Vé Bobelyn (directeur Boekenbeurs): ‘Wie in paniek is, gaat ten onder’

VÉ BOBELYN "De consument wil weten wie achter een boek zit." © Franky Verdickt
Sjoukje Smedts  medewerker van Trends

Reist de Boekenbeurs in de toekomst het land rond of krijgt ze er een digitale formule bij? Vé Bobelyn sluit het niet uit. “We kunnen de Boekenbeurs niet nog eens tien jaar op dezelfde manier organiseren.”

Er zijn zo van die zekerheden. Elk jaar bij het vallen van de bladeren kondigt de Boekenbeurs vernieuwingen aan. Elk jaar begin november volgt dan de kritiek dat er van die aangekondigde vernieuwingen maar weinig te merken valt. “Er zijn heel wat dingen die goed zijn aan de Boekenbeurs, maar we moeten ook bekijken wat passé is”, reageert Vé Bobelyn, de directeur van uitgeverij VBK België en de voorzitter van de Groep Algemene Uitgevers (GAU). In augustus werd ze door de raad van bestuur van Boek.be aangesteld om de Boekenbeurs dit jaar vorm te geven, nadat de vorige verantwoordelijke voor de Boekenbeurs, Alexis Dragonetti, afgelopen voorjaar was overleden na een verkeersongeval.

Mensen besparen niet op een restaurantbezoek, wel op een boek

“De Boekenbeurs is een instituut, dus het was geen optie om in minder dan drie maanden nog veel te veranderen. Ik wilde wel eigen accenten leggen in de vernieuwingen die vorig jaar in gang zijn gezet. Toen ging het nog om kleine aanpassingen, nu ga je de veranderingen echt zien”, verzekert Bobelyn. “De kidscorner wordt helemaal anders ingericht, de podia zijn herschikt, er komt een literaire hoek en een ligweide. Daarnaast is er een familieticket waarmee je met twee volwassenen en vier kinderen de beurs kunt bezoeken voor slechts 25 euro.”

Toch wil Bobelyn ook realistisch zijn. “Een beurs blijft een beurs. We zetten er wel heel hard op in om binnen dat concept de lezers te verbinden met de aanwezige auteurs. Zo komen er audiotours, waarbij bezoekers worden rondgeleid door een auteur. Zo kunnen ze de Boekenbeurs beleven door de ogen van die auteur. Dat wordt ook gefilmd en gedeeld op sociale media.” Zo wil Bobelyn ook potentiële bezoekers prikkelen, maar het valt af te wachten of dat voldoende is. “Ook dat moeten we evalueren, om te bekijken welke accenten we in de toekomst moeten leggen.”

In 2010 ontving de Boekenbeurs nog 184.000 bezoekers, vorig jaar waren dat er nog 120.688. Is er een ondergrens?

VÉ BOBELYN. “Wij gaan dit jaar niet alleen een bezoekersaantal meegeven. Wij hanteren vanaf nu ook meer inhoudelijke belevingsparameters. Ik heb liever dat er minder bezoekers langskomen, maar dat die mensen het ongelooflijk fijn vinden en met een goed gevoel terug naar huis gaan. We gaan daarom de bezoekers dit jaar doorgedreven bevragen over wat ze willen. Het kan best zijn dat uit die bevraging naar voren komt dat de Boekenbeurs een totaal nieuwe formule moet worden. Misschien blijkt bijvoorbeeld dat een beurs van twaalf dagen niet meer van deze tijd is en dat je die beter samenbalt in vier of vijf dagen, zonder podiumactiviteiten maar met nieuwe formules. Als dat zo is, zullen wij dat met de hele sector ernstig bekijken.

“We kunnen de Boekenbeurs niet nog eens tien jaar lang op dezelfde manier blijven organiseren. Het moet een boekenfeest zijn op de maat van de vele bezoekers. Misschien komt er wel een beurs in Antwerpen met daarnaast afgeleiden in andere provincies, waar we ook andere organisaties bij kunnen betrekken. Of misschien komen er digitale formules bij. Waarom niet?”

Volgens sommigen ontbreekt dat digitale aspect nu te veel. Marnix Peeters gaf vorig jaar bijvoorbeeld de kritiek dat het e-book amper aanwezig is op de Boekenbeurs.

