Topmanager Ignace Van Doorselaere: ‘De welvaartsherverdeling is doorgeschoten’

Ignace Van Doorselaere: "Wat me ook hoopvol stemt, is dat heel veel jeugd onderneemt, eigen bedrijven opricht."
Bert Lauwers
Bert Lauwers redacteur bij Trends

Weinig CEO’s geven zo ongezouten hun mening over het beleid als Ignace Van Doorselaere. Ook nu legt hij de vinger op pijnlijke wonden. “De overheid moet eerst zichzelf opkuisen.”

Ignace Van Doorselaere werd na een succesvolle carrière bij de bierbrouwer AB InBev, toen nog Interbrew geheten, CEO van de lingeriemaker Van de Velde en de pralineproducent Neuhaus. In november 2023 werd hij CEO van de pannengroep The Cookware Company.

Maar naast topmanager is de Gentenaar Van Doorselaere ook een productieve schrijver, met acht boeken en talloze columns op zijn conto. “Uiteindelijk wil ik toch iets achterlaten. Je kunt dat ego noemen”, mijmert Van Doorselaere, die benadrukt te spreken als zaakvoerder van zijn eigen vennootschap 4F.

Met zijn scherpe pen was hij de voorbije decennia een habitué onder de kleine schare topmanagers die hun nek durven uit te steken over politiek en economie. “Ik ben geen onderzoeksinstituut. Ik ben niet verbonden aan Voka of een denktank, maar doe dat bij wijze van spreken tussen pot en pint, omdat ik mij kwaad maak of bezorgd ben”, zegt de stadsmens Van Doorselaere tijdens een gesprek in zijn rijhuis in de Gentse volkswijk Patershol.

In september vorig jaar vertrok u onverwacht bij Neuhaus, terwijl u net had gezegd dat uw werk daar nog niet af was…

IGNACE VAN DOORSELAERE. “Het werk als CEO is nooit af, maar ik heb bij Neuhaus het gevoel dat de lijn die we begin 2017 hadden ingezet, wordt voortgezet. En in mijn directiecomité zag ik al lang in Isabel Baert iemand die me kon opvolgen. Ze gaat dat met eigen accenten doen, maar de langetermijnlijn blijft dezelfde, en dat geeft mij rust en tevredenheid. Dat was mijn frustratie bij Van de Velde, waar ook die weg naar oneindig en verdere groei was ingezet. Maar mijn opvolger zei in 2016 ‘ik ga dat totaal anders doen’. Tot mijn verbazing heeft de raad van bestuur dat laten gebeuren. En toen is gebeurd wat gebeurd is. De omzet is in reële termen 30 procent gedaald, en de aandelenkoers nog meer. Dat doet nog altijd pijn.”

U hebt dat op de voorbije algemene vergadering van Van de Velde duidelijk gemaakt. U had kritiek op de herlancering van het merk Andres Sarda.

VAN DOORSELAERE. “Ik heb nog 30.000 aandelen van Van de Velde. Da’s verdomd veel geld. Ik heb die bijgehouden omdat ik de wijzigingen niet zag aankomen en denk dat het bedrijf ver onder zijn potentieel wordt gerund. Anders had ik verkocht. En dan hoor ik op die vergadering dingen waarvan ik zeg ‘doe dat toch niet!’ Zet niet zo sterk in op zo’n klein merk, waar de toekomst niet ligt, terwijl het merk Prima Donna en lingeriestyling de topprioriteit zijn.”

U bent opgestapt bij Van de Velde. Hebt u daar soms spijt van?

VAN DOORSELAERE. “Nee, ik wou absoluut weggaan. Op zeker moment ben je het niet meer eens. Er is zeker een haar in de boter geweest, maar dat is bijgelegd. Ik wil dat niet oprakelen. Mijn vertrek was niet overhaast. Daar hebben we maanden over gepraat. Het kerkhof ligt vol met mensen die denken dat ze onmisbaar zijn. Ik heb me er wel in misrekend, want ik was overtuigd dat ze de bestaande strategie zouden voortzetten.”

‘Ik heb al veel fouten gemaakt, maar nog nooit iemand met talent te jong genoemd.’

Zat er ook een haar in de boter bij Neuhaus?

VAN DOORSELAERE. “Neen. Ik was er zeven jaar bezig. Op zeker moment kun je de toekomst beginnen te voorspellen voor jezelf, en wordt iets te veel routine. En dan word je gebeld (door The Cookware Company, nvdr), want ik heb niet gezocht, en kloppen alle criteria. Het waren de oprichters, naast private equity, het is een bedrijf dicht bij de deur, en een zeer ambitieus project. En ik ben niet meer van de jongste, dus als je dan nog een stap wil zetten… En bij Neuhaus was Isabel Baert er al. Ze is jong, maar dat geeft niet. Ik heb al veel fouten gemaakt, maar nog nooit iemand met talent te jong genoemd.”

Is dit uw laatste dans als CEO?

VAN DOORSELAERE. “Ik weet het niet. Ik vecht constant met mijn identiteitskaart (lacht). Ik kan maar niet geloven dat ik al bijna 65 ben, maar die kaart zegt van wel. Ik voel mij jonger, al is er natuurlijk wel een houdbaarheidsdatum in de perceptie. Zolang ik goesting heb, blijf ik het doen. Ik voel mij goed in een middelgroot familiebedrijf. Ik hou niet van de multinational, de big company.”

Wat distilleert u uit de voorbije verkiezingsperiode?

VAN DOORSELAERE. “Economisch gezien moet een land, zoals een bedrijf, twee dingen doen: welvaart creëren en welvaart herverdelen. Ondernemingen creëren welvaart en hebben behoefte aan duidelijkheid over fiscaliteit, rechtszekerheid, talent, sterke ecosystemen in onderwijs, IT, fysieke en digitale infrastructuur, havens… Het beleid moet ook correct herverdelen, waarbij risico en zweet worden beloond. Anders creëer je geen rechtvaardige maatschappij. Die welvaartsherverdeling is doorgeschoten, naar mensen die niet presteren en niet bijdragen. Te veel geld wordt gepompt in wat niet opbrengt en niet productief is. Ik heb het over mensen die niet willen, niet over mensen die niet kunnen. Dat hypothekeert het deel van de bevolking dat productief is, en steeds meer moet afstaan door belastingen. Je moet de misbruiken aanpakken om gewoon gebruik te vrijwaren: levenslange werkloosheid, te hoge basispensioenen, misbruiken in zorg moeten gecorrigeerd worden. Kijk naar de staatsschuld. Die tekorten moeten naar beneden, anders schuiven we dat door naar de volgende generaties. Dat is oneerlijk.

‘Te veel geld wordt gepompt in wat niet opbrengt en niet productief is. Ik heb het over mensen die niet willen, niet over mensen die niet kunnen.’

“We hebben nood aan versimpeling, op alle vlakken. Bill Bain, de oprichter van Bain Consulting, zei complexity is the biggest enemy of profitable growth. Hij had het over bedrijven met complexe businessmodellen. Als je wilt groeien zonder geld te verdienen, dan moet je het complex maken. Ik beaam dat, maar trek het door naar het Belgische staatsbestel. Er zijn rechtstreekse kosten van complexiteit, de middelen voor alle mensen en structuren die ze belichamen. Veel groter zijn de indirecte kosten van die complexiteit: het tijdverlies, energieverlies, verlies aan goesting bij diegenen die erdoor getroffen worden. Het staatsbestel simpeler en dus efficiënter maken, dat is de essentie. Dan zal ondernemen meer floreren en krijgen de mensen die de kar trekken in de maatschappij, van leraar en zorgverstrekker tot ondernemer, vleugels. Alleen zo krijg je dit land weer op de goede weg.”

En hoe versimpel je?

VAN DOORSELAERE. “Door het land verder te regionaliseren. Als België op lange termijn wil blijven bestaan, moet het zichzelf uitdagen en constant beter worden. Geen splitsing van België, wel veel meer regionale verantwoordelijkheid en het samenbrengen van bevoegdheden in tewerkstelling, gezondheidszorg en andere. Voeg daar meer fiscale autonomie bij voor Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Zo kunnen de regio’s veel korter op de bal spelen en hebben ze veel minder excuses om het op de andere te steken of de andere te laten betalen. In een bedrijf is dat soms ook zo, dat de ene afdeling financiering vraagt van de andere in plaats van zichzelf uit te dagen. Dan moet je ingrijpen.”

Er moet snel geld op tafel komen. Hoe?

VAN DOORSELAERE. In een recent interview in Trends zei staatssecretaris voor Begroting Alexia Bertrand dat we 25 miljard euro kunnen besparen zonder de mensen pijn te doen. Ik heb ooit gezegd in opiniestukken dat we 20 miljard structureel kunnen besparen op te hoge pensioenen, op misbruik van sociale zekerheden, op levenslange werkloosheid, op onnodige subsidies. Daarmee kun je de herverdeling en welvaartcreatie garanderen. Het zal pijn doen, maar ik ben hoopvol.

“Dit gaat over vertrouwen in de overheid. Ik wil belasting betalen, als ik weet dat de overheid daar goed mee omgaat, iets goeds doet met mijn geld. Steek dat in onderwijs, brandweer, veiligheid, infrastructuur, wegennetwerken en in digitalisering. Maar haal de misbruiken eruit. Ik noem dat de weg naar oneindig. Het is de weg naar het simpeler en toegankelijker maken, meer terugkrijgen voor je geld. Je wil als bedrijf ook geen CEO die als hij verlies boekt, aan zijn aandeelhouder zegt dat een kapitaalverhoging nodig is. Dan zal de aandeelhouder aan de CEO zeggen dat hij eerst het bedrijf moet opkuisen voor hij nog geld krijgt. Wel, je wil ook geen land waar de regering naar de belastingbetaler gaat en zegt ‘ik heb geld tekort dus doe ik een nieuwe kapitaalverhoging’. Anders gezegd ‘ik hef een nieuwe belasting’. De overheid moet eerst zichzelf opkuisen. Dat is geen kapitalistische gedachte. Dat is een gedachte van performance ethics: ik als burger ga mijn best doen voor jou, de overheid, maar jij, overheid, moet dan wel je best doen voor mij.”

Lees verder onder de foto

Is het onder Vivaldi moeilijker geworden om een bedrijf te leiden?

VAN DOORSELAERE. “Wat moeilijker is geworden, is de bureaucratie en rapportering. Dat is niet de schuld van Vivaldi. Het is een soort maatschappelijke ziekte dat alles meer administratief ingedekt moet worden. Neem duurzaamheid. Die is nodig, maar we mogen de vis niet verdrinken in technocratische rapportering. Men gaat daarin te ver. Dat maakt een bedrijf logger, trager en duurder. Je moet uitgaan van de goede trouw van het bedrijf, en uiteraard ingrijpen als er flagrante fouten worden gemaakt.”

‘Het idee moet zijn: ik als burger ga mijn best doen voor jou, de overheid, maar jij, overheid, moet dan wel je best doen voor mij’

Er zit een zekere somberheid in het bedrijfsleven. Misplaatst?

VAN DOORSELAERE. “Ja. Mijn definitie van ondernemen is ja zeggen aan het leven. Ik ben een optimist wat dat betreft. Je moet altijd denken dat morgen beter wordt dan vandaag. Het leven is geen rechte lijn. Het is vallen en opstaan. Neuhaus bijvoorbeeld is beter geworden door de crisissen. Door de stijging van de kosten voor energie en grondstoffen hebben we sneller geschakeld met ons productiviteitsprogramma, en door covid hebben we de klantgerichtheid en nieuwe verkoopkanalen flink aangescherpt.”

Wat kan onze economie vooruit helpen?

VAN DOORSELAERE. “We zijn een land van kmo’s, en dan vooral van middelgrote ondernemingen, en ik zeg dat met veel respect. Ik ben zelf een kmo-man. Maar we zijn geen land van multinationals, van grote ondernemingen. Die vind je te weinig in België. Je zou kunnen zeggen dat dat aan onze schaalgrootte ligt, maar dat is niet waar. Kijk naar de Scandinavische landen, of Nederland of Zwitserland. Dat zijn niet echt veel grotere landen, en toch hebben die een betere en grotere cultuur voor multinationals. Dat zegt iets over het feit dat we individualistischer zijn, zo van ‘laat ons maar doen in onze hoek’. Blijkbaar zit dat diep in onze genen. AB InBev is een uitzondering, het resultaat van een consolidatie tussen het nummer één en twee op de markt, Stella Artois en Jupiler. Van daaruit is dat internationaal beginnen te rollen. Maar neem het pralinelandschap, dat versnipperd is. Waarom is er geen verstandige fusie van twee spelers, die vanuit een heel sterke Benelux-thuismarkt een sterke, innovatieve cultuur bouwen om dan de wereld te veroveren? Waarom is er geen Nestlé van de Belgische chocolade? Ik heb wel vertrouwen in Lotus en Kinepolis, Belgische sterren en groeiers in traditionele sectoren. Wat me bovendien hoopvol stemt, is dat heel veel jeugd onderneemt, eigen bedrijven opricht. Toen ik 25 was, moest je eerst bij een Procter & Gamble of Unilever gaan werken om nadien een carrière te kunnen uitbouwen.”

Hebben uw stellingnames u al in de problemen gebracht?

VAN DOORSELAERE. “Ja, problemen in de zin van mensen die zeggen ‘we hebben liever niet dat je dat doet’. Bij Van de Velde heb ik daar weleens commentaar op gehad, omdat men vond dat ik wat te radicaal was. Er zijn ook collega-ondernemers die me zeggen dat ik me te veel manifesteer. Ze zeggen dat ze hun mening niet verkondigen wegens hun klanten. Maar als je duidelijk bent, heb je vrienden én vijanden. Ik moet uiteraard opletten dat ik mijn eigen ego en mening niet belangrijker acht dan het bedrijf.”

U gaf eerder toe niet tegen uw verlies te kunnen. Een vereiste voor een bedrijfsleider?

VAN DOORSELAERE. “Ja. Ik had ooit een gesprek met een van de Braziliaanse aandeelhouders van AB InBev. Die mannen komen niet uit het bier, maar uit de bankwereld. Hij zei ‘wanneer wij iemand rekruteren, moet die voldoen aan drie criteria: intelligent zijn, armoede gekend hebben, en niet tegen zijn of haar verlies kunnen’. Ik denk inderdaad dat het helpt om niet tegen je verlies te kunnen, in plaats van te zeggen ‘och ja, dat geeft niet’. De vraag blijft wel ‘hoe ga je om met dat verlies?’ Begin je te tieren en anderen te verwijten, of ga je rustig mee om op zoek naar verbeterpunten?”

Hebt u zelf al geroepen?

VAN DOORSELAERE. “Ik ben geen roeper. Ik kan er niet tegen. Ik kan wel boos worden, maar zal dan eerder stil zijn. Mijn stilte is onaangenaam, zegt men mij” (lacht).

U gaf ooit het advies om je buikgevoel te volgen als manager?

VAN DOORSELAERE. “Dat is nog steeds zo, steeds meer zelfs. Ik heb het dan over gut feeling. Dat is het kruispunt van het verstand, de ratio, het hart, de emotie en de ballen, de durf (lacht). Ik geloof niet in impulsiviteit, pure emotie, ratio of pure lef. Ik geloof in rust waar alles samenkomt in de buik. ‘Mijn cijfers zeggen me om zus of zo te doen, maar ik voel het niet’. Daar geloof ik heel sterk in.”

Wat zijn uw plannen? U hebt eerder gezegd niet hardnekkig tot 67 of 68 te willen doorgaan?

VAN DOORSELAERE. “De plannen zijn om bedrijfsleider te blijven. Maar de markt zal wel ooit zeggen ‘jij kunt dat wel vinden, maar wij vinden van niet’. Nu, ik geef graag les, misschien ga ik weer lesgeven. Ik zou heel graag een cursus ondernemen of een cursus businessmanagement aan een hogeschool geven. Binnenkort ga ik een aantal jongeren coachen rond een afstudeeropdracht. En voorts ga ik af en toe spreken. Ik doe dat graag. Ik heb ook een tiental jaren ondernemers voor de klas (Vlajo) gedaan.”

Welke bestuursmandaten hebt u nog?

VAN DOORSELAERE. “Kinepolis, Golazo en sinds kort ook Van Marcke. Ik heb centen geïnvesteerd in Hotelspeaker, een in Barcelona gevestigd bedrijfje dat gepersonaliseerd antwoorden geeft op klantenreviews in plaats van het hotel zelf. Al leid ik eerlijk gezegd liever een bedrijf dan dat ik in de raad van bestuur zit.”

U hebt vele jaren de gevechtssport krav maga beoefend. Nu nog?

VAN DOORSELAERE. “Ik was gestopt. Je deelt veel trappen en kniestoten uit in krav maga. Maar ik heb sinds 2012 een kunstknie, en die kan daar niet tegen. Ik was toch herbegonnen, maar nu heb ik heel veel last van artrose. Ik krijg zelfs geen bokaal meer geopend. Dus nu moet ik allicht definitief afhaken. Het zij zo. Ongelukkig zijn, is focussen op wat je niet meer kunt. Gelukkig zijn is focussen op wat je wél kan.”

Bio

– 1959: geboren in Gent

– 1982: licentiaat tolk Hogeschool Gent; postgraduaat bedrijfskunde KU Leuven

– 1983: marketingcoördinator 3M

– 1985: marketingmanager Puratos

– 1989: MBA Wharton

– 1989: The Boston Consulting Group, Parijs

– 1990: hoofd overnames en strategie Interbrew (nu AB InBev)

– 1996: managing director Nederland Interbrew

– 1999: hoofd West-Europa Interbrew/InBev

– 2004: CEO Van de Velde

– 2017: CEO Neuhaus

– 2023: CEO The Cookware Company

– 2002: zaakvoerder vennootschap 4F, die publiceert, seminaries en lezingen geeft in combinatie met investeringen in bedrijven en tijd besteedt aan non-profitactiviteiten.

Partner Content