team.blue is een overnamemachine

Jonas Dhaenens begon twintig jaar geleden van op de schoolbanken domeinnamen en online-opslagruimte voor websites te verhuren onder de naam Combell. Het bedrijf heeft al meer dan 60 overnames en fusies achter de kiezen.

Wat doet het bedrijf?

Dit jaar fuseerde Combell met zijn grote sectorgenoot TransIP (Nederland) en nam het enkele maanden later Register (Italië) over. Daarna werd het op ruim meer dan een miljard euro gewaardeerd. Ondertussen is de groep omgedoopt tot team.blue.

Met een omzet van 275 miljoen euro is team.blue een van de grootste Europese leveranciers voor domeinnamen en de hosting van websites, e-mail en verwante toepassingen. “Het aanbod is uitgebreid en veranderd, maar fundamenteel draait alles nog altijd rond het verzorgen van de digitale identiteit van kmo’s”, vertelt Dhaenens. “Destijds was ik begonnen met het verhuren van domeinnamen en de hosting van andere leveranciers. Toen het internet opkwam, waren vooral buitenlandse spelers actief in die sector. Maar zij konden geen lokale steun geven. Ik kon wel klanten in hun eigen taal ondersteunen. We hebben snel onze eigen infrastructuur en diensten uitgebouwd. Op een korte tijd na, met complexe hosting, hebben we altijd gefocust op de ontwikkeling van een platform met standaardoplossingen.”

Hoe maakt het bedrijf het verschil?

Dhaenens vergelijkt zijn strategie vaak met die van AB InBev. “We zitten ook in een business die draait rond een product dat zich enorm goed leent voor verkoop op grote schaal”, zegt Dhaenens. “Omdat er overal ter wereld vraag naar is en omdat het ook nog overal min of meer op dezelfde manier aangeboden kan worden. In zo’n markt moet je consolideren. AB InBev is eerst uitgegroeid tot de marktleider in België en is daarna dankzij onder meer door een fusie met Braziliaanse brouwersfamilies uitgegroeid tot de onbetwiste wereldleider, maar wel telkens het behoud van de lokale merken. Wij volgen een gelijkaardige strategie: eerst lokaal consolideren en nu ook internationaal groeien, onder meer dankzij de samensmelting met TransIP en Register. Tegelijk stroomlijnen we voortdurend de administratie en de back-end om zo veel mogelijk schaalvoordelen te realiseren. Maar, in tegenstelling tot onze grotere concurrenten Godaddy en United Internet, hanteren we een sterke lokale aanpak, we versterken de lokale merken. Wij zijn enkel de marktleider in al die landen omdat we ons telkens aangepast hebben aan de taal en de cultuur. Intussen hebben we ook het voordeel dat we de beste praktijken en goed scorende producten van de verschillende markten onderling kunnen uitwisselen. Zo versterken we de groep.”

Wat zijn de ambities?

Combell is het nummer drie in Europa. Die plek wist het te veroveren door in de eerste plaats te focussen op de kleinere landen. Vanuit België ging het eerst naar Nederland en Denemarken. “Dankzij de overname van Register zijn we nu ook de marktleider in Italië en een kleinere speler in Spanje”, zegt Dhaenens. “Het voorbije is jaar is het bedrijf wat ontploft. In een jaar is de omzet verdrievoudigd. We werken hard aan de integratie van TransIP en Register. Ondertussen zijn we groot genoeg om overnames in de grote Europese landen te bekijken. We zijn de marktleider in België, Nederland, Denemarken, Portugal en Ierland. In Italië zijn we het nummer twee, in het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland het nummer drie en in Spanje het nummer vijf. Het heeft weinig zin ergens de zevende speler op de markt te kopen. Je moet snel kunnen uitgroeien tot het nummer drie of beter. Ik zou graag wereldwijd actief zijn, maar we breiden eerst onze activiteiten in Europa uit als een olievlek. Het moeten duurzame transacties zijn.”

“De explosieve groei hebben we ook alleen maar kunnen bolwerken, omdat we ons managementteam fors hebben kunnen versterken. We maken er een punt van het management en het sleutelpersoneel van overgenomen bedrijven zich te laten inkopen in de holding. Ik wil ons ook niet kapot doen groeien. Daarom houden we zeer goed onze organische groei in het oog. In België groeien we zonder overnames met 9 procent, drie keer sneller dan de markt.”