Telenet heeft gelijk gekregen in zijn betwisting van de tarieven die het aan Orange mag aanrekenen voor de Love-kabeldiensten. Omdat die tarieven binnenkort sowieso worden herzien, zijn er geen praktische gevolgen voor Orange of zijn klanten.
Het marktenhof, een gespecialiseerde sectie van het hof van beroep in Brussel, heeft woensdag twee beslissingen van de Belgische regulatoren over de groothandelstarieven van Telenet vernietigd. Dat blijkt uit het arrest dat de Trends-redactie kon inzien.
Het arrest draait rond de tarieven die Telenet aan Orange Belgium mag aanrekenen voor het gebruik van de onderliggende kabeldiensten van het Love-aanbod. Orange is de enige operator naast de kabeldistributeurs die diensten via de kabel aanbiedt.
In 2013 hadden de regulatoren de technische implementatiekosten voor de openstelling van de kabel bepaald op basis van de kostenraming van Coditel. De Europese Commissie had daar kritiek op.
De regulatoren hadden geen bottom-upkostenmodel ontwikkeld, maar gewoon gekozen voor de laagste raming, met als bijkomend argument dat de Franse moedervennootschap van Coditel zo’n oefening al eerder had gedaan.
De regulatoren legden de kritiek van de Commissie in hun eindbeslissing naast zich neer. De rechtbank vindt nu dat zoiets alleen kan met omstandige motivatie. Die was er niet.
Voor de rechtbank was dat voldoende om de hele beslissing uit 2013 te vernietigen.
De tweede vernietigde beslissing van de regulatoren, uit 2016, legde het definitieve ‘retail-minus’-tarief vast dat Orange voor de kabeldiensten betaalt aan Telenet.
Aangezien die beslissing een herziening en aanvulling was van de beslissing uit 2013, besloot de rechtbank “gezien de intense verwevenheid tussen de beide beslissingen” om ook die van 2016 te vernietigen.
Onbehoorlijk bestuur
De rechtbank ging daardoor niet meer in op het detail van de klachten van de kabelaars. Ze stipt wel aan dat het besluit van 2016 ook nietig is omdat het gebaseerd was op een marktanalyse van vijf jaar oud, terwijl de regulatoren verplicht zijn elke drie jaar een marktanalyse uit te voeren. Dat “schendt de regels van behoorlijk bestuur”, vindt de rechtbank.
“De schending van deze regels volstaat opdat de beslissing die de regels miskent, nietig zou verklaard worden”, schrijft ze.
Wijselijke overgangsperiode
Omdat het herstel van de toestand van vóór 2013 – toen er geen gereguleerde kabelgroothandelstarieven waren – “extreem ernstige gevolgen” zou hebben voor de rechtszekerheid, besloot de rechtbank de huidige tarieven te handhaven voor een overgangsperiode tot 30 april 2018.
Tegen die tijd zullen de regulatoren nieuwe groothandelstarieven hebben vastgelegd, meent de woordvoerder van de nationale telecomregulator BIPT.
Na het arrest zei Telenet in een mail aan de redactie dat het toch al niet van plan was de groothandelstarieven te verhogen.
Maar uit het arrest blijkt dat de operator tijdens de rechtszaak voorzichtigheidshalve had geargumenteerd om, als de beslissing van 2016 werd vernietigd, toch die van 2013 (die veel voordeliger was voor Telenet) te behouden. Daar komt dus niets van in.
Reactie
De conferentie van regulatoren CRC reageert vrijdag teleurgesteld op de uitspraak van het Marktenhof, maar is blij met het besluit om de huidige groothandelstarieven te handhaven tot 30 april 2018. Zij wijst erop dat de marktanalyse van 2011 van kracht blijft.
“De kabeloperatoren blijven dus onderworpen aan de verplichting om toegang tot hun netwerk te verlenen onder transparante en niet-discriminerende voorwaarden”. De CRC verwacht nieuwe marktanalysebesluiten “in de eerste helft van 2018”. Die zullen nieuwe groothandelstarieven bepalen “die de concurrentie op de markt verder zullen bevorderen”, deelt de CRC mee.
