Ondernemen is groeien, en voor Vlaamse ondernemingen liggen er nog veel groeikansen in het buitenland. In deze zomerreeks polst Trends bij de vertegenwoordigers van Flanders Investment & Trade in de landen waar zij Vlaamse ondernemers en investeerders begeleiden. In deze aflevering vertelt Laura-Johanna Cluytens over ondernemen en leven in de economische hoofdstad van Brazilië, São Paulo.
We spraken Laura-Johanna Cluytens aan het begin van de zomer, vlak nadat ze mee was gegaan op een handelsmissie naar Chili met het Belgische koningspaar. Het staatsbezoek kwam vooral in het nieuws door het technische defect dat het vliegtuig van de koning aan de grond hield, maar de missie was voor de Vlaamse bedrijven een groot succes, volgens Cluytens.
Moeten Vlaamse ondernemers in Brazilië anders te werk gaan?
LAURA-JOHANNA CLUYTENS. “In Brazilië is het belangrijk veel tijd te steken in face-to-facecontacten. In Vlaanderen kun je na een jaar weer contact opnemen met iemand, in Brazilië moet je die relaties onderhouden. Je hebt lokale partners nodig voor alles wat betrekking heeft met het wetgevende kader en de overheid. Er is een federale overheid, maar ook de deelstaten hebben veel autonomie in specifieke domeinen. Je moet Brazilië bijna als een continent benaderen, met grote regionale verschillen. Het land is groot en divers en er is niet zoiets als één toegangspoort tot het hele land.
“De cultuur in het zuiden van Brazilië leunt dichter aan bij die in Uruguay en Argentinië. São Paulo is heel erg gericht op dienstverlening. De mensen werken er erg hard, omdat er ook veel concurrentie is. Je kunt echt wel dingen gedaan krijgen in São Paulo. Je kunt een Europese bedrijfscultuur niet zomaar transporteren, maar er is in het zuiden van Brazilië wel meer affiniteit met de Europese manier van werken dan in het noordoosten. Daar moet echt alles op het ritme van de tropen gebeuren.”
‘Je moet je geduld hebben. Het zal niet in kannen en kruiken zijn na één enkele businesstrip’
Is er iets waar ondernemers in Brazilië specifiek op moeten letten?
CLUYTENS. “Je moet in Brazilië niet met Engels of Spaans afkomen, net zoals je je in Argentinië niet met Portugees uit de slag kunt trekken. Dat zijn totaal verschillende talen en culturen. Het loont je te verdiepen in de cultuur en de gastronomie van het land, om appreciatie te tonen, maar ze zullen je het wel vergeven als je iets ‘verkeerd’ doet.
“Lokale partners kunnen je helpen navigeren. En dan moet je geduld hebben. Laat je niet ontmoedigen door de bureaucratie. Het zal niet in kannen en kruiken zijn na één enkele businesstrip.
“Nog interessant: alle businesscontacten verlopen via WhatsApp. Brazilianen spreken ook veel voice notes in via WhatsApp.”
Hoe zit het met de veiligheid?
CLUYTENS. “Ik neem verschillende maatregelen om mijn veiligheid te garanderen en het risico op een veiligheidslek zo klein mogelijk te houden. Ik ben half Colombiaans, half Vlaams. Ik ben in mijn jeugd in de heftige jaren negentig elk jaar op vakantie geweest naar Colombia en ik ben hier dus mijn hele leven voor getraind geweest. Bepaalde vormen van criminaliteit zijn verschoven en uitgebreid van Colombia, Ecuador en delen van Peru naar andere landen, zoals Paraguay, Argentinië, Uruguay en Brazilië. Wij hebben in Colombia een gezegde: ‘No hay que dar papaya.’ Dat betekent letterlijk: ‘je moet geen papaja geven.’ Daarmee bedoelen Colombianen dat je anderen geen kans moet geven of dat je van jezelf geen makkelijk doelwit mag maken. Loop op straat niet te koop met blinkende juwelen of een smartphone, of ga als ondernemer nooit onvoorbereid in een onderhandeling.”