Luc Bertrand (AvH): ‘We zijn veel welvaart kwijt’
Luc Bertrand heeft als topman van de Antwerpse investeringsmaatschappij Ackermans & van Haaren (AvH) de voorbije decennia veel economische en industriële watertjes doorzwommen. In de laatste fase van zijn carrière zet de Antwerpse captain of industry onze politici noodgedwongen op scherp. “We hebben een probleem en gaan eraan kapot. We moeten knopen doorhakken.”
Luc Bertrand laat op zich wachten, maar stormt dan zich verontschuldigend de kamer binnen: “Ik heb een beetje te veel op mij genomen vanmorgen. Ik heb het vrij druk.” Het laat zich raden dat de intussen 71-jarige baron de teugels nog lang niet wil vieren. Bertrand leidde een kwarteeuw de holding Ackermans & van Haaren (AvH), voor hij in 2016 de fakkel doorgaf aan zijn rechterhand en voormalige CFO Jan Suykens. Maar als voorzitter bleef Bertrand sindsdien stevig mee aan de touwtjes trekken bij de groep achter bedrijven als de baggeraar DEME, de bouwgroep CFE, de palmolieproducent Sipef, Delen Private Bank, Bank van Breda en de vastgoedgroep Nextensa.
Het verbaasde dan ook niet dat de aandeelhouders van AvH vorig jaar instemden met een verlenging van het mandaat van Bertrand, toen die de grens van zeventig jaar had bereikt. Zo kon hij de opvolging van Suykens superviseren, en zijn zoon John-Eric en CFE-baas Piet Dejonghe bijstaan met raad en daad na hun benoeming tot nieuwe co-CEO’s van AvH. En hoewel Bertrand zich sindsdien het liefst op de achtergrond houdt, geeft hij in een intussen erg zeldzaam geworden interview duiding bij de recente ontwikkelingen. Hij geeft toe te hinken op twee gedachten: zijn blijdschap over de recordhalfjaarwinst en de oorlogskas van een half miljard euro van AvH wordt overschaduwd door de donkere wolken op het wereldtoneel en frustraties over de energieaanpak in ons land.
Mocht ik politicus zijn, ik zou versneld de wetgeving voor de groene economie in orde brengen. Dat is misschien niet echt democratisch, maar wat is wel democratisch in België?
De halfjaarresultaten van AvH maken u blij. Maar in deze tijden moet het voor een zelfverklaarde optimist als u toch moeilijk zijn optimistisch te blijven?
LUC BERTRAND. “Hadden we elkaar midden februari ontmoet: “Covid is voorbij, de wereld is booming en al onze business doet het goed.” Nu kan ik zeer negatief zijn en u horrorscenario’s schetsen, maar het kan niet anders dan dat er op termijn een einde aan de oorlog komt. Maar het zal nog een tijdje duren. We hebben dan wel een sterke balans en sterke bedrijven, maar wat nu gebeurt is uiteraard ook negatief voor ons.”
En voor ons land.
BERTRAND. “Ik ben altijd optimistisch geweest, maar met een fond van realisme. Ik maak mijn economische analyse, en zie dat onze positie wankel en zwak is. Maar ik blijf optimistisch in mijn analyse van wat mogelijk is, en van de brains en het talent die we in dit land hebben.”
We zijn intussen wel een stuk welvaart kwijt.
BERTRAND. “We zijn veel welvaart kwijt. We moeten dus herverdelen. De mensen die veel minder hebben en moeten kiezen tussen eten en het warm hebben in de winter moeten we helpen. Maar dat is natuurlijk geen oplossing voor onze hele maatschappij. Ik moet een beetje opletten wat ik zeg, want ik zit middenin dat soort zaken via onze bedrijven, maar de groene economie werkt. Ik geloof dat het mogelijk is snel 20 à 30 procent van onze energie te verzekeren via de groene economie, onder meer met windparken. “Ik geef een voorbeeld. We hebben een totale productiecapaciteit van 26 gigawatt nodig, om te kunnen voldoen aan de vraag naar elektriciteit. Wel, met DEME hebben we dit jaar twee grote concessies voor offshore windparken verworven in Schotland, goed voor ruim 2 gigawatt per jaar. We hebben concessies in de Noordzee, en zijn ook bezig met energie-eilanden in Denemarken. Maar ik begrijp de politici niet. Ze zijn het met eens dat dit opties zijn en dat dit zo snel mogelijk moet kunnen gebeuren. Wij bouwen dat op twee jaar als het moet, en misschien zelfs nog sneller. Maar we zullen er tien jaar over doen. Dat tijdverlies is een van de grootste problemen van onze maatschappij. Mocht ik een politicus zijn, dan zou ik versneld het juridische, de wetgeving in orde brengen, zodat we die zaken snel kunnen regelen. Oké, dat is misschien niet helemaal democratisch, maar wat is wel democratisch in België?”
Is het vergunningenbeleid een molensteen om de hals van onze groene economie?
BERTRAND. “Ja. kijk naar Ventilus (de nieuwe hoogspanningslijn door West-Vlaanderen die stroom van windmolens op zee naar het binnenland moet brengen, nvdr). Er moeten knopen worden doorgehakt. Dat is één. En twee: België hing tot een paar jaren geleden veel minder af van de buitenwereld, omdat we een sterke en mooie nucleaire industrie hadden. Vandaag sluiten we onze kernreactoren. Misschien kunnen we er twee openhouden, maar ik zou er alles aan doen om er nog een derde bij te krijgen. Dat moet onmiddellijk gebeuren. Dat de politiek in zo’n gekke situatie niet samenkomt met één idee in het hoofd… We hebben een probleem en gaan eraan kapot. Heel veel mensen zullen eronder lijden.”
Valt er een gat in de energiebevoorrading?
BERTRAND. “Een enorm groot en heel duur gat. Iedereen weet toch dat dit de sleutel van de economie van ons land is. Dan moet je daar snel iets aan doen.”
Kunnen de politici dat? Alleen al over het kindergeld dreigde een regeringscrisis. Dat belooft voor Ventilus.
BERTRAND. “Ze kunnen het, als ze dat willen. Ze zijn verdomd intelligent. Ze begrijpen best wat in het algemeen belang is.”
Durven ze? De verkiezingen komen eraan.
BERTRAND. “Reden te meer om er werk van te maken. Ik zou niet op basis van de economie van vandaag naar de verkiezingen willen gaan. Dat wordt een catastrofe.”
Kan Europa helpen?
BERTRAND. “Ik weet niet waar ze het halen, maar Europa heeft veel geld. Natuurlijk kan dat helpen, maar we moeten beginnen bij onszelf.”
U bent ook een zelfverklaarde piekeraar. Ligt u hier wakker van?
BERTRAND. “Wat ik nu zie op het gebied van energie, is een ramp, maar wel een waar we op termijn iets aan kunnen doen. Nogmaals, wat mij wakker houdt, is het uitblijven van beslissingen. De politiek, federaal en de regio’s, moet niet praten maar doen. De Vlaamse regering, de premier, de minister van Energie moeten samenkomen en beslissen. Het is vrij simpel. Er zijn geen tien oplossingen. Bedrijven die zo’n hoge energiefactuur krijgen, zijn bijna dood. Die houden het nog één of twee jaar uit. En dan zijn ze weg.
“Chemiebedrijven, bijvoorbeeld, betalen hier voor hun energie drie à vier keer meer dan in de Verenigde Staten. Zo komen wij niet meer aan de bak. Er sluiten nu al fabrieken, en het zal nog veel erger worden.”
U verwees al naar DEME, een bedrijf dat u na aan het hart ligt. Het staat op eigen benen, sinds de afsplitsing van CFE en de beursgang.
BERTRAND. “Toegegeven, ik had de grote toegevoegde waarde van een opsplitsing van CFE eerst niet begrepen. Iedereen wist en weet wat DEME is, maar niemand wist wat CFE was. Dat is voor 40 à 50 procent actief in de bouwsector, maar er zit onder meer ook een promotiebedrijf in (BPI Real Estate, nvdr), dat elk jaar een mooi rendement haalt. Daarnaast is er een bedrijf actief in elektriciteit en automatisatie. In elk gebouw van morgen wordt dat heel belangrijk, en wij kunnen dat aanbieden. CFE heeft enorm veel skills, maar miste trots.”
Ik blijf optimistisch in mijn analyse van wat mogelijk is, en van de brains en het talent die we in dit land hebben
Zegt u nu dat het al veel eerder had moeten gebeuren?
BERTRAND. “Alles op zijn tijd (lacht). Wij hebben CFE gekocht in 2014. We hadden het al veel eerder moeten kopen, maar het heeft me 35 jaar gekost om het te kunnen doen. Ik heb er elke avond aan gedacht. Maar om de tango te dansen, moet je met twee zijn. Toen we CFE hebben gekocht, moesten we een nieuwe strategie en doelstellingen uittekenen, en minder belangrijke zaken stopzetten. Dat heeft drie à vier jaar langer geduurd dan ik verwacht had. Het was complex. Sinds een dik jaar hebben we orde op zaken gesteld. Dat was het juiste moment om naar de markt te gaan.”
Crisissen kunnen ook kansen zijn. Welke ziet u voor DEME?
BERTRAND. “DEME zit voor ruim de helft in het hart van de groene economie, een sector die zal blijven boomen. Het zal ook veel werk vinden in het schoonmaken van het milieu. We zouden bijvoorbeeld het probleem van PFOS en andere PFAS kunnen oplossen. Daarvoor hebben we de juiste formules en patenten in huis. De Vlaamse regering weet dat.
“De wereld van morgen is ook een wereld van metalen die nodig zijn voor de elektrificatie. Maar in Europa hebben we omzeggens niks van die metalen. DEME kan er in diepe internationale wateren naar zoeken. We spreken over misschien 2 of 3 procent van de oceaan, een kleine zone maar enorm rijk aan metalen. Daar zit meer kobalt, nikkel, mangaanoxide enzovoort dan alles wat nu op aarde bekend is. Niemand lijkt dat te weten, hoewel we ons best doen om het aan iedereen te zeggen. Ik begrijp Europa niet op dat gebied. Ik vind geen enkele steun bij de Europese Commissie voor de ontwikkeling daarvan. Ze zijn een beetje bang. Ngo’s zeggen: ‘Don’t touch the ocean‘, terwijl twintig universiteiten aantonen dat we dat niet doen.”
Het potentieel van DEME wordt dus nog flink onderschat.
BERTRAND. “Ja, en dat geldt ook voor onze banken (Delen Private Bank en Bank Van Breda, nvdr). Zij doen het prachtig en worden heel goed geleid. Idem dito voor Sipef, dat palmolie produceert. Als iemand dat woord hoort, kruipt die onder tafel. Oké, er zijn fouten begaan in Indonesië. Maar niemand blijkt te weten dat je tien keer meer grond nodig hebt om dezelfde hoeveelheid andere plantaardige oliën te produceren. Onze productiviteit is immens, terwijl bijvoorbeeld de sojaproducenten het Amazonewoud aan het vernietigen zijn. En dan is er de gezondheid. Het vetgehalte in palmolie is een beetje hoger dan dat in andere plantaardige oliën. Dat weet iedereen. Maar wat u niet weet, is dat onze palmolie hard wordt, terwijl vele andere plantaardige oliën liquide zijn en behandeld worden, zodat ze vast worden. Maar dat genereert transvetten, die zeer schadelijk zijn voor je aders en je hart. Palmolie heeft dat dus niet. Het is met andere woorden dom ‘zonder palmolie’ te zetten op het etiket. Niemand weet dat, omdat de Indonesiërs niet goed communiceren. Onze markten zijn voor hen ook niet zo belangrijk. Zij – en wij – voeden voornamelijk Azië.”
Ik zou niet op basis van de economie van vandaag naar de verkiezingen willen gaan. Dat wordt een catastrofe
Welk advies hebt u gegeven aan de nieuwe co-CEO’s?
BERTRAND. “Dat we moeten blijven ondernemen. Wij zijn ondernemers en moeten in elk van onze bedrijven innoveren en zaken creëren. Dat is onze toekomst.
“En dat we tijd hebben. Als over drie jaar blijkt dat we geen euro hebben geïnvesteerd van het half miljard euro in onze kas, dan is dat voor mij goed. We kunnen het ons permitteren geduldig te zijn.”
Waar moet AvH staan over tien jaar?
BERTRAND. “We hebben een industriële strategie op de lange termijn. Wanneer wij nieuwe participaties bekijken of potentiële partijen ontmoeten, zijn wij eerst en vooral in de families en het management geïnteresseerd, in hun kwaliteiten. Zij van hun kant weten dat het niet ons doel is binnen de vijf jaar te verkopen. We gaan dus een alliantie op de zeer lange termijn aan. Al merken we vaak dat de zaken toch niet lopen zoals we hadden verhoopt, bijvoorbeeld als een familiale groep tot elke prijs familiaal wil blijven. We respecteren dat, maar dan stappen wij eruit. Zo krijgen we opnieuw een beetje cash binnen.”
Uw voorzitterschap werd vorig jaar voor twee jaar verlengd. Gaat u nu door tot eind 2023?
BERTRAND. “We zullen zien. Eerst moest ik de opvolging van het management verzekeren. Jan Suykens had ons jaren geleden al gezegd dat hij wat vroeger wilde stoppen, maar ik had hem nooit geloofd. Ik denk dat we de opvolging mooi geregeld hebben. We zijn teruggegaan naar het model van twee co-CEO’s die elkaar versterken. Dat heeft al vier keer goed gewerkt. Dat we dat weer doen, bewijst alleen maar dat we een overvloed aan talent in huis hebben (lacht).”
Uw zoon is een van die CEO’s. Zit het in de genen?
BERTRAND. “Het is te hopen.” (lacht)
Kan uw mandaat nog eens verlengd worden?
BERTRAND. “Ja, maar we zien wel.”
U zou dat wel willen?
BERTRAND. (ontwijkend) “Ik wil dat we de toekomst op de juiste manier verzekeren. En dan zie ik wel wat ik doe.”
Vader en zoon samen, als voorzitter en CEO, werkt dat? Of is dat ongemakkelijk, zoals een leraar die zijn eigen kind in de klas heeft?
BERTRAND. “Het is niet helemaal zo, omdat wij co-CEO’s hebben. Het is eerder een vader en twee zonen (lacht). En ze zijn allebei goed gevormd, ze hebben heel veel kennis en zijn harde werkers. We hebben heel veel vertrouwen in hen.”
Bent u bang voor het zwarte gat?
BERTRAND. “Ik zal actief blijven. Ik steun bijvoorbeeld enkele kleine bedrijven en jonge ondernemers. Dat vind ik heel plezant. Ik ben in zoveel geïnteresseerd dat ik me niet kan inbeelden dat ik in een zwart gat val. Ik hoop vooral dat ik zo lang mogelijk gezond blijf. Je weet nooit wat je kan overkomen. We hebben allemaal maar één gezondheid.”
Tot slot, hoe ontsnapt u aan de dagelijkse hectiek?
BERTRAND. “Ik lees veel, ik hou van kunst, ik doe aan mecenaat, en ik sport een beetje, golf. Ik was er heel slecht in, maar ik heb intussen een beetje meer tijd en speel al wat beter. Dat maakt me enorm gelukkig. Een beetje dom, ik weet het.” (lacht).
Bio
– 1951: geboren in Leopoldstad
– 1974: studeert af als handels- ingenieur (KUL), begint bij Bankers Trust in New York, later ook in Londen en Amsterdam
– 1980: vicepresident Bankers Trust
– 1985: bestuurder Ackermans & van Haaren (AvH)
– 1987: administratief en financemanager AvH
– 1990: managing director AvH
– 1996: CEO AvH
– 2016: voorzitter AvH
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier