Robin Bruninx (CEO Encon): ‘Duurzaamheid mag geen laagje vernis zijn’

ROBIN BRUNINX "De Vlaming is bijzonder kritisch voor zijn werkgever." © karel duerinckx
Wouter Temmerman medewerker Trends

Bijna een derde van de werkende Vlamingen vindt duurzaamheid zo belangrijk dat ze ervoor van werkgever zouden veranderen. Dat blijkt uit de eerste Duurzaamheidsbarometer van het adviesbedrijf Encon.

Encon is een adviesbureau dat bedrijven duurzamer helpt te worden. Het stelt zijn eerste Duurzaamheidsbarometer voor. CEO Robin Bruninx vindt dat de bestaande, vaak kwantitatieve onderzoeken en barometers die peilen naar duurzaamheid, vaak te negatief zijn. “Ze spellen in hun conclusies vaak de les: als je niet dringend werk maakt van duurzaamheid, dan gaat de wereld om zeep”, zegt hij. “Er bestaan bedrijven die altruïstisch kiezen voor duurzaamheid, maar veel meer ondernemingen kunnen veel verder gaan in duurzaamheid, als het duidelijk is dat dat in hun voordeel is. Iedere professional wil zijn functie beter kunnen uitvoeren of zijn bedrijf nog beter maken.”

In onze transparante maatschappij kun je de consument niet meer om de tuin leiden

Voor de Duurzaamheidsbarometer bevroeg het onderzoeksbureau Indiville in opdracht van Encon eind september en begin oktober een panel van 1572 Vlamingen tussen 18 en 75 jaar. Encon wil de studie op regelmatige basis herhalen en plant ook een barometer die de bedrijfswereld bevraagt. Uit de studie blijkt volgens Bruninx dat er een voldoende groot draagvlak is voor duurzaam ondernemen. Er zijn ook enkele opvallende conclusies.

72 procent van de respondenten is sceptisch over bedrijven die zich als duurzaam voorstellen. Dat is toch een gigantisch hoog cijfer?

ROBIN BRUNINX. “Dat klopt. Het geeft aan dat consumenten het heel goed aanvoelen wanneer duurzaamheid niet fundamenteel ingebed zit in de organisatie. Als duurzaamheid er maar als een laagje vernis overheen wordt gelegd, merken ze dat. In onze transparante maatschappij kun je de consument niet meer om de tuin leiden. Dan hebben we het niet alleen over bedrijven die schadelijke zaken doen en daarover liegen, maar ook over ondernemingen die oprecht goede dingen proberen te doen. Als die zaken haaks staan op andere aspecten van hun organisatie, neemt dat al hun geloofwaardigheid weg.

“Vergelijk het met een bedrijf dat zijn stofzuiger in de markt zet als een apparaat dat het leven van de consument zoveel beter zal maken door tijd en energie te besparen. Als je dat idee vervolgens niet doortrekt in je dienstverlening en je klanten met klachten en vragen van het kastje naar de muur stuurt, verlies je je geloofwaardigheid. Als zoiets niet consequent gedragen wordt door de hele organisatie, blijft de geloofwaardigheid van het merk niet overeind, ook al is het product de meest fantastische uitvinding ooit.”

De oplossing voor de greenwashing zit dus niet zozeer in een sterkere communicatie?

BRUNINX. “Een goede communicatie is een deel van de oplossing. Greenwashing wijst niet op een slechte communicatie, maar op een gebrekkige integratie van duurzaamheid in de organisatie. Intussen evolueren bedrijven al: in de plaats van losstaande duurzaamheidsprojecten komt een diepergaande duurzaamheidsstrategie. Maar in de meeste gevallen blijft het een aparte pijler in de organisatie. Het is dus belangrijk de vertaalslag te maken van wat duurzaamheid betekent voor elk afzonderlijk departement, en al die acties te stroomlijnen op een manier waardoor ze elkaar versterken.”

Hoe zwaar weegt duurzaamheid bij de keuze van sollicitanten voor een werkgever?

BRUNINX. “Volgens onze barometer is de duurzaamheid van hun werkgever voor 29 procent van de werkende Vlamingen zo belangrijk dat ze ervoor van baan zouden veranderen. Voor 32 procent speelt het een belangrijke rol in hun keuze. De Vlaming is bijzonder kritisch voor zijn werkgever. 53 procent geeft de duurzaamheidsacties van zijn huidige werkgever een score tussen nul en zes op tien. Een vijfde vindt bovendien dat het bedrijf waarvoor hij werkt zich duurzamer voordoet dan het daadwerkelijk is.”

Wie ligt echt wakker van duurzaamheid? Gaat het om specifieke groepen of is het in alle lagen aanwezig?

BRUNINX. “We hebben gepeild naar de maatschappelijke prioriteiten van de respondenten. Klimaat en ecologie spannen de kroon, samen met sociale zekerheid. Telkens een kwart vindt dat de grote prioriteiten voor onze samenleving. Ongeveer zeven op de tien oordelen dat we nog te weinig inzetten op duurzaamheid. Opvallend is dat die overtuigingen losstaan van de leeftijd, het inkomen, de opleiding of de politieke voorkeur van de respondent. Duurzaamheid is een prioriteit in elke demografische groep. Dat weerlegt de mythe dat duurzaamheid iets zou zijn dat de ene generatie meer bezighoudt dan de andere, of dat het een elitair of een nicheonderwerp zou zijn.”

ROBIN BRUNINX
ROBIN BRUNINX “Het is een mythe dat duurzaamheid de ene generatie meer bezighoudt dan de andere.”© karel duerinckx

Enerzijds is er een maatschappelijk draagvlak, anderzijds groeien de mogelijkheden om bijvoorbeeld via duurzame investeringsfondsen kapitaal op te halen. Bent u optimistisch over de kansen dat bedrijven in de komende tien jaar het tij kunnen keren?

BRUNINX. “We beleven een uniek moment. Tot nu bracht het nog niet op om op duurzaamheid in te zetten en moesten we rekenen op altruïsten om de wereld te redden. Nu wordt almaar duidelijker dat duurzaamheid wel degelijk opbrengt, waardoor we almaar meer bedrijven kunnen motiveren om er werk van te maken. Toen we bijna twee decennia geleden met Encon van start gingen, was het pionierswerk. Nu is de tijd rijp. Nu moeten we doorduwen. Als bedrijven niet verduurzamen uit ideologische overtuiging, dan zullen ze het wel doen omwille van de positieve impact op hun organisatie. Dus ik stel de vraag liever omgekeerd: als investeren in duurzaamheid zoveel voordelen heeft én rendabel is, waarom zou je dat dan niet doen?”

Het wordt almaar duidelijker dat duurzaamheid opbrengt, waardoor we almaar meer bedrijven kunnen motiveren om er werk van te maken

Ingenieurs lokken met een duurzaam gebouw

Als duurzaamheidsexpert geeft Encon het goede voorbeeld met Infinity, zijn duurzame kantoorgebouw in Bilzen. Dat is niet alleen duurzaam gebouwd, duurzaamheid is er overal geïntegreerd. “Zo gebruiken hr en marketing ons gebouw om ingenieursprofielen aan te trekken die moeilijk te vinden zijn”, zegt CEO Robin Bruninx. “Mensen willen graag in dit gebouw komen werken. Zo’n profiel aantrekken kost normaal 10.000 tot 12.000 euro aan rekrutering. Dat winnen we terug dankzij ons gebouw. Infinity is door zijn duurzame kenmerken 1 miljoen euro duurder dan een vergelijkbaar gebouw. Schrijf je dat miljoen af over twintig jaar, dan verdien je die 50.000 euro per jaar terug zodra je drie of vier schaarse ingenieurs kunt rekruteren dankzij Infinity. Alle andere voordelen krijg je er vanaf dan bovenop.”

Het gebouw heeft 5,2 miljoen euro gekost, een stevige investering. “De bank eiste dat Encon 1,2 miljoen euro van de investering zelf neertelde, wat onmogelijk was”, herinnert Bruninx zich. “Dat hebben we opgelost door op de duurzaamheid van het gebouw een waardering te kleven en aan te tonen dat de voorsprong op de markt 20 procent meer waard was dan de bouwkosten. Dat overtuigde de bank om de volledige financiering te verlenen.”

53 procent

van de respondenten geeft de duurzaamheid van zijn werkgever een score tussen nul en zes op tien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content