Philippe Vlerick en Christian Salez over europalia: ‘Kunst en cultuur zijn nu even onze wapens’

© FOTOGRAFIE JONAS LAMPENS
Dirk Vandenberghe freelancejournalist en podcastmaker

Met een tentoonstelling over Georgische avant-gardekunst opent volgende week de 29ste editie van het cultuurfestival europalia. Het is de eerste editie onder auspiciën van voorzitter Philippe Vlerick en manager Christian Salez. Zij willen graag opnieuw de verbindende waarden van het festival benadrukken, en een blijvende impact creëren.

Je leert de mensen niet kennen door alleen maar samen kolen en staal te verhandelen. Dat was de gedachte in 1969, toen cultuurminnende Belgen en Europeanen het initiatief namen voor europalia. De Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS), het embryo van de huidige Europese Unie, zorgde wel voor economische samenwerking, maar een Europees gevoel was er nog niet. Daar wilde europalia verandering in brengen, door de Belgen om de twee jaar in contact te brengen met de ruime kunst en cultuur van een ander land of regio. “Mensen leer je pas echt kennen door hun kunst en cultuur, en door de waarden achter die kunst en cultuur. Daar gaat het bij europalia om, dat is nog altijd onze missie”, zegt Christian Salez, sinds augustus de nieuwe algemeen directeur van het cultuurfestival, als opvolger van Koen Clement.

Mensen leer je pas echt kennen door hun kunst en cultuur, en door de waarden achter die kunst en cultuur. Daar gaat het bij europalia om, dat is nog altijd onze missie’ Christian Salez, algemeen directeur van europalia

Voor wie het parcours van Salez een beetje heeft gevolgd, lijkt het misschien een eigenaardige stap. Hij begon zijn loopbaan in de reclame, was een tijd aan de slag als directeur bij bpost, werd in 2005 CEO van de producent van luxehandtassen Delvaux, en was de afgelopen vier jaar CEO voor Apple Europe. Salez vindt het niet zo vreemd dat hij Apple heeft ingeruild voor europalia: “Ik heb altijd gestreefd naar impact. En hét middel om tot die impact te komen, is creatie, kunst. Ik heb altijd voor sterke merken gewerkt, dus voor mij is dit een heel logische stap.”

Toch was Salez niet de eerste persoon aan wie Philippe Vlerick dacht, toen hij in mei Georges Jacobs, voormalig CEO van UCB en voormalig VBO-voorzitter, opvolgde als voorzitter van europalia en op zoek moest naar een nieuwe manager. “We hebben een hele tour gemaakt, zo gaat dat”, zegt Vlerick. “We waren op zoek naar iemand die veel heeft gerealiseerd in de zakelijke wereld, maar ook voldoende voeling heeft met alles wat cultureel en artistiek is. Sterker: we hadden iemand nodig met een hart voor het kunstzinnige en een gevoel voor het zinvolle van de kunst. We hebben met verschillende mensen gesproken, maar toen ik met Christian aan tafel zat, klikte dat meteen. Ik denk dat de complementariteit tussen mensen essentieel is om een goed team te vormen. En bij Christian vond ik die.”

Jongeren

Communicatie is een van die talenten waar Vlerick naar op zoek was. Europalia wil meer jongeren bereiken en een breder publiek aanspreken, niet alleen maar de mensen die je doorgaans al in onze cultuurtempels aantreft. “Jongeren nieuwsgierig maken, er opener mensen van maken, ik meen echt dat europalia daar een rol in moet spelen”, zegt Vlerick. Volgens Salez moet europalia daarvoor niet echt veel veranderen. “We hebben een schitterend team, maar de inhoud die we brengen, is soms de merknaam europalia gaan overstijgen. Mensen gingen kijken naar Brancusi en naar Trains and Tracks, zonder te weten dat het organisaties waren van europalia. Wij hebben sinds 1969 heel veel mensen bereikt, we hebben het onbekende kenbaar gemaakt, dat is en blijft onze rol. We moeten alleen de naam europalia opnieuw meer bekendheid geven, zodat de mensen weten dat het een keurmerk is voor kwaliteit en een gevarieerd aanbod. En met dat gevarieerde aanbod aan kunst en cultuur willen we een zo breed mogelijk publiek bereiken, zodat mensen bekend raken met wat voordien zo onbekend was. Want onbekend is niet alleen onbemind, het maakt soms ook angstig. We leven sowieso in een gewelddadige wereld. Kunst en cultuur zijn nu eventjes onze wapens om te trachten de mensen bij elkaar te brengen.”

Eigenlijk wil Salez de bezoekers van europalia eenzelfde soort ervaring meegeven als hijzelf de afgelopen maanden heeft meegemaakt. Want, zo bekent hij, aanvankelijk vond hij het niet echt een geschenk, toen hij leerde dat Georgië het gastland was van het festival dat komende woensdag begint. “Ik heb dat project geërfd”, verklaart hij. “Maar mijn aanvankelijke scepsis was eigenlijk het resultaat van vooringenomenheid en een gebrek aan kennis. Dat is een gevaarlijke cocktail. De afgelopen maanden zijn mijn ogen opengegaan. Die scepsis heeft plaats gemaakt voor verwondering en bewondering. De hoofdtentoonstelling met avant-gardekunst en de impact van die kunst op andere landen, is ongelooflijk. De polyfone muziek, die heel anders is dan onze Vlaamse polyfonie, is prachtig. Of het feit dat Georgië een rijke traditie heeft in de wijnbouw. Ik heb de afgelopen maanden zoveel geleerd, dat is een echte verrijking. En ik hoop dat bezoekers van europalia dezelfde ervaring krijgen.”

Jongeren nieuwsgierig maken, er opener mensen van maken, ik meen echt dat europalia daar een rol in moet spelen’ Philippe Vlerick, voorzitter van europalia

Salez heeft al zijn drie favoriete momenten aangestipt (zie kader). “Wie die ziet, krijgt sowieso zin in meer. Eigenlijk zou je wel vijftien tot twintig evenementen moeten meemaken, om een volledig beeld te krijgen van de rijke Georgische cultuur”, meent Salez. Er is een rijk palet aan activiteiten, en ook Vlaamse kunstenaars slaan de handen in elkaar met Georgische collega’s. Zo reisde de multi-instrumentalist en componist Dijf Sanders naar Georgië, om er veld-opnamen te maken, de basis voor een nieuw album en een bijbehorende tournee.

Gastland

Aan europalia werkt een vast team van vijftien tot twintig mensen: kunsthistorici, maar ook technische mensen die zorgen voor de ondersteuning, en een communicatie- en marketingteam. Voor iedere editie wordt het team aangevuld met specialisten, zowel uit België als uit het gastland. Zo is bij deze editie de ere-rector van de universiteit van Luik, professor Bernard Coulie, nauw betrokken. Tijdens het festival kan het aantal indirect tewerkgestelden oplopen tot 700 à 800. Omzetcijfers maakt het festival niet bekend, maar afhankelijk van het aantal projecten en evenementen kost een editie volgens welingelichte bronnen 8 tot 9 miljoen euro. Over het algemeen komt een derde van dat budget van institutionele partners, zoals Lotto en de subsidiërende overheden, een derde komt van privépartners en nog een derde uit ticketing. De verhouding kan schommelen per festival.

PHILIPPE VLERICK EN CHRISTIAN SALEZ “We moeten alleen de naam europalia opnieuw meer bekendheid geven.”
PHILIPPE VLERICK EN CHRISTIAN SALEZ “We moeten alleen de naam europalia opnieuw meer bekendheid geven.” © FOTOGRAFIE JONAS LAMPENS

Een van de kleine frustraties van de harde kern is dat de aandacht voor het gastland na het festival weer wegdeemstert. “Het is een beetje zoals bij een modeshow. Je werkt er keihard aan, en op een avond is het afgelopen. Aan iedere europalia wordt wel twee tot drie jaar hard gewerkt, want het is natuurlijk ook een gigantische logistieke operatie om al die kunst hier samen te krijgen”, zegt Christian Salez. “Niet al die kunst komt uit het gastland. Toen we Brancusi maakten, kwamen slechts enkele stukken uit Roemenië”, vult Philippe Vlerick aan. “Voor de topstukken moesten we onderhandelen met het Centre Pompidou, met het MoMa, met eigenaars van privéverzamelingen uit Zwitserland. Maar uiteindelijk hadden we wel de op een na grootste tentoonstelling over Brancusi ooit.”

Om meer impact te creëren, wil Salez van iedere editie graag iets permanent behouden: een kunstwerk, een architectonische ingreep, of misschien wel een digitaal project. “De evenementen van het festival blijven uiteraard de trekker. Maar we willen nadenken over hoe we al die knowhow, dat patrimonium dat europalia heeft opgebouwd, een permanenter karakter kunnen geven. Zo kunnen we echt een kwaliteitslabel worden, een beetje naar het voorbeeld van de National Trust in Groot-Brittannië. Of denk aan alle iconen die zijn overgebleven na de wereldtentoonstelling van 1958. Het zou goed zijn als we na elk festival iets blijvends kunnen nalaten in een van onze steden.”

Aan iedere europalia wordt wel twee tot drie jaar hard gewerkt, want het is natuurlijk ook een gigantische logistieke operatie om al die kunst hier samen te krijgen’ Christian Salez, algemeen directeur van europalia

Dat het merk europalia nog niets aan kracht heeft ingeboet, ondervond Salez de afgelopen maanden. Al vier landen vroegen of ze een van de komende jaren het gastland kunnen zijn. Aan die keuze gaat een subtiel spel vooraf, verduidelijkt Vlerick, waarin bijvoorbeeld ook Buitenlandse Zaken een rol speelt. “Niet dat de keuze voor het gastland wordt beslist op het kabinet, maar we luisteren wel. Zoals we openstaan voor alle aanbevelingen van de regeringen. Wij spelen een belangrijke rol in de brede, culturele diplomatie. We letten er bijvoorbeeld op dat niet altijd hetzelfde type land aan bod komt.”

De bezoekersaantallen van europalia liggen ver uit elkaar, schommelend tussen 600.000 en 1,7 miljoen. Daar is een verklaring voor: het ene festival telt veel meer evenementen dan het andere. Salez pint zich dan ook niet graag vast op een streefcijfer. “We willen vooral een gevarieerder publiek bereiken. En ik wil dat naast de grote evenementen ook die kleinere activiteiten voldoende aandacht krijgen. Er is architectuur, fototentoonstellingen, elektronische muziek, een filmfestival, podcasts enzovoort. Die kleinere evenementen zouden er nooit kunnen komen zonder die grote trekkers. Als we mensen warm kunnen maken voor die verscheidenheid aan cultuur, dan kunnen we spreken van een geslaagd festival.”

Europalia Georgië, van 4 oktober tot 14 januari 2024

8 tot 9 miljoen euro kost het volgens welingelichte bronnen om een editie van europalia te organiseren.

De tips van Christian Salez

De avant-garde in Georgië (1900-1936): de Georgische avant-garde kende een betoverend moment net voor en tijdens de Georgische onafhankelijkheid, die duurde van 1918 tot de Russische inval in 1921. Maar ook voor en na die periode was er een boeiende avant-gardescene, met een mix van oosterse en westerse invloeden die werden gekoppeld aan Georgische tradities.

Van 5 oktober tot 14 januari in Bozar, Brussel

Georgië: een verhaal van ontmoetingen: een rijke erfgoedtentoonstelling, die illustreert hoe Georgië altijd een verbindingspunt is geweest tussen oost en west. Het land lag op de handelswegen die verbonden waren met de zijderoutes, en werd omringd door grootmachten met expansiedrang. De tentoonstelling heeft ruim aandacht voor de 8000 jaar oude wijncultuur en de daaraan gekoppelde verfijnde keuken en eetcultuur.

Van 27 oktober tot 18 februari in Het Museum Kunst & Geschiedenis, Brussel

Triple Bill: Basiani Ensemble, Gori Vrouwenkoor, State Chamber Choir: De polyfone muziek neemt een belangrijke plaats in in de Georgische muziekcultuur. Deze avond illustreert de ruime variatie aan koormuziek. Het Basiani Ensemble brengt oude volksmuziek en christelijke hymnen uit de elfde en twaalfde eeuw, terwijl het Gori Vrouwenkoor en het State Chamber Choir modern werk brengen van Georgische componisten. Alle ensembles zijn ook nog op andere plekken te zien.

Op 25 oktober 2023 in het Concertgebouw, Brugge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content