De Verenigde Staten begraven de globalisering onder een dikke laag politiek favoritisme.
Een mens went aan alles, ook aan permanente chaos. We zijn drie maanden ver in de tweede ambtstermijn van Donald Trump. Drie maanden van onafgebroken plotwendingen, mediascènes, egotripperij en revolutie in de nationale en internationale rechtsorde. Drie maanden van overmatige politieke zinnenprikkeling doen drie maanden pauze in de handelstarieven aanvoelen als een opluchting. Maar dat is compensatie. Tenzij de MAGA-cultus zichzelf opheft, is dit niet het begin van het einde, zelfs niet het einde van het begin van de ontmanteling van de wereldhandel en de wereldorde.
De tarievenpauze is hoe dan ook partieel. Wat niet gepauzeerd wordt, staat al cumulatief voor de grootste verhoging van Amerikaanse handelstarieven in honderd jaar. Als dat niet verandert, slaagt Trump er alweer in radicale politiek te normaliseren onder nog radicalere intentieverklaringen. Die truc zal de reële impact van de Amerikaanse tarievenhausse – in prijsverhogingen en aanvoerschokken, in onzekerheid, desinvestering en groeivertraging – niet maskeren.
Drie vragen dringen zich op. Eén: hoever zal de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China escaleren? Het wederzijdse tarievenopbod – 145 procent door de Verenigde Staten, 125 procent door China – staat vrijwel gelijk met een wederzijdse boycot. Zonder diplomatieke toenadering volgt een uitputtingsslag om verminking te compenseren: in de Verenigde Staten vooral inflatie en tekorten, in China marktverlies en werkloosheid. Tussen die twee vuren belanden niet-Chinese multinationals die in China produceren om mondiaal te exporteren: vorig jaar samen goed voor zowat 1.000 miljard dollar uitvoer. Als de twee grootste economieën ten oorlog trekken tegen elkaar, zal ook de schade voor andere landen – economisch en/of diplomatiek – groot zijn.
De Verenigde Staten begraven de globalisering onder een dikke laag politiek favoritisme.
Twee: welke deals sluit Donald Trump de komende maanden? Meer dan zeventig landen hopen op een preferentiële handelsrelatie. Het is waanzin het relatief uniforme kader van wereldhandel in te ruilen voor een kakofonie van bilaterale constructies. Complexiteit, rechtsonzekerheid en contradicties zullen legio zijn. Niemand zal er beter van worden, tenzij consultants en de zwarte markt. En Donald Trump zelf natuurlijk. Voor hem is elke onderhandeling – met landen, sectoren of bedrijven – een kans op een mediahype, symbolische toegiften die destructie maskeren, arbitraire politieke macht en persoonlijk geldelijk gewin.
Meer dan zeventig landen, een veelvoud van bedrijfssectoren en een legioen van particuliere bedrijfsbelangen: de Verenigde Staten begraven de globalisering onder een dikke laag politiek favoritisme. Met een persoon als Trump aan de onderhandelingstafel betekent dat manipulatie, willekeur en een risico op corruptie op grote schaal. De Amerikaanse republiek als een bananenrepubliek. Benieuwd hoeveel handelsakkoorden er toevallig geflankeerd zullen worden met grote donaties aan de MAGA-machine, met investeringsprojecten of andere deals voor het zakenimperium van de familie Trump, of met goed getimede aandelentransacties door Trump-insiders. Benieuwd of we dat überhaupt zullen kunnen controleren.
Drie: wat zal de Amerikaanse regering uit haar mouw toveren als de handelsoorlog overslaat in de voorspelde economische crisis? Donkere geesten zien een scenario waarin het Trump-regime doorpakt met de ontmanteling van de Amerikaanse rechtsstaat. Ik acht het waarschijnlijker dat Trump doorpakt met economische magie: belastingverlagingen, subsidies en investeringen. De middelen daarvoor kan hij zoeken in het monetariseren van federale staatseigendommen of van de dollar als internationale handelsmunt: twee radicale recepten die al een tijdje circuleren. Of dat kan lukken, is een andere vraag. Maar de kernboodschap is: dit kan nog veel erger worden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier