Mohamed Ouaamari

‘Van een broodje grillworst van 7 euro in Marokko tot een door Reddit gestuurd memeaandeel: hypes kosten geld’

“Of het nu gaat om een broodje grillworst van 7 euro in Marokko of een door Reddit gestuurde memestock, het principe is hetzelfde: hypes kosten geld”, schrijft Mohamed Ouaamari.

Ook deze zomer zijn we niet gespaard gebleven van grote rampen. Bosbranden teisterden Zuid-Frankrijk en Spanje. En alsof de natuur nog niet genoeg miserie had aangericht, vatte ook het hoofdpodium van Tomorrowland vlam. Voor de duizenden festivalgangers die vol ongeloof naar de beelden van de vlammenzee staarden, voelde het als een symbolische brandstapel voor hun twijfelachtige muzieksmaak.

Te midden van de bosbranden en andere catastrofes was er één drama dat de gemoederen echt verhitte onder Marokkaanse Europeanen: de prijs van een broodje grillworst in Marokko. Op vakantie in hun moederland deelden ze online kassatickets van een broodje van maar liefst 7 euro. 7 euro! De verontwaardiging over de “schaamteloze uitbuiting” was groot.

Je hoeft nochtans geen Nobelprijswinnaar economie te zijn om te begrijpen wat er gebeurt als een enorme groep mensen met een relatief grote koopkracht zich op hetzelfde moment op een beperkt aanbod stort. De prijzen stijgen. Het is geen complot van de lokale bevolking. Het is pure, onversneden marktwerking.

Niemand drukt een pistool tegen je slaap en dwingt je in de duurste, meest gehypete beachbars aan de Marokkaanse kust te gaan samenhokken met alle andere Europese Marokkanen. Dat broodje grillworst en die middelmatige mocktail van 15 euro worden niet geserveerd in een bouwvallig krot, maar in een trendy, tot in de puntjes verzorgde beachclub. Het is een totaalpakket, een ervaring. En voor die ervaring betaal je. Warren Buffett zei het al: “Prijs is wat je betaalt, waarde is wat je krijgt.”

‘Wie door het alarmisme heen kijkt, vindt nog altijd bedrijven die met hun winstgevendheid tot de absolute wereldtop behoren, maar nog ver verwijderd zijn van hun topkoers’

Wie al dat hyperige gedoe niet lust, hoeft vaak maar 10 meter verder te stappen op datzelfde strand. Mannen met kleine kraampjes die verse sardines of ansjovis met chermoula verkopen. Of verse, warme beignets, bestrooid met een laagje suiker. Kraampjes met geroosterde noten, zonne- en pompoenpitten. En natuurlijk, de alomtegenwoordige man die zoete muntthee in kleine glaasjes schenkt. Hier kun je met een heel gezelschap genieten van een feestmaal voor de prijs van één flauwe mocktail in die chique beachbar.

Dat hele schouwspel van de dure grillworst, de verontwaardiging op sociale media erover en de fundamentele misvatting over prijs en waarde, doet me denken aan de beurs deze zomer. Alle grote indices, van de S&P 500 tot de Nasdaq, klommen na de Liberation Day-crash weer naar alltime highs. Kneusjesaandelen beleefden plotseling een memestock-zomer. Na zijn beursgang ging Figma als een raket de lucht in, met waarderingen die elke logica tartten. En in de wereld van crypto vierden bitcoin en ethereum hoogtijdagen.

De sceptici brullen dat de zeepbel op barsten staat en wijzen naar de torenhoge indices als het onweerlegbare bewijs van het naderende onheil. “Alles verkopen en vluchten in goud”, is het advies. Maar wie door het alarmisme heen kijkt, vindt nog altijd bedrijven die met hun winstgevendheid tot de absolute wereldtop behoren, maar nog ver verwijderd zijn van hun topkoers.

Ik zie de parallel met het Marokkaanse strand. De gehypete memeaandelen zijn de luxueuze beachbars: je betaalt de hoofdprijs voor de blitse verpakking en de opwinding. De echte waarde zit vaak bij financieel ijzersterke bedrijven die, net als de onopvallende eetkraampjes, misschien minder opvallen, maar ware winstgroei serveren.

Of het nu gaat om een broodje grillworst van 7 euro in Marokko of een door Reddit gestuurde memestock, het principe is hetzelfde: hypes kosten geld. Je betaalt een premie voor de opwinding. Echte waarde, zowel op vakantie als op de beurs, is er voor wie bereid is te doen wat voor velen het moeilijkste blijkt: iets verder kijken dan je neus lang is.

De auteur is de schrijver van ‘Papa, hoe word ik rijk?’ en belegt volgens de principes van de islam

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise