Janssen Pharmaceutica Inc, de Amerikaanse dochter van Janssen Pharmaceutica, heeft een boete van ruim 1,1 miljard dollar (838 miljoen euro) gekregen van een rechter in de Amerikaanse staat Arkansas.
Het verdict kwam er nadat een lokale volksjury had geoordeeld dat het bedrijf, onderdeel van het Amerikaanse gezondheidsconcern Johnson & Johnson, artsen had misleid over de risico’s van het antischizofreniemiddel Risperdal.
“We gaan het hier niet bij laten. We vragen een nieuw proces. En als die aanvraag wordt geweigerd, gaan we in beroep”, zegt Stefan Gijssels, de woordvoerder van Janssen Pharma. Hij voegt eraan toe dat Janssen Pharmaceutica in Beerse zelf niet betrokken is bij de zaak in de VS. “Bovendien is er geen enkele twijfel over de werking van het product.”
De zaak is het gevolg van een brief die Janssen stuurde naar alle dokters over Risperdal. “We werden daartoe verplicht door de FDA (de Amerikaanse gezondheidsinstantie, nvdr), net als alle andere antipsychoticaproducenten”, legt Gijssels uit. “Wij hebben er een paragraafje aan toegevoegd om te melden dat het veiligheidsprofiel van ons product beter was, volgens de bekende studies. Dat wordt nu beschouwd als misleidend, omdat anderen dat niet geschreven hadden. Maar dat stond wel in de bijsluiter die goedgekeurd was door de FDA. Wij hebben dus nooit iets beweerd dat niet was goedgekeurd door de FDA.”
Het is al de derde boete, maar veruit de grootste boete die J&J, ‘s werelds tweede grootste producent van gezondheidsproducten, opgelegd kreeg voor Risperdal.
De nieuwe boete vertegenwoordigt 11 procent van de nettowinst van J&J voor 2011, en 1,7 procent van de omzet.
Risperdal behaalde in 2007 een recordomzet van 4,5 miljard dollar. Die inkomsten zijn fors geslonken nadat de octrooibescherming was geëindigd. In 2010 was het middel nog goed voor 527 miljoen dollar.
Bert Lauwers
