Jelle Goossens
Vijf principes voor bedrijven om netto positief te worden
‘Als iedereen voor zijn deur veegt, zijn alle straten schoon. Want de grootste problemen zijn je eigen problemen, niet die van een ander.’ Hashtag inspirational. Ik mag me niet opwinden over een Instagram-post. Maar die zegswijze mag toch stilaan op de schop.
Gaan millennials anders met geld om dan babyboomers? We laten de jongelui graag zelf aan het woord.
Jelle Goossens is communications officer bij Rikolto. Hij schrijft in eigen naam.
Als een straat bergaf loopt, krijgt daar beneden iemand disproportioneel veel miserie te verwerken. Dat gebeurt ook in een economie waar de zwakste schakels structureel in een verliespositie zitten. Hoe je daaruit breekt, is het onderwerp van het boek Netto positief van Andrew Winston en Paul Polman, de ex-topman van Unilever. Hij schonk de voedingsgigant in 2010 het Sustainable Living Plan, dat de omzet wilde verdubbelen, de voetafdruk gelijk houden en de baten voor alle betrokkenen verhogen.
Vijf principes voor bedrijven om netto positief te worden.
Vijf principes
Toen was dat revolutionair. Het plan deed het bedrijf cruciale stappen zetten in de richting van een onderneming die een netto positieve waarde genereert voor iedereen. Vijf principes staan daarbij centraal.
1 Neem verantwoordelijkheid voor de gewenste én ongewenste gevolgen van je business. Je kunt alles uitbesteden, maar niet je verantwoordelijkheid. Een product dat winst oplevert door kinderarbeid en ontbossing, doet jouw stoep misschien blinken, maar bij je leverancier is het aan het stinken.
2 Werk aan waarde op lange termijn voor het bedrijf én de samenleving. Polman schafte bij Unilever de kwartaalrapportage af, omdat de bijziendheid van de beurs niet strookt met de langetermijnaanpak die de strijd tegen de klimaatopwarming vergt.
3 Zie aandeelhouderswaarde als het resultaat, niet als het doel. Polman neemt stelling tegen het inkopen van eigen aandelen door bedrijven. Hij noemt het een gimmick om de beurswaarde te doperen en te verhullen dat je geen waardevolle investeringen doet.
4 Genereer een positieve return voor alle betrokkenen: je aandeelhouders en je werknemers, maar ook de mensen die je product gebruiken en je leveranciers.
5 Ga partnerschappen aan voor een systemische verandering. Om de situatie van je stakeholders te verbeteren, moet je die eerst kennen, begrijpen en er verantwoordelijkheid voor opnemen. Veeg voor elkaars deur en zorg ervoor dat er minder vuil ontstaat. Dat betekent niet dat je alleen verantwoordelijk bent. Supermarkten kennen de uitdaging. Je eigen stroomvoorziening en logistiek vergroenen, is goed te doen. Ervoor zorgen dat elk aangeboden product van begin tot eind goed is voor de mens en het milieu, vergt een samenwerking op lange termijn met producenten, wetenschappers, ngo’s en overheden.
Saaiste revolutionaire idee
Dat zijn vijf mooie principes, maar waarom zijn ze nog niet vanzelfsprekend? Polman geeft toe dat geen enkel bedrijf al netto positief is. Het emotional innovator’s dilemma zit in de weg: we weten dat we de tak afzagen waar we op zitten, maar komen niet in beweging, uit angst. Finaal kijkt Polman ook naar de overheid voor regulering. Een kans is de Europese wetgeving inzake due diligence of zorgplicht die in de maak is. Ze stelt bedrijven verantwoordelijk voor de milieuschade en de mensenrechtenschendingen in hun aanvoerketens. Dat kan het saaiste revolutionaire idee ooit zijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier