‘Centrale bankiers varen steeds meer in de mist’
Sinds maart 2022 zitten de Verenigde Staten in een nieuwe, opwaartse rentecyclus in, na ruim drie jaar waarin de Amerikaanse centrale bank geen enkele keer de rente had verhoogd. Intussen is het een heftige opwaartse cyclus geworden, met een rist forse renteverhogingen. De Amerikaanse basisrente begint voor het eerst sinds september 2007 weer met het cijfer 5, want ook deze keer kon de Federal Reserve niet anders dan de basisrente nog een keer met 25 basispunten (0,25%) optrekken. Een dag later deed de Europese Centrale Bank hetzelfde. De ECB heeft pas in juli vorig jaar het startschot voor renteverhogingen gegeven en hinkt nog achterop.
Onrealistische verwachtingen
Op de aangekondigde beslissing van de centrale banken waren de financiële markten voorbereid. Alle polls hadden aangegeven dat zowel de Fed als de ECB de basisrente met 25 basispunten zou optrekken. Maar eigenlijk wil iedereen al de volgende stap horen, en het liefst al weten wat de volgende maanden zal volgen. Op dat gebied moeten we de economen, strategen en beleggers toch tot meer realisme aanzetten. Het verwachtingspatroon ligt veel te hoog. De tijd dat de centrale bankiers alleen maar konden pleasen en de markten geven wat ze verlangen, is al enige tijd voorbij, ook op het gebied van voorspelbaarheid. Ze varen steeds meer in de mist.
We geven al geruime tijd aan dat de centrale banken voor een aartsmoeilijke opdracht staan en zich als evenwichtskunstenaars moeten gedragen. Ze begeven zich op glad ijs. Aan de ene kant is er de belofte en de opdracht om de inflatie te bestrijden, maar aan de andere kant moeten ze ook aandacht hebben voor de impact op de rest. Bewust staat hier ‘de rest’ en niet ‘de economie’. Het gaat om meer dan het gevaar op een recessie. Het gaat onder meer ook om het niet uit de hand laten lopen van de situatie in de banksector. Of om het niet laten onderuitgaan van de vastgoedmarkt.
Discussie
De centrale banken hebben het zichzelf natuurlijk moeilijk gemaakt door lange tijd de oplopende inflatie in 2021 als tijdelijk (transitory) te beschouwen. Pas in maart 2022, na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne, voerde de Fed een eerste, schuchtere renteverhoging door. Op dat moment had de inflatie in de VS met 8 procent al het hoogste niveau in veertig jaar bereikt.
De ECB wachtte nog langer. Dat heeft de huidige opwaartse rentecyclus een heel ruw karakter gegeven. Een ideaal scenario voor het monetair beleid is er dan ook al enige tijd niet meer. Het zal nu discussiëren zijn, vergadering na vergadering, precies omdat de centrale bankiers met zoveel elementen moeten rekening houden en zoveel ballen tegelijk in de lucht moeten houden. De periode van een heel voorspelbaar rentebeleid ligt achter ons door de terugkeer van inflatie, die taaier is dan verhoopt.
De markten willen dat maar moeilijk accepteren. Ze willen centrale bankiers die zich heel duidelijk uitspreken, een klaar en helder beeld van wat komen zal. Dat is onrealistisch! Fed-voorzitter Jerome Powell en ECB-voorzitter Christine Lagarde konden niet klaar en duidelijk zeggen wanneer de zo verlangde pauze in de renteverhogingen er zal komen. Ze zijn gebonden door de data (inflatie, werkgelegenheid).
Powell wilde bovendien vooral de marktverwachting dat er nog voor het einde van 2023 renteverlagingen zouden komen, de kop indrukken. Een vingerwijziging naar het blijvend onderschatten van de taaiheid van inflatie door analisten en beleggers. “De inflatie is te hoog voor te lange tijd”, zeggen Powell en Lagarde in koor.
De kans dat de discussies in de centrale banken heftiger zullen worden, neemt hand over hand toe. Het fenomeen van toenemende onenigheid en dus leden van monetaire instanties die niet met één stem zullen spreken, zagen we trouwens ook al de voorbije weken.
Eigen prognoses maken
Almaar meer economen en beleggers blikken dan ook met heimwee terug naar de voorbije jaren, toen de centrale bankiers een forward guidance gaven, die voor een jaar gold. Die periode is voorbij en niet alleen voor de eerstvolgende maanden. De markten zullen weer hun eigen prognoses moeten maken, minder ‘gegidst’ door de centrale bankiers. Meer volatiliteit op de markten is dan ook onvermijdelijk.
Op zich zou dat geen drama mogen zijn. Decennia geleden was het altijd zo, maar toen was de impact van de rentebeslissingen op de financiële markten niet zo extreem. Het afgelopen decennium moeten we vaststellen dat de grote, algemene marktbewegingen vooral door het monetair beleid zijn bepaald. Vandaar de zenuwachtigheid in de aanloop naar de volgende vergadering van de centrale banken. Dus moeten we maar hopen dat de centrale banken in de loop van het jaar niet voor de verscheurende keuze komen te staan tussen pest (loslaten van inflatie) en cholera (recessie, vastgoedcrisis, uitbreidende bankencrisis). Dat zou ongetwijfeld een einde maken aan het herstel dat de financiële markten sinds vorig najaar hebben gekend.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier