Gert Linthout gelooft dat mensen het goede willen doen, en dat iedereen kan zoeken naar de rol waarmee hij of zij de grootste positieve impact kan hebben. In zijn geval is dat als ondernemer. Hij werkt voor drie impactbedrijven tegelijk: Ray & Jules, CEE en Mic Mac Minuscule.
“Soms wordt iets je identiteit door de dingen die je doet, en voor je het weet word je een Radicale Vernieuwer genoemd. “Gert Linthout verwijst naar de wedstrijd van Sociale Innovatiefabriek en Cera, die op zoek gaat naar bedrijven die oplossingen bieden voor de grote maatschappelijke uitdagingen. Ray & Jules was een van de tien laureaten van de lichting van 2022 en won de juryprijs met zijn technologie om koffie te branden op zonne-energie en zo de koffiesector te verduurzamen.
Identiteitsvormende zaken doet Gert Linthout bij de vleet. Behalve voor Ray & Jules werkt hij ook voor het cleantechbedrijf CEE, dat energie-intensieve bedrijven helpt hun productie klimaatneutraal te maken. Ray & Jules, dat een onderdeel van de CEE Group is, was een idee van Koen Bosmans, de CEO van CEE. Het koffiebedrijf is een voorbeeld van hoe de technologie van CEE kan worden toegepast.
Linthout draagt nog een derde petje. Acht jaar geleden richtte de Oost-Vlaming samen met zijn vrouw, Jona Mukabalisa, Mic Mac Minuscule op. Het koppel kreeg zijn tweede kindje en stelde vast dat er nog geen manier was om tweedehands babyspullen opnieuw in omloop te brengen.
Ray & Jules wil de hele koffiesector inspireren tot verandering. Dat is ambitieus. Wat is het plan?
GERT LINTHOUT. “We willen bedrijven klimaatpositief maken door ze energie-efficiënter te maken, en tegelijk fossiele brandstoffen uit te sluiten. We werken voor klanten in verschillende sectoren, heel vaak in de voedings- en de bouwmaterialensector. We merkten weinig openheid bij een koffiespeler waaraan we nieuwe technologie voorstelden. Koen besloot daarom zelf een koffiebedrijf op te richten. Het duurde twee jaar om de technologie te ontwikkelen om koffie te roosteren met zonne-energie. In 2019 zijn we naar de markt gestapt en ben ik erbij gekomen. We zijn samen de eigenaar van Ray & Jules. Hij focust op de financiën en de strategie, ik op de marktontwikkeling. We zijn al langer goede vrienden en delen een passie voor het klimaat en een drive om voor een positieve verandering te zorgen.”
Ray & Jules is nog klein in vergelijking met CEE.
LINTHOUT. “CEE bestaat al sinds 2007, er werken ongeveer zeventig mensen. Bij Ray & Jules zijn er twaalf medewerkers. Al 35.000 mensen drinken onze koffie thuis en op kantoor. We richten ons op de Benelux, maar sinds kort zijn we aan het internationaliseren, tot in de Verenigde Staten. Net als bij Mic Mac Minuscule vertrekken we bij Ray & Jules van het idee dat ten goede veranderen geen pijn hoeft te doen. Wanneer iemand koffie drinkt die geroosterd is met zonne- in plaats van fossiele energie, zorgt dat voor een emotionele verandering en bewustwording. Dat is ons doel. We willen niet het grootste koffiebedrijf zijn, maar wel luid en positief zijn. CEE lost op grote schaal het energieprobleem op door zijn technologie wereldwijd te leveren aan grote spelers. Dat zorgt voor een besparing van honderdduizenden ton CO2 per jaar.”
‘Er zijn maar twee dingen die mensen kunnen volhouden: niets doen of een gewoonte. Alles daartussen kost te veel energie’
Het onvoorspelbare beleid van president Donald Trump houdt u niet tegen om naar de Verenigde Staten te gaan?
LINTHOUT. “Het maakt voor ons weinig verschil of Trump er is of niet. In America only the dollar counts. We hebben net een topman van de Amerikaanse koffiebarketen Starbucks aangetrokken om de Amerikaanse CEE-tak te leiden, samen met een van onze ingenieurs die naar daar is verhuisd. We merken dat er veel interesse is voor onze technologie. In de VS staat men meer open voor innovatie dan in Europa. Onze technologie is niet enkel bruikbaar voor koffiebranders, maar ook bij de productie van mout, cacao en bouwmaterialen. De baksteenproducent Vandersanden stapte bijvoorbeeld naar CEE om technologie te ontwikkelen om CO2 te capteren in zijn stenen.”
Waarom is er zo weinig innovatie in de koffiesector?
LINTHOUT. “Het is een sector die heel erg naar zichzelf kijkt, er komt weinig innovatie uit andere sectoren binnenwaaien. De bedrijven branden hun koffie op hoge temperatuur in grote ronddraaiende trommels op gas. Dat is geen energie-efficiënt proces. Onze technologie op zonne-energie is preciezer en drie keer energie-efficiënter. Als de hele sector zou overschakelen op die technologie, kun je tegen 2050 miljoenen tonnen CO2 uitsparen. Je kunt de koffiesector een beetje vergelijken met de autosector voor Tesla. Dat bedrijf werd ook niet echt serieus genomen, en voor de grote autobedrijven was het rendabeler om niet te veranderen.”
Ray & Jules is nog maar vijf jaar bezig. Kunt u toch al uw impact inschatten?
LINTHOUT. “Volgens de FT1000 van Financial Times zijn we een van de snelst groeiende koffiebedrijven in de Europese Unie, sinds onze start gemiddeld 30 à 40 procent per jaar. De grote bedrijven, zowel Belgische als internationale, zijn allemaal bij ons over de vloer geweest. Een van de grootste Amerikaanse koffiebedrijven is in ons merk geïnteresseerd. Dat is bijzonder voor een bedrijf dat nog maar goed vijf jaar bestaat. We branden bijna honderdduizend kilo koffiebonen per jaar.”
Dat zult u wellicht niet hebben gedacht toen de coronapandemie toesloeg nauwelijks een paar maanden na de oprichting. U richtte zich vooral op de kantoormarkt, maar mensen werkten plots thuis.
LINTHOUT. “We hadden plots geen klanten meer, mensen dronken alleen thuis nog koffie. We zijn toen beginnen te verkopen aan particulieren, maar we hadden geen distributiekanaal. Je kunt moeilijk zeggen: ‘”Hé Colruyt, wil je onze koffie niet snel even verdelen?” We hebben dan mensen aangesproken op LinkedIn en die campagne sloeg zo aan, dat we ervan overtuigd raakten dat onze thuismarkt interessant was. We bouwden onze logistieke stroom om voor levering van verse koffie aan huis. Zo zijn we beginnen te groeien. Ondertussen verkopen we ook weer op de kantoormarkt.”
De koffiesector kan een grote impact hebben op de weg naar klimaatneutraliteit. Heeft de koffieteelt veel te lijden onder de klimaatopwarming?
LINTHOUT. “Ja, de koffieplant is heel gevoelig aan veranderingen, zoals veel regen, droogte en temperatuurverschillen. Je moet ook proactief ziektes bestrijden. Dat alles maakt dat je op de lange termijn moet kunnen werken, maar omdat veel koffieboeren in armoede leven, lukt dat niet. Dit jaar zijn de koffieprijzen op de wereldmarkt verdubbeld, hoewel de mislukte oogsten maar een paar procenten van het totaal uitmaakten. Dat toont hoe gevoelig die markt is. Vorig jaar werden de grootste twee koffieproducerende landen, Brazilië en Vietnam, getroffen door extreme droogte. Als zulke klimaatrelateerde zaken gebeuren, merk je dat de hele sector in paniek slaat. In Vietnam wordt bovendien robusta geteeld, een variëteit die minder opbrengt dan arabica. De koffieboeren krijgen er slechte prijzen voor. Ze zien dat er vanuit China meer vraag is naar durian, een vrucht waarvan de teelt drie keer meer opbrengt dan koffie. Ze kappen hun koffieplantages om durian te telen. De verwachting is dat meer dan de helft van de koffieplantages zal verdwijnen tegen 2050. Het gevolg is dat de koffieprijs zal blijven stijgen.”
‘Wanneer een ondernemer iets zegt, komt dat bij andere ondernemers anders binnen dan wanneer een consultant hetzelfde zegt’
Klanten zijn vaak des te kritischer voor duurzame bedrijven, omdat ze op elk aspect in hun bedrijfsvoering duurzaam moeten zijn, terwijl dat niet altijd kan. Herkent u dat?
LINTHOUT. “Wij krijgen soms te horen dat onze technologie dan wel uniek en duurzaam is, maar dat we het bijvoorbeeld niet zo nauw nemen met onze verpakking, omdat die van plastic is. Ik ben een bio-ingenieur, dus ik heb wel wat feeling met dat onderwerp en we hebben dat wel degelijk onderzocht. Een recycleerbare plastic verpakking is op dit moment de meest duurzame oplossing voor ons. Een ander voorbeeld: na de lancering van onze hercomposteerbare capsules in 2024 kregen we klachten van klanten die zeiden dat ze niet goed werkten. Dat was ook zo. We gebruikten de feedback om de capsules te verbeteren. Dat lukte, dankzij een nieuwe leverancier. We proberen steeds de juiste keuze te maken, zelfs als het soms moeilijk is. In Congo werkten we samen met een coöperatie waar kinderarbeid is. We stelden de vraag hoe we de kinderarbeid op die plantage konden wegwerken. Samen met lokale organisaties werkten we daarvoor een project uit.”
Niet enkel met uw bedrijven streeft u naar duurzame impact, ook persoonlijk doet u dat. De krant De Standaard bracht onlangs een artikel waarin u getuigde over hoe uw gezin dat aanpakt.
LINTHOUT. “De boodschap die mijn vrouw en ik in dat artikel gaven, was dat het gewoon ook plezant moet zijn. Wij reizen graag met de trein bijvoorbeeld, we vinden dat leuker dan met het vliegtuig. Toen we in ons dorp stonden te supporteren voor marathonlopers, lag het er vol rommel. We zijn onze stokken gaan halen en beginnen op te ruimen, mijn zoon vindt dat plezant. Wij eten bijvoorbeeld ook zo veel mogelijk vegetarisch, maar niet uitsluitend. Naast gewone melk zetten we eens haver-, soja- en rijstmelk op tafel. Samen met de kinderen proeven we ze dan alle vier. Drie van de vier vinden havermelk lekker, maar mijn dochter niet, zij drinkt nog altijd melk. We willen niet forceren, maar wel bewustzijn creëren en uitproberen.”
U let ook sterk op de balans tussen werk en leven. Hoewel u in drie bedrijven werkt, blijft u op vrijdag thuis. Hoe doet u dat?
LINTHOUT. “Mijn inspiratie komt uit het boek Elementaire gewoontes van James Clear. Er zijn maar twee dingen die mensen kunnen volhouden: niets doen of een gewoonte. Alles daartussen kost te veel energie. Om privé meer tijd te hebben, hebben Jona en ik besloten op vrijdag niet te werken. Mocht er een groot Japans bedrijf op vrijdag langskomen, zal ik die dag wel werken, maar ik kies ervoor zo veel mogelijk vrij te zijn op vrijdag. Op dinsdag hebben Jona en ik een vrije avond. We wonen in de buurt van een stad (in Gentbrugge, bij Gent, nvdr.), waardoor we overal met de fiets naartoe kunnen gaan. Maandag is een thuiswerkdag, op donderdag werk ik altijd op kantoor bij Ray & Jules. Dat is onze teamdag. Daartussen ben ik flexibel. Sinds anderhalf jaar heb ik ook een assistent die de agenda helpt te bewaken, zodat ook lopen en gezond eten daarin passen. Ik kan altijd besluiten van die planning af te wijken, maar ik heb haar een mandaat gegeven om mij daarin te overrulen. (lacht)”
Waarom vindt u het belangrijk deel te nemen aan het publieke debat door uw berichten op LinkedIn en voortaan ook met een column in Trends?
LINTHOUT. “Een van de redenen is dat ik besef dat wanneer een ondernemer iets zegt, dat bij andere ondernemers anders binnenkomt dan wanneer een consultant hetzelfde zegt. In Trends schrijf ik voor een publiek van ondernemers en kan ik hen hopelijk inspireren. Ik hoop bewustzijn te creëren, een rimpeling. Hoe mensen dat bewustzijn dan invullen, is hun zaak. Als je bijvoorbeeld beslist drie biefstukken per week te eten, dan zal ik die keuze respecteren, maar ik vind wel dat je moet weten wat het effect is van die keuze.” z
Bio
• 1980: geboren te Sint-Niklaas
• 2003: master industrieel ingenieur biowetenschappen (UGent)
• 2003: wordt consultant bij Möbius Business Redesign
• 2007: postgraduaat Management (KU Leuven)
• 2016: medeoprichter Mic Mac Minuscule
• 2019: mede-eigenaar Ray & Jules
• 2022: lead explorer zero emission roasting bij CEE, wordt met Ray & Jules gekozen tot Radicale Vernieuwer
• 2025: wordt columnist bij Trends