Het beste advies van Philippe Van Troeye (Electrabel)
Gedelegeerd bestuurder Philippe Van Troeye (53) van Electrabel was zeventien toen hij zijn beste advies kreeg van zijn vader Arthur: “wees voorzichtig met ingenieurs.”
“Ik had nog niet beslist welk beroep ik wou doen. Mijn vader, een syndicaal afgevaardigde bij de Boël-staalfabriek in La Louvière, vertelde over de toestand in de onderneming. Zijn ervaring was dat veel problemen ontstonden door een gebrek aan goede communicatie tussen de ingenieurs van het middenkader, en de arbeiders. Dus toen ik een aantal maanden later zei dat ik ingenieur wou worden, gaf hij me die goede raad: zorg dat je een goede wordt.”
Van Troeye studeerde burgerlijk elektrotechnisch ingenieur aan Faculté Polytechnique de Mons, en later general management aan Insead in Fontainebleau. Hij werd eerst research & development engineer bij Philips. Hij begon in 1988 bij Electrabel, en klom via verschillende functies in de productietak op tot directeur productie Belux. Van Troeye werd in 2012 verantwoordelijke voor alle productieactiviteiten van GDF Suez in Europa, een functie die hij sinds begin vorig jaar combineert met het CEO-schap van Electrabel.
“Achteraf was mijn vader natuurlijk heel fier. Wat ik ben, heb ik te danken aan mijn moeder en mijn vader. Uiteindelijk hebben mijn ouders altijd geprobeerd hun kinderen een goede opvoeding te geven. Maar ze hebben ons altijd vrij gelaten.”
“Zijn advies heb ik meegenomen, en het heeft me sterk geholpen. Ik heb altijd geprobeerd een andere stijl te hanteren in de relatie met mijn medewerkers dan die waar hij voor waarschuwde. Ik voel me niet beter dan hen. In de productiecentrales kennen ze mij als Philippe, niet als ‘meneer de CEO’. Ik denk ook dat dat helpt om het beste te halen uit de mensen en de organisatie.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier