Reisbureaus verwachten pas eind 2021 opnieuw op kruissnelheid te zijn
De Vlaamse reisbureaus hebben het hard te verduren door de coronacrisis. De reizen liggen momenteel stil en het is nog onduidelijk wat de zomer zal brengen. De Vereniging Vlaamse Reisbureaus (VVR) verwacht pas eind 2021 opnieuw op kruissnelheid te draaien.
‘We verwachten dat we pas eind 2021 op volle kruissnelheid zijn. Dat is hetgeen wat we hopen’, aldus gedelegeerd bestuurder Koen van den Bosch. Tot dan wil de sector de mogelijkheid tot tijdelijke werkloosheid door het coronavirus. Momenteel is die regeling voorzien tot eind juni, maat dat zal volgens de VVR niet volstaan voor de reisbureaus. Want sinds februari-maart weegt de coronacrisis financieel door en zijn de cijfers ‘zwaar negatief’. ‘Sinds begin maart zijn de inkomsten echt weggevallen.’ Maar intussen blijven er wel uitgaven, legt hij uit. Bijvoorbeeld voor het personeel dat reizigers die nog steeds vast zitten moet terughalen, of personeel dat bezig is met de reizigers die binnenkort zouden moeten vertrekken of met annulaties.
Momenteel zitten 6.000 mensen van de reisbureaus volledig of deels thuis. Dat is zowat drie vierde van het totale aantal mensen in de sector, aldus van den Bosch. Indien al het personeel in juli opnieuw aan de slag zou gaan, volgt een hoop faillissementen, zegt hij ook in De Tijd. Want de sector heeft geen zicht op wat er met de komende vertrekken zal gebeuren. Nadat de paasvakantie verloren is gegaan, is dit volgens de VVR waarschijnlijk ook het geval voor de verlengde weekends in mei. En waarschijnlijk zou reizen in de zomer enkel in eigen land kunnen, klinkt het. Die Belgische markt is nog altijd een van de belangrijkste voor de sector, maar vertegenwoordigt anderzijds maar zowat 10 procent van de omzet van de reisbureaus. En eens de coronamaatregelen zouden versoepelen, moet bovendien ook het consumentenvertrouwen opnieuw aanzwengelen.
Net als de koepel van reisorganisatoren (ABTO) ziet de VVR momenteel dat zowat een op de vijf reizen in de zomer al geannuleerd is. ‘Je mag niet vergeten dat we nog altijd tien weken voor de zomervakantie zijn’, besluit van den Bosch. ‘Op 10 weken kan nog veel gebeuren’, blijft hij hoopvol.