Steven Vermeeren (topman elektroketen Eldi): ‘Een fysieke winkel heeft nog altijd meerwaarde’

In de harde concurrentiestrijd tussen de elektroketens en de webshops blijft de familiale keten Eldi overeind. Topman Steven Vermeeren is op zoek naar schaalvergroting en kijkt uit naar een partnerschap om voluit via verschillende kanalen te verkopen.

De hoofdzetel van elektroketen Eldi ligt in het landelijke Leuze in Henegouwen, ver van de files rond de stedelijke agglomeraties. Vanuit het centraal gelegen magazijn (18.000 vierkante meter, 10.000 referenties) worden de 90 winkels in Vlaanderen en Wallonië dagelijks beleverd.

Eldi is een buitenbeentje in de elektrobranche. De familiale onafhankelijke groep is een van de grotere Belgische spelers in de door buitenlandse groepen gedomineerde elektrosector. Het bedrijf bedient jaarlijks een half miljoen klanten goed voor 5000 verkopen per dag. Eldi boekte vorig jaar op een omzet van 68 miljoen euro een bedrijfskasstroom van 2 miljoen.

De groep telt 150 personeelsleden, en er werken 50 zelfstandigen mee in de winkels. Concurrenten als Krëfel (van de familie Poulet) en Vanden Borre (onderdeel van de Franse groep Fnac Darty) draaien elk met een zeventigtal winkels in België en meer dan duizend medewerkers een omzet van 400 miljoen euro. Het internationale e-commercebedrijf Coolblue boekte in 2017 een omzet van 1,2 miljard euro, waarvan 309 miljoen in België.

“Je kunt die omzetcijfers niet zomaar vergelijken”, reageert Steven Vermeeren (39), de familiale CEO van Eldi. “Wij zijn gespecialiseerd in groot elektro. De helft van onze omzet halen we uit witgoed, daarin hebben we in België een marktaandeel van 10 procent. We doen veel minder in multimedia, al is dat een grotere markt. Wij zijn MediaMarkt niet. Onze concurrenten hebben minder winkels, maar ze zijn wel groter.”

Eldi heeft de jongste jaren zijn winkelpark in Vlaanderen en Wallonië herschikt en vernieuwd. “We hebben nu wat minder winkels, maar meer winkeloppervlakte. We focussen op winkels van 400 tot 500 vierkante meter, op maximaal 15 kilometer van de klant. We willen de meest buurtgerichte elektrowinkel in België zijn”, zegt Vermeeren. De winkelpanden worden gehuurd, tegenwoordig een troef waardoor het familiebedrijf zich naar eigen zeggen sneller kan aanpassen.

Uitbouw e-commerce

Steven Vermeeren ziet voor Eldi nog expansieruimte op de as Brussel-Antwerpen. De winkels in Frankrijk zijn gesloten, die sanering zorgde voor verliescijfers in 2015 en 2016. “We concentreren ons op België”, zegt de Oost-Vlaming. “Voor ons is het belangrijk een markt te domineren. In Frankrijk was het onmogelijk om dat te doen zonder overnames. Naast nieuwe winkels ziet Vermeeren veel groeipotentieel in de uitbouw van e-commerceactiviteiten.

Volgens internationale marktstudies is e-commerce goed voor 17 procent van de elektromarkt. Eldi verkoopt amper 2 procent online. “Dat is te weinig. Vandaag hebben we een webshop en fysieke winkels. We moeten de stap zetten naar een performante omnichannelstrategie. De klant moet permanent kunnen kiezen hoe hij wil kopen, en alle kanalen moeten op elkaar afgestemd zijn”, duidt de CEO.

Volgens de Eldi-topman is omnichannel de toekomst. “De hele onderneming moet erop afgestemd zijn. Dat is heel wat moeilijker dan gedacht. Het is meer dan zomaar een webshop openen. De complete infrastructuur en alle achterliggende processen zijn van belang, dat moet allemaal automatisch lopen.” Eldi ziet dat de slinger nog volop in beweging is. Vroeger had je alleen echte winkels, vervolgens stortte iedereen zich op elektronische handel. “Maar heel veel mensen willen nog altijd de toestellen zien en uitleg krijgen in een winkel. Kijk naar Coolblue, met amper drie winkels in Vlaanderen is dat geen omnichannelspeler. Dat zal het bedrijf beperken in zijn groei”, weet Steven Vermeeren.

Fysieke winkels zijn volgens de dertiger een troef voor e-commerce. “Een winkel biedt in onze branche nog altijd meerwaarde. Er wordt altijd gezegd dat winkels duurder zijn, maar voor elektro zijn winkels niet duurder dan een webshop. Wij hebben winkelruimtes nodig en personeel, maar een webshop vergt ook veel werk. Fysieke winkels zijn logistieke hubs die je dubbel kunt gebruiken.” Ook voor de zogenaamde last mile. “Voor een webshop doe je lange trajecten met bestelwagens. Wij rijden met volle vrachtwagens naar de winkels, die op hun buurt de klanten kunnen beleveren. Dat is logistiek veel efficiënter en goedkoper”, zegt Vermeeren. Hij is ervan overtuigd dat Eldi de juiste keuzes heeft gemaakt. “Ik ben er trots op dat wij geen grote winkelruimtes hebben. We staan in een sterke positie om omnichannel te gaan.”

Inkoopkracht en kennis

Nieuw voor Eldi is dat het die stap wil doen in een partnership met een nationale of internationale groep. De familiale bestuurders kijken naar onlinespelers en buitenlandse ketens die sterk zijn in e-commerce. “Alles zelf ontwikkelen, zal veel te lang duren. Wij hebben de technologische kennis niet in huis. Time is money, daarom willen we in zee gaan met een technologiepartner die in België geen winkels heeft”, zegt Steven Vermeeren. “We praten met verschillende partijen. Wij zoeken twee zaken: enerzijds een partner die onze inkoopkracht kan vergroten. En anderzijds moet die partner ons vooruit helpen in onze e-commerce.”

Eldi nam het Antwerpse advieskantoor SDM-Valorum in de arm om de gesprekken voor te bereiden. Vermeeren laat zich niet opjagen, maar wil binnen het jaar toch duidelijkheid over dat partnerschap. Hij sluit niet uit dat de intrede van een partner gepaard gaat met een kapitaalparticipatie in de familiale groep. “Er zijn geen taboes. Dit bedrijf is succesvol. Als we willen dat de komende twintig jaar even succesvol zijn, dan is het belangrijk om nu stappen te doen. De bedoeling is samen met een partner een businessplan voor de lange termijn uit te tekenen en daar ook de nodige financiële middelen achter te zetten”, verduidelijkt Jo Goossens, partner bij SDM-Valorum.

“Een speler die snel wil groeien in België met e-commerce heeft winkels nodig. Wij geloven erin dat we met heel veel partijen complementair zijn. Met twee kan je veel meer bereiken dan alleen. Het is nu het moment om de koe bij de horens te vatten”, besluit Steven Vermeeren.