BOBELYN. “Als de bezoekers aangeven dat er meer virtuele zaken moeten gebeuren op de Boekenbeurs, dan kunnen die worden toegevoegd. Vroeger was er een e-corner, maar die was een flop. Het e-book is nooit echt doorgebroken, ook niet in andere landen. In België neemt het nauwelijks 2,9 procent van de markt in. Toen het e-book opkwam, hoorde je dat het fysieke boek twee jaar later niet meer zou bestaan. Wat hoor je nu? Dat mensen minder e-books kopen, omdat er meer en meer abonnementsformules en streamingmodellen opduiken.

“Er zijn vandaag zo veel ontwikkelingen dat het ook voor een uitgeverij altijd vernieuwen is. Zo moeten we er onder meer voor zorgen dat we de inhoud van onze boeken goed beschermen als die wordt verdeeld via nieuwe platformen. Als ik zie welke contracten wij op groepsniveau jaarlijks moeten onderhandelen, met internationale spelers en bepaalde nieuwe platformen. Dat is enorm complex. Straks heb je een heleboel gespecialiseerde juristen nodig om die specifieke materie allemaal uit te pluizen.”

Verwacht u dat er een streamingdienst voor boeken komt die even groot wordt als Netflix voor films en series, of Spotify voor muziek?

BOBELYN. “Dat zou kunnen. Er zijn verschillende partners die aankloppen, het gaat allemaal heel snel.”

Wat betekent dat voor de boekhandels? Cd-winkels bestaan nog amper.

BOBELYN. “Er zijn verschillen. Niemand kan de toekomst voorspellen, maar het boek zal altijd blijven bestaan en het fysieke boek ook. De boekhandels zullen dus altijd hun functie hebben, maar ze moeten hun sterktes uitspelen om te overleven. Je merkt nu al dat de boekhandels die goed draaien hun doelgroep heel goed soigneren vanuit hun specialiteit. Zij worden niet plots weggeveegd als er grote spelers opduiken. Er zijn trouwens al gevaarlijke spelers op de markt.”

U doelt op Amazon en bol.com?

BOBELYN. “Er zijn zo veel internationale spelers en streamingmodellen die op ons afkomen. Je merkt nu al dat ook retailers zoals Carrefour, Fnac en Standaard Boekhandel meer en meer moeten opboksen tegen de onlinespelers. Dan kun je als retailer en als uitgever twee dingen doen: in paniek raken, of de uitdaging aangaan en vanuit je eigen kracht vertrekken. Wie er morgen nog wil zijn, moet vooral kijken naar waar hij goed in is en een eigen focus leggen. Het heeft geen zin te panieken. Je ziet trouwens dat ook andere sectoren het moeilijk hebben. Denk maar aan de media- en de bankensector, of de auto-industrie. Overal geldt hetzelfde: wie in paniek is, gaat vroeg of laat ten onder. We leven nu eenmaal in een wereld van disruptie.”

Soms lijkt het hier meer een evenementenbureau dan een uitgeverij

Ziet u toch soms paniek in de boekensector?

BOBELYN. “Ik heb dat al ervaren, ook in Nederland. Ik geef eerlijk toe dat ik ook al wakker heb gelegen en me heb afgevraagd hoe we het allemaal gaan aanpakken. Dat kan bijna niet anders, als je aan het hoofd van een uitgeverij staat en een goede huismoeder wilt zijn voor je auteurs, je personeelsleden en de boekhandels waarmee je samenwerkt. De Belgische markt staat onder druk. Als de economie even slabakt, besparen mensen niet langer op een restaurant- of een bioscoopbezoek. Ze besparen eerder op andere producten, zoals boeken. Vandaag moet je dus niet alleen concurreren met andere uitgeverijen of nieuwe modellen.”

VÉ BOBELYN
VÉ BOBELYN “Jongeren kiezen meer en meer voor audioboeken.”© Franky Verdickt

Wie zijn de nieuwe concurrenten dan nog?

BOBELYN. “Alle spelers die tijd van mensen kunnen inpikken. Netflix is bijvoorbeeld een belangrijke concurrent. Mensen kunnen maar een bepaald aantal uren besteden. Je ziet dat jongeren samen met hun vrienden zoeken naar beleving, dat ze festivals en bioscopen bezoeken, dat ze series op Netflix verslinden. Gaan ze nog tijd maken voor een boek? Ik neem daarover veel studiemateriaal door, want ik ben bezorgd over de ontlezing bij jongeren.”

Er wordt regelmatig geopperd dat de jeugd niet meer zou lezen.

BOBELYN. “Jongeren lezen nog altijd, maar we kunnen moeilijk voorspellen op welke manier ze dat in de toekomst nog zullen doen. Ze kiezen bijvoorbeeld meer en meer voor audioboeken. Die trend zie je in het buitenland al opkomen. Ook de verkoop van het audioboek zal na een tijd stagneren en naast de andere modellen blijven bestaan, zoals bij het e-book het geval was. Zo gaan er steeds nieuwe zaken bij komen en veranderingen optreden. De vraag is: hoe jongeren en andere doelgroepen enthousiast krijgen en blijven prikkelen voor de auteurs van je boeken.”

Wat is het antwoord?

BOBELYN. “Enkele jaren geleden hielden we met onze uitgeverij per jaar drie à vier grote evenementen rond bepaalde auteurs. Daarnaast organiseerden we kleine bijeenkomsten. Nu hebben we bijna wekelijks twee grote evenementen. Vergelijk het met de muzieksector. Muzikanten verdienen tegenwoordig ook veel meer aan festivals en tournees dan aan de platenverkoop en streaming via Spotify. Je moet auteurs als uitgeverij in de kijker plaatsen, hen een platform geven. Sommige weken heb ik het gevoel dat wij meer een evenementenbureau zijn dan een uitgeverij” ( lacht).

Een auteur moet dus in staat zijn een deel van de marketing op zich te nemen.

BOBELYN. “Vroeger werd een boek geschreven, bij de uitgeverij afgegeven en daarna in gedrukte vorm bij de boekhandels geleverd. Op het moment dat het zichtbaar in de winkel lag, plaatsten uitgeverijen wat advertenties om het boek en de auteur in de kijker te zetten en het boek was gelanceerd. Het zou wel verkopen. Dat is vaak niet meer zo. Bij een bekende auteur zal die strategie een extra duwtje geven en zijn fanbase aanspreken. Is dat niet het geval? Vergeet het dan maar. Dan moet je er nog altijd voor zorgen dat het boek zichtbaar is in de boekhandel en in advertenties, want je mag iets niet zomaar schrappen omdat het nog maar half werkt. Maar daarnaast zeggen we vanaf het begin tegen een auteur dat hij ook zal moeten meehelpen om het boek in de markt te zetten. Anders wordt het moeilijk. De consument heeft alle macht en hij wil weten wie achter een boek zit.”

Het kan best dat er een streamingdienst voor boeken komt die zo groot is als Spotify en Netflix

Sluit een uitgeverij zo niet automatisch een deel van de auteurs uit?

BOBELYN. “Nee. Of wij toch niet. Als een auteur echt een fantastisch boek maakt, geven we het uit. Punt. Als de auteur dan aangeeft dat hij niet goed is in de marketing die erbij hoort, moeten wij andere zaken aanbrengen om het boek onder de aandacht te brengen. Bijvoorbeeld door de auteur mee te ondersteunen op evenementen. Maar als de auteur die marketingvaardigheden wel heeft, krijgen we meer kansen om het boek te doen verkopen.

“Er is nog een andere uitdaging: terwijl boekhandels vroeger elk boek in het schap legden omdat het toch verkocht, zijn boekhandels nu selectief in het kiezen van hun aanbod. Daarom is de startoplage van een boek soms zo laag dat je bij wijze van spreken je soms afvraagt of het nog de moeite is om het uit te geven. Maar boeken uitgeven blijft een fantastisch vak.”

Maar?

BOBELYN. “Je moet hard werken om een boek kansen te geven. We moeten daar eerlijk in zijn: er worden nog altijd veel boeken verkocht, maar minder dan vroeger. Je moet je businessmodel dus aanpassen, waardoor je met minder mensen meer inspanningen moet leveren. Bij VBK België halveerde het aantal medewerkers in zeven jaar tijd, maar omdat de juiste mensen op de juiste plaats zitten, is het resultaat gelukkig goed. Als je weet dat je als uitgever alles hebt gedaan om het boek succesvol naar de markt te brengen, is het aan de lezer. Die zal inpikken op wat je aanbiedt. Zo zal het ook bij de Boekenbeurs gaan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content