‘ChatGPT kun je bijna als een medeoprichter beschouwen’

We hebben een idee in ons hoofd, waarvan we willen uitzoeken of er geld mee te verdienen valt. Willen we particulieren of bedrijven als klanten? Het is maar een van de vele vragen waarop we een antwoord moeten zoeken om ons businessplan te kunnen uitwerken.

Ons idee? Denk Duolingo, maar dan voor beleggers. Een app, die een beetje verslavend is, waarmee mensen spelenderwijs financiële kennis opbouwen.

“Wat wij niet gaan doen, is jouw idee vorm geven”, zegt Annelies Leysen, bedrijfsadviseur bij het contactcenter van Vlaio, die samen met haar collega’s eerste hulp bij ondernemen biedt. “Ik heb wel collega’s die meer doorgedreven begeleiding bieden aan innovatieve ondernemingen. We werken ook met een heleboel partnerorganisaties, die meer intensief met een ondernemer aan de slag gaan. Daar kun je begeleiding krijgen om van een vaag idee tot een echt ondernemingsplan te komen. Daarna kun je een ondernemingsnummer aanvragen en eraan beginnen.”

Op het internet en sociale media komen we regelmatig ondernemerscoaches tegen. Doorgaans hebben ze zelf een bedrijf gehad, mét een miljoenenomzet. Soms hebben ze met succes hun bedrijf verkocht. Soms hebben ze naar eigen zeggen genoeg verdiend met hun onderneming om er gewoon mee te stoppen. Altijd weten ze hoe u van 100.000 euro naar 1 miljoen euro omzet moet gaan, of iets in die grootteorde. Over winst wordt vaak niet gesproken in die advertenties op sociale media, terwijl het uiteindelijk toch vooral om het onderste lijntje op de resultatenrekening draait: wat blijft er van de inkomsten over na aftrek van alle kosten en belastingen?

Kwaliteitsbewaking

De coaches rekenen voor een mentortraject van een jaar bijvoorbeeld 20.000 euro aan. Wat krijgt u daarvoor terug? Behalve enkele reviews op het internet of mondreclame is er weinig substantieels te vinden om het trackrecord van die coaches te checken. Ze werken niet met een erkend statuut of een keurmerk.

“Alle partners op de website van Vlaio en in onze expertisedatabank moeten beantwoorden aan bepaalde criteria”, zegt Annelies Leysen. “De partners worden via een overheidsopdracht geselecteerd. Er is een kwaliteitsbewaking en opvolging door Vlaio. Ze krijgen ook subsidies, waardoor de tarieven lager liggen dan wanneer je op de privémarkt gaat zoeken. Als je een consultant moet inhuren, spreek je toch over heel andere bedragen.”

Subsidies

Vlaanderen is zinnens om te snoeien in allerhande subsidies. Misschien sneuvelen ook initiatieven die startende of groeiende ondernemers steunen, maar voorlopig is het aanbod erg groot. Voor wie door het bos de bomen niet meer ziet: de adviseurs van Vlaio kunnen op basis van een eerste gesprek u ook partnerorganisaties suggereren bij wie u zich wellicht het beste op uw plek zult voelen.

Voor ons kwam bijvoorbeeld Voka Bryo uit de bus. Bryo Standup belooft ons tien halve dagen met intensieve werkbijeenkomsten, verspreid over drie à vier maanden. Dat kost 250 euro, exclusief btw. Aan het einde van de rit zouden we met ‘een sterk businessplan’ moeten buitenwandelen. “Als jullie echt op een missie zijn om de financiële geletterdheid op te krikken, dan kan de Sociale Innovatiefabriek misschien ook iets voor jullie zijn”, voegt Annelies Leysen eraan toe.

Maar er zijn tal van organisaties waar we terechtkunnen, en ook meer specifieke opleidingen. Zo mikt SheMeansBusiness van SheDIDIT vooral op vrouwen en mannen met een migratieachtergrond. The Circular Kickstart richt zich op start-ups en scale-ups met interesse in de circulaire economie. Bryo Startup is voor ondernemers die al even bezig zijn, maar hun commercieel en financieel plan verder willen finetunen. Enzovoort.

Aan de slag

Hoeveel hulp en steun er ook is, uiteindelijk moeten we ons huiswerk zelf maken. “Wie is je doelgroep? Hoe ga je die bereiken? Wie zijn de concurrenten? Welke kosten ga je maken? Wat is de schaalbaarheid? Dat zijn allemaal vragen die jij moet beantwoorden in je ondernemingsplan”, somt Annelies Leysen op. Onze doelgroepen zijn in eerste instantie vrouwen en moslims en in tweede instantie iedereen die koudwatervrees heeft om met zijn of haar centen aan de slag te gaan. We kunnen die bereiken via bestaande netwerken, of we kunnen zelf een community van gelijkgestemde zielen proberen op te bouwen, die mee kunnen nadenken over de oplossing. Via crowdfunding kunnen we eventueel zelfs kleine financiële bijdragen vragen.

“Een crowdfundingcampagne kan een heel interessante mogelijkheid zijn voor sommige ondernemers”, stelt Annelies Leysen. “Financiering en marketing in een klap. Voelen of mensen bereid zijn er centen voor te geven. Je kunt op voorhand al financiële middelen krijgen en pas later je product opsturen of een dienst ontwikkelen. Die kleine financiers worden jouw ambassadeurs, als alles goed gaat. Je moet dan wel al iets kunnen tonen aan de markt.”

We vrezen wel een beetje dat de mensen die wij voor ogen hebben als gebruikers, niet bereid zullen zijn te betalen voor het gebruik van onze app, en op voorhand al helemaal niet. Naar het voorbeeld van Duolingo zou een gratis versie de logische eerste stap zijn, met advertenties die ten langen leste zo beginnen te irriteren dat mensen overwegen naar de betalende versie over te stappen.

Diepe zakken

We moeten dus op zoek naar partners of naar adverteerders. Vermogende families maken vaak voor de volgende generatie video’s of games om hen financiële geletterdheid bij te brengen. Mogelijk willen zij, uit filantropische overwegingen, een deel van die digitale financiële lessen gratis ter beschikking stellen van het brede publiek? De traditionele banken en beursmakelaars bereiken met hun dienstverlening voor beleggers amper moslims en ook minder vrouwen dan mannen. Wie weet willen zij ons wel financieel steunen, als wij die doelgroepen net wel kunnen bereiken?

“ChatGPT kun je bijna als een medeoprichter beschouwen”, stelt Robin De Cock, professor Innovation & Entrepreneurship aan de Antwerp Management School. We vroegen dan maar aan ChatGPT hoeveel het ongeveer zou kosten om een eerste versie te ontwikkelen van een app zoals Duolingo, waarmee de gebruikers financiële kennis in plaats van talenkennis opbouwen. Het antwoord luidt 250.000 euro. Daarvoor zouden we op zoek moeten naar investeerders, of een medeoprichter met diepe zakken. Want ChatGPT brengt natuurlijk geen geld in, als virtuele medeoprichter.

Testen, testen en nog eens testen

We kunnen zonder grote kosten wel al met een quiz of een spelletje met verschillende niveaus op de website van Trends testen of mensen achter beloningen aangaan, zoals een gratis abonnement. “Ik heb samen met collega’s de impact onderzocht van een digitaal spel, een financiële escaperoom, waarin jongeren tussen 11 en 17 jaar financiële uitdagingen moesten oplossen”, zegt Kenneth De Beckker, gastprofessor financiën aan de KU Leuven en assistent-professor aan de Open Universiteit in Nederland. “Het werkt. We zagen een significante stijging van de financiële geletterdheid. Zodra het ontwikkeld is, kan een game met lage marginale kosten aan vele gebruikers aangeboden worden, zonder afhankelijk te zijn van leerkrachten of fysieke lessen.”

Kenneth De Beckker waarschuwt wel meteen dat onze doelgroepen mogelijk minder gemotiveerd worden door de spelvorm, de levels en de beloningen. “Niet alle doelgroepen profiteerden in dezelfde mate. Vooral jongens en leerlingen in een academische richting profiteerden bovengemiddeld, jongeren met een lagere sociaal-economische achtergrond minder dan gemiddeld.”

“Je moet onderzoeken of de oplossing die je in je hoofd hebt, effectief is, en die vervolgens valideren”, besluit Robin De Cock. De professor reikt ons nog een laatste tip aan. Er zijn ook bedrijven zoals Buffl die hun community ‘uitlenen’ aan bedrijven die willen testen wat werkt en niet werkt. Wordt vervolgd.

Volgende aflevering: hoe gaan we van solopreneur(s) naar een team?