Lucien, het enige Belgische chipsmerk dat door landbouwers wordt gemaakt, 100 procent natuurlijk
Landbouwers verdienen het zout op hun patatten niet. Oogsten worden bedreigd door te nat of te droog weer. De prijzen zijn laag. In plaats van in hun lot te berusten begonnen drie neven op hun boerderij een eigen chipsmerk, Les chips de Lucien.
Tussen de aardappelvelden in Mettet, een gemeente in de Condroz, huist sinds vierenhalf jaar een opmerkelijke en sterk groeiende kmo, de eigendom van de neven Thomas Cnockaert, Antoine Van den Abeele en Stany Obin. Hun grootouders, Lucien en Alixa Van den Abeele, waren in 1958 van Kruishoutem naar Wallonië verhuisd, waar ze een boerderij kochten. In het magazijn naast de productieruimte van Les chips de Lucien, hun jonge Belgische chipsmerk, laten de drie neven ons hun nieuwste smaken proeven. We herkennen pickles, paprika, truffel, en natuurlijk de klassieke zoutchips. Ondanks alle vernieuwingen is die laatste de populairste smaak in het assortiment.
Les chips de Lucien
Lucien is geboren uit de noodzaak aan diversificatie. De loon-, grondstoffen- en materiaalkosten van landbouwers stijgen, terwijl hun inkomsten dalen en de concurrentie uit andere landen toeneemt.
Bovendien hadden de neven veel zin om iets nieuws te ondernemen. “Als producent van uien, aardappelen of bieten sta je zo ver af van de consument. Die kent de boeren enkel nog van tractorblokkades en protesten”, legt Thomas Cnockaert uit. “De prijzen worden bepaald door tussenpersonen. We hadden zin iets van onze producten te maken waarmee we de directe link met de consument konden herstellen, zoals die nog bestond in de tijd van onze grootvader.
“Als goede Belg dachten we meteen aan het produceren van frieten. Maar wat zijn die meer dan gesneden aardappelen? We kozen voor chips omdat we ons daarmee konden onderscheiden op de markt. Les chips de Lucien is het enige Belgische chipsmerk dat door landbouwers wordt gemaakt, 100 procent natuurlijk. We gaven ze de naam van onze grootvader, omdat we hem zo een eerbetoon konden brengen en omdat Lucien een toegankelijke, algemeen bekende naam is.”
Boer met veel schulden
Het merk Lucien werd geboren op 13 december 2019. Sinds de eerste week was de vraag zo groot dat de drie een team begonnen te bouwen, met in het begin vooral commerciële profielen. Drie maanden later viel de lockdown over ons land. “In korte tijd explodeerde de verkoop, omdat mensen plots aandacht begonnen te hebben voor de kwaliteit van hun voeding en lokale productie”, vertelt Thomas Cnockaert. Delhaize legde het merk zo goed als meteen in de rekken. Intermarché, Carrefour en Cora volgden snel. Vandaag verkoopt Lucien via alle retailers, behalve Colruyt.
De omzet steeg in slechts vierenhalf jaar naar 4 miljoen euro omzet. In 2023 had de omzet er even onder te lijden dat de consument de hand op de knip hield, minder feestte en minder bereid was om biologisch en lokaal te kopen. 99 procent van zijn omzet draait Les chips de Lucien in België. Daartegenover staat een investering van 6 miljoen euro de afgelopen jaren. “Als boeren zijn we het gewend meer te lenen dan er geld op de rekening staat. Het gezegde luidt: een goede boer is een boer met veel schulden.”
De kleine uitdager investeert noch in televisiereclame, noch in lage prijzen in de supermarkt, zoals de grote chipsmerken. De eerste ‘25 gram-gratiscampagne’ van Lucien werd pas gelanceerd. “Een verplicht nummer”, verklaart Thomas Cnockaert. “Op onze markt verwachten de retailers één keer per jaar zo’n actie.”
‘Het is niet eenvoudig leverancier te zijn van je eigen fabriek’
Thomas Cnockaert, Les chips de Lucien
Heel andere chips
Lucien wil het verschil maken met kwaliteit, voortdurende innovaties met smaken, hogere marges voor de retailers, het sympathieke, lokale verhaal en de tomeloze ambitie van de stichters. “Wij wilden heel andere chips maken. Artisanale chips van 100 procent lokaal geproduceerde eigen aardappelen, van velden op maximaal 10 kilometer van de fabriek. Met minder zout en zonder smaakversterkers, zonder genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s), gluten en E’s, maar wel biologisch.”
Thomas Cnockaert, Antoine Van den Abeele en Stany Obin zijn al veertien jaar landbouwers. Ze werken zich dagelijks uit de naad in hun landbouwbedrijven. Ze bewerken hun velden, volgen het weer minuut per minuut op, sturen hun teams aan, beslissen over zaaien en oogsten. Wanneer het plots hard begint te regenen tijdens het interview, grijpt Cnockaert meteen naar zijn telefoon om zijn medewerker te zeggen dat die moet stoppen met het land bewerken.
“De combinatie is eigenlijk niet te doen”, zegt Thomas Cnockaert. “Door de extremere weersomstandigheden moesten we dit voorjaar vaak ’s nachts werken. Anders kregen we het werk niet gedaan. Tegelijk eist dit nieuwe bedrijf alle aandacht. De vereisten voor de voedselveiligheid zijn even strikt als voor een groot bedrijf. Ook de winkels stellen hoge eisen. En het is heel moeilijk goede mensen te vinden. Zo ver van Brussel wonen bijvoorbeeld weinig meertalige mensen. Mijn gezin schiet er veel bij in. Ik hoop dat we dat binnenkort anders kunnen regelen.”
Drie shiften
De fabriek produceert de klok rond in drie shiften, behalve in het weekend, 25.800 pakjes per dag, ofwel 350 ton per jaar. Twee shiften zijn voor Lucien, de derde shift is voor derden. De eerste buitenlandse merken vroegen hen onlangs om voor hen te produceren.
“De chips vragen momenteel 7 procent van onze aardappelen. Het is zoeken naar een evenwicht. We willen enerzijds evolueren naar 10 tot 15 procent. Anderzijds moeten we ervoor zorgen dat we voldoende aardappelen hebben voor deze productie. Het is niet eenvoudig leverancier te zijn van je eigen fabriek. Wanneer de chipsproductie continu draait, fluctueert de productie van aardappelen. Dit jaar zal het bijvoorbeeld wachten zijn op de gevolgen van de overvloedige regen. In andere jaren steekt de droogte stokken in de wielen.”
Zonder de boerenstiel los te laten, plannen de drie neven een sterke groei de komende jaren. “Lucien kan verdubbelen de komende vijf jaar, al hebben we het niet helemaal in eigen handen, want de invloed van het economische klimaat en oorlogen zijn niet te onderschatten. Het grotere doel is de zelfconsumptie van de volledige 30.000 ton aardappelen die we produceren op onze velden. We zien vooral mogelijkheden in de buurlanden. Ik start binnenkort alvast met Engelse les.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier