OESO: belastinginkomsten bleven op peil tijdens coronacrisis
De belastinginkomsten van landen zijn door de omvangrijke steunpakketten van overheden op peil gebleven in vergelijking met die tijdens andere crisissen. Dat concludeert de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) op basis van gegevens van landen die bij de denktank zijn aangesloten. Het gaat om een rapport met cijfers voor 2020.
Het aandeel van de belastingen als percentage van het bruto binnenlands product verschilt aanzienlijk van land tot land. In Mexico is dit percentage het laagst in de OESO-lijst, met nog geen 17,9 procent. Denemarken kent met 46,5 procent het hoogste percentage, gevolgd door Frankrijk met 45,4 procent en België met 43,1 procent.
Het gemiddelde van de OESO bedraagt 33,5 procent in 2020. Dat is een toename met 0,1 procentpunt tegenover 2019.
‘Steunmaatregelen van de overheid hebben bijgedragen tot relatieve stabiliteit van de belastinginkomsten, door het beschermen van werkgelegenheid en het beperken van faillissementen’, aldus de OESO bij de publicatie van haar jaarlijkse belastingstatistieken. De denktank wijst erop dat landen meer werk hebben gemaakt van het behoud van de werkgelegenheid. Door de steun is bijvoorbeeld het aantal faillissementen van bedrijven aanzienlijk minder dan tijdens de wereldwijde financiële crisis in 2008-2009, zo klinkt het.
De reguliere belastinginkomsten zijn tijdens de lockdowns wel gedaald als gevolg van uitstel en verlaging van de belastingen, maar ook door de daling van de consumptie en lagere winsten. Maar in veel gevallen was de daling van de economische productie groter dan de gederfde overheidsinkomsten.
De inkomsten uit de vennootschapsbelasting zijn in 2020 het sterkst gedaald, terwijl die uit de inkomstenbelasting en die uit de socialezekerheidsbijdragen in de landen van de OESO gemiddeld zijn gestegen.