Lieven Boeve (Katholiek Onderwijs): ‘Het mag niet enkel over leerachterstand gaan’
Hier en daar sluiten scholen tijdelijk de deuren om de verspreiding van de Britse variant te voorkomen. Maar een algemene opschorting van het onderwijs of een verlengde krokusvakantie is niet nodig, adviseren onderwijsexperts. “Er is eerder een afkoeling in de maatschappij buiten de schoolmuren nodig”, vindt Lieven Boeve, directeur-generaal van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
Woensdagavond kwam een expertengroep met de onderwijskoepels, de vakbonden en Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA), in overleg met virologen, tot het advies dat een verlenging van de krokusvakantie niet nodig is. De onderwijsexperts stellen wel voor in het secundair onderwijs een afkoelingsperiode van een week in te bouwen door afstandsonderwijs voor alle jaren verplicht te maken. In lagere scholen moet ook geen algemene mondmaskerplicht komen, behalve in de twee hoogste jaren als er een sprake is van een besmetting. Ze pleiten met andere woorden voor een gematigde verstrenging.
Zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Waarom is het beter dat het Overlegcomité niet te hard verstrengt?
LIEVEN BOEVE. “Ten eerste omdat de regels in het onderwijs al streng zijn. In het basisonderwijs zijn er geen buitenschoolse meerdaagse activiteiten meer en volwassenen dragen er mondmaskers als ze de afstand niet kunnen respecteren. In het secundair onderwijs is er een algemene mondmaskerplicht en kennen we voor de tweede en de derde graad sinds november al halftijds afstandsonderwijs.
“Dat blijven ook de beste maatregelen om de verspreiding van de nieuwe Britse variant af te remmen. Omdat de besmettelijkheid van die variant groter is, worden extra maatregelen overwogen. We stellen er twee voor, maar die moeten toch vooral kaderen in een algemene maatschappelijke inspanning die nodig is.
“Gisteren hebben we weer cijfers van het CLB gekregen. En de vaststelling blijft: op school gebeuren maar heel weinig besmettingen. De meeste kinderen en volwassenen raken besmet in hun thuissituatie. De scholen zijn dus niet de motor van de epidemie, maar ondervinden er wel de gevolgen van als ze zich meer verspreidt in de samenleving. Daarom adviseren we het Overlegcomité de huidige maatregelen te handhaven en eventuele extra maatregelen te kaderen in een afkoeling op het niveau van de samenleving.”
Een bevraging van het gemeenschapsonderwijs en uitgeverij Van In geven intussen een duidelijke leerachterstand aan. Is dat ook een reden om het Nederlandse voorbeeld om de scholen te sluiten, niet te volgen?
BOEVE. “In een pandemie verlies je in alle sectoren. Ook in het onderwijs. We kunnen rouwig zijn om de leerachterstand, maar we kunnen momenteel niet anders dan dat verlies te accepteren. We werken vandaag niet in de beste pedagogische omstandigheden. Het zal er vooral op aankomen daar in de komende jaren aan te werken.
“Ik denk dat we nu vooral de schade proberen te beperken. In de ons omringende landen zijn de scholen gewoon dicht. Wij slagen erin, met de maatschappelijke keuzes die we maken, de scholen vooralsnog open te houden. We zijn dankbaar dat onderwijs als een sector met groot belang voor de rest van de samenleving wordt gezien.”
Maar de leerachterstand blijft?
BOEVE. “Het mag vandaag niet enkel over leerachterstand gaan, maar ook over het welbevinden van de scholieren. De voornaamste reden voor de opgelopen leerachterstand is nog altijd de sluiting van vorig schooljaar. De KU Leuven heeft onderzoek gedaan naar de impact van de eerste lockdown op leerlingen van het zesde leerjaar. Die heeft tot een half jaar achterstand gezorgd. Dat kun je niet met een vingerknip wegwerken. We leven nu in de paradoxale situatie dat er een leerachterstand is terwijl er nooit eerder zoveel schooltijd is geweest als dit schooljaar. Er zijn geen buitenschoolse uitstappen, je kunt op school geen grote activiteiten doen. En toch blijkt het pedagogisch lastig om voluit van die situatie te profiteren. Dat komt omdat de leermotivatie van leerlingen nu veel schade ondervindt. Er is een gebrek aan een duidelijk perspectief en weinig plaats voor buitenschoolse activiteiten die het leven van jongeren kleur geven. Dat speelt mee. Bovendien blijkt dat leerstof die via afstandsonderwijs is aangeleerd, minder goed verworven is. Voor we die leerachterstand echt kunnen wegwerken, moeten we eerst naar normale situatie terugkeren. Daar moeten we de komende tijd rekening mee houden.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier