
De federale regering, nu in lopende zaken, heeft zwaar ingezet op de vergroening van het wagenpark, met een fiscaal afgedwongen transitie naar elektrische wagens. Ook het fietsgebruik werd gestimuleerd door de belastingvrije kilometervergoeding, die bedrijven aan hun fietsend personeel kunnen toekennen, te verhogen van 27 naar 35 cent (na de indexering dit jaar 36 cent). Het voordeel van een bedrijfsfiets is trouwens al jaren vrijgesteld van belasting, als die ‘fiets van de baas’ ook voor het woon-werkverkeer wordt gebruikt. Bovendien zijn beide vrijstellingen – van de vergoeding en van het voordeel – nog altijd cumuleerbaar als u naast een bedrijfsfiets ook een fietskilometervergoeding zou krijgen.
Toch zit er sinds kort een addertje onder het gras. De belastingvrijstellingen gaan niet meer op als u uw werkelijke beroepskosten bewijst en inbrengt in uw belastingaangifte. De vrijstellingen worden nog enkel toegekend aan werknemers en bedrijfsleiders die hun beroepskosten niet bewijzen, maar genoegen nemen met het wettelijke, automatisch toegekende kostenforfait.
Maar eigenlijk is dat een non-issue. Slechts een half procent van de werknemers bewijst zijn werkelijke beroepskosten nog. Door het veel gullere wettelijke kostenforfait en de inperking van de aftrekbare beroepskosten is de groep ‘kostenbewijzers’ vandaag vrijwel verwaarloosbaar. Ruim 99 van de 100 werknemers bewijzen hun kosten niet. Voor hen is het voordeel van alle aard uit een bedrijfsfiets en de fietskilometervergoeding voor het woon-werkverkeer per definitie vrijgesteld.
Toch moet de werkgever de bedragen van dat voordeel en die vergoeding vanaf dit jaar altijd op de fiscale inkomstenfiche vermelden, als een in principe belastbaar loon. Die nieuwe verplichting is ingevoerd om de controletaken van de fiscus te vergemakkelijken, lees: te automatiseren. Als Tax-on-Web die ene werknemer in het bedrijf detecteert die toch nog zijn beroepskosten bewijst, kan het voordeel van de bedrijfsfiets en de fietskilometervergoeding, die via de fiscale fiches elektronisch worden doorgegeven, automatisch worden belast, zonder controle of bevraging van de werknemer. Dat gaat dan wel ten koste van de tweehonderd andere werknemers in dat bedrijf die hun kosten niet bewijzen, en van wie de belastingvrije voordelen en vergoedingen ook op de fiches moeten worden vermeld, zonder verder fiscaal nut: de ‘belastbare’ bedragen belanden in de eigenlijke belastingaangifte en worden daar vervolgens opnieuw vrijgesteld.
Voor de fietskilometervergoedingen stelt de nieuwe ficheverplichting geen probleem: dat is niets meer dan het uit de boekhouding kopiëren van een al bekend bedrag. Maar bij de ‘voordelen van alle aard’ van de bedrijfsfiets komt er heel wat meer kijken. Het voordeel is geen vast bedrag, maar moet voor iedere werknemer afzonderlijk worden geraamd en hangt af van meerdere factoren. Zoveel dat de fiscus er een uitgebreide omzendbrief aan wijdde om werkgevers toe te lichten hoe het voordeel van een bedrijfsfiets, in alle mogelijke scenario’s, precies moet worden geraamd.
Vroeger kon het voordeel van een bedrijfsfiets ook belastbaar zijn – bijvoorbeeld als die nooit voor het woon-werkverkeer werd gebruikt – maar gold er geen algemene ficheverplichting. De belasting van het voordeel hing dan af van een individuele controle. In het digitale tijdperk is het de wens van de fiscus dat zo’n controle volledig ‘geautomatiseerd’ verloopt, ten koste van een onevenredige administratieve last voor de werkgevers. Na de invoering van de verplichte aangiftebijlagen voor huurders vorig jaar schiet de fiscus zo alweer met een kanon op een mug.
De auteur is fiscalist bij Wolters Kluwer
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier