Marc Buelens

‘De Amerikanen zijn oké, de systemen al lang niet meer’

Marc Buelens Professor-emeritus aan de Vlerick Business School.

Ik schrijf deze column op de terugvlucht na drie weken verblijf in de Verenigde Staten, mijn lievelingsvakantieland. Hoe onverdraagzaam het politieke systeem er ook is, de mensen die je er ontmoet, zijn supervriendelijk. Ach ja, hun vriendelijkheid is zogezegd oppervlakkig, maar ze helpen je spontaan, merken op dat je een probleem hebt en vertellen graag over hun leven. Ook als er geen fooi te verdienen is.

De Amerikanen hebben zich echter georganiseerd in systemen die al lang niet meer deugen. Hun gezondheidszorg is peperduur en weinig performant. Het onderwijs is al tientallen jaren een zorgenkind. En het politieke systeem is tot op het bot verrot. Staar je niet blind op die ene narcist aan de top. De Amerikanen hebben hem willens en wetens verkozen en ze blijven relatief enthousiast over de man. Niet dat ze tevreden zijn over hun politieke leiders, integendeel, maar voor velen is Trump nog de minst erge kwaal. Het ironische is dat de entourage rond Joe Biden overduidelijk tegen het Amerikaanse volk gelogen heeft op een zelden geziene schaal.

Aan Trump weten de kiezers tenminste wat ze hebben. Een corrupte man, een veroordeelde misdadiger met een brutale smoel. Iemand die de dingen op zijn manier aanpakt. In een motel zag ik een ondubbelzinnige uitspraak door een kartonnen John Wayne: “Bij ons is een kogel het alternatief voor een lamlendig traag gerechtelijk onderzoek.” Dat is een taal die veel Amerikanen blijkbaar appreciëren. Ik schrok toen ik vaststelde hoe een wandelpad in een canyon de naam droeg van Butch Cassidy, een beruchte crimineel. De Amerikanen hebben af en toe vreemde helden: Al Capone, Bonnie en Clyde, en nu Donald Trump.

Hoe kun je je prijzen zo ondoorzichtig houden in een land dat de vrije markt als een god vereert?

Hun systemen zijn al lang niet meer zelfregulerend. De Founding Fathers wilden een evenwicht, extreme checks-and-balances tussen de machten. Het mocht allemaal niet te veel veranderen en er mocht vooral nooit iemand aan de macht komen die zich zou gedragen als een koning. De Amerikanen aanvaarden (voorlopig?) het omgekeerde.

Ik was in de Verenigde Staten als toerist en was op één gebied gelijkgeschakeld met de locals: de horeca. Ik had de horrorverhalen gelezen over de ontsporing van het fooisysteem. Trump en Harris hadden beloofd de fooien belastingvrij te maken. De eerste avond in Washington lazen we tot onze verbazing dat de menuprijzen bij de afrekening met 5 procent zouden worden verhoogd omwille van de kosten van levensonderhoud. Met de nadrukkelijke waarschuwing: dit is geen fooi, gewoon een op het menu niet zichtbare prijsverhoging. Ik wist al dat je moest opletten met hun voorgeprogrammeerde fooikeuze, en ja hoor, je kon een fooi van 30 procent geven. In Denver kreeg je nog een extra prijsverhoging voor het openbaar vervoer en betaalden we 3 procent meer omdat we met een kredietkaart betaalden. Ziekelijk. Grappig vond ik dan weer de prijs van mijn eerste volledige gerobotiseerde cocktail. Bij de afrekening werd zonder inspraak 10 procent fooi aan de rekening toegevoegd. Uit onderzoek blijkt dat de Amerikanen het kotsbeu zijn. Hun reactie? Niet zozeer lagere fooien geven, maar goedkoper buitenhuis gaan eten, minder dure wijn bestellen of geen dessert meer nemen. Een medereiziger citeerde Obelix: “Ils sont fous, ces Américains!

Hoe kun je je prijzen zo ondoorzichtig houden in een land dat de vrije markt als een god vereert? Je weet nooit wat je zal betalen. In alle vriendelijkheid legden ze mij nog eens uit dat zelfs in één enkele staat het percentage belastingen op je waar heel sterk kan verschillen. Wat een van de grote sterktes van de Verenigde Staten was, de efficiënte en supervriendelijke horecaservice, brokkelt zienderogen af. Weer een systeem naar de vaantjes. De Grote Leider zal dat allemaal wel oplossen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content