Elia wil later dit jaar testen doen om versneld een oplossing te bieden voor zonnepanelenbezitters die werden getroffen door de schrapping van de terugdraaiende teller. De hoogspanningsnetbeheerder werkte daaraan in het kader van het Internet of Energy-project.
“Er is een zekere complexiteit, maar we bekijken wat kan”, liet CEO Chris Peeters vallen in de marge van een persconferentie waarop de jaarresultaten over 2020 werden gepresenteerd. Het Internet of Energy-project, dat goed twee jaar geleden van start ging, moet tegen 2025 er mee voor zorgen dat ook consumenten de voordelen kunnen plukken van de energietransitie. Een eerste reeks testprojecten werd in oktober afgesloten, dit jaar volgt een twee reeks.
De Elia-groep zag vorig jaar de opbrengsten met 6,7 procent stijgen ten opzichte van 2019, tot ruim 2,47 miljard euro. De bedrijfswinst steeg met 8,1 procent tot 1,0 miljard euro. De nettowinst komt uit op 308,1 miljoen euro, tegenover 306,2 miljoen in 2019. Over 2020 wordt een dividend van 1,71 euro per aandeel uitgekeerd.
Energie-eiland
De groep blijft massaal investeren. Ondanks corona verliepen alle investeringen zoals gepland, goed voor 337,4 miljoen euro in België en 715,9 miljoen euro in Duitsland. Dat miljard euro maakt deel uit van stevige investeringsplannen. Voor België gaat het om 3,2 miljard euro tot en met 2025, voor de Duitse dochter 50Hertz om 4,7 miljard euro. In beide landen wordt het ritme na 2023 fors opgetrokken, om de volgende golf van hernieuwbare energieproductie te integreren in het net.
In België moeten dan de projecten worden aangevat om de tweede offshore-windmolenzone, het Koningin Elisabethpark, te verbinden met het hoogspanningsnet. Al dreigt burenprotest voor vertraging te zorgen. Voor de twee landprojecten, Ventilus in West-Vlaanderen en Boucles de Hainaut in Henegouwen, zou een intendant worden aangesteld.
De politiek moet ook duidelijk maken of er een kunstmatig energie-eiland zou worden gebouwd op 40 kilometer van de kust. Tot nu toe ging Elia uit van een modular-offshoregrid (MOG), zeg maar een stopcontact op zee, met drie platformen. Het eiland zou die MOG vervangen, en ook ruimer ingezet kunnen worden. Het kan een schakel zijn in een groter net om windenergie vanaf de Noordzee aan land te brengen. “Het kost in eerste instantie iets meer, maar zal nadien leiden tot lagere kosten.”
Indien het een eiland wordt, moet een eerste fase worden gerealiseerd voor 2025 om aanspraak te kunnen maken op steun van het Europese Relanceprogramma. Elia rekent op 100 miljoen steun. Zo blijven de kost even hoog als voor de MOG – 400 tot 450 miljoen euro, inclusief de elektrische installaties 1,1 miljard euro – en wordt de factuur voor de consument niet verder opgedreven.
Febeg, de federatie van Belgische elektriciteits- en gasbedrijven, liet gisteren weten dat er meer gasgestookte elektriciteitscentrales nodig zijn om de sluiting van de kerncentrales op te vangen. Op basis van een Elia-verslag berekende Febeg dat er slechts 2,2 tot 2,5 gigawatt capaciteit zou bijkomen, ter vervanging van de 6 GW van het nucleaire park, dat tegen 2025 wordt gesloten. Peeters ziet echter geen enkele reden om het studiewerk ter discussie te stellen.
Om beter om te kunnen met het feit dat er niet altijd wind of zon is, rekent Elia niet alleen op nieuwe gascentrales. Ten eerste zal, door de integratie van de netten, de offshoreproductie stabieler en voorspelbaarder worden. Daarnaast rekent het bedrijf erop dat het de flexibiliteit van bijvoorbeeld elektrische voertuigen, warmtepompen en warmtenetten zal kunnen inzetten.