Francis De Clerck: de sterke man achter Beaulieu International Group
Met de overname van Beaulieu Canada en Beaulieu Australië koopt Francis De Clerck twee tapijtfabrieken van zijn oudste zus Mieke. De belaagde Beaulieu-baas leidt nu een industriële groep met een omzet van meer dan 2 miljard euro en vijfduizend werknemers.
Slingerbewegingen zijn een constante in de geschiedenis. Dat is ook het geval bij het spraakmakende textielimperium Beaulieu van de West-Vlaamse familie De Clerck. De topman, Francis De Clerck, is de derde zoon van stamvader Roger De Clerck, die in 1958 de Beaulieu-groep oprichtte. Roger, een boerenzoon, verruilde het verlieslatende vlas voor het weven van meubelstoffen en tapijten.
Dertig jaar later stond ‘Boer Clerck’ aan het hoofd van een internationale tapijtgroep met zeventig fabrieken in vijftien landen. In 1991 verdeelde de sluwe De Clerck zijn industriële imperium onder zijn zes kinderen: Jan, Luc, Mieke, Francis, Dominiek en Anne. Zelf behield hij de lucratieve grondstoffenpoot. Toen al waren het gerecht en de fiscus het Beaulieu-dossier aan het uitspitten. Er zijn verscheidene schikkingen met de belastingdiensten getroffen, maar tot vandaag lopen er nog altijd gerechtelijke procedures.
Francis De Clerck zou tot in de machine kruipen om te zien wat er scheelt
Kenners van de sector noemen de opsplitsing van de controversiële tapijtgroep een stommiteit. “Dat was verdeel-en-heers uit het boekje. De tweede generatie werd tegen elkaar uitgespeeld. Ze hebben elkaar bijna doodgeconcurreerd”, fluistert een West-Vlaamse textielveteraan. Onder impuls van de discrete Francis De Clerck, van wie de stijl en het temperament volgens insiders op die van zijn vader lijken, en door de harde crisis in de sector kwamen vier takken van de familiale groep in 2005 weer samen onder één dak. Zo ontstond B.I.G. of Beaulieu International Group. Jan De Clerck, de oudste zoon, deed met Domo niet mee. Hij had in 1998 gebroken met de clan door als eerste een schikking te treffen met de fiscus. Ook Mieke De Clerck, de oudste dochter die onder meer in de Verenigde Staten actief was met Beaulieu of America, bleef een onafhankelijke koers varen.
Operationeel beest
Selfmade man Francis De Clerck is sinds de start van de fusiegroep de sterke figuur van B.I.G., naast Stephan Colle, de echtgenoot van Anne De Clerck. Francis heeft het grootste aandelenpakket in handen en zijn verticaal geïntegreerde Ideal Group deed het goed. De fabrieken van zijn broers Luc en Dominiek zaten in een moeilijker parket. De energieke Francis, die in 1975 op zijn zeventiende mee aan de wieg stond van de fabriek van Ideal Tuft in Wielsbeke, is de man van de producten en de productie. “Hij is een operationeel beest”, horen we bij ex-managers. “Hij zou tot in de machine kruipen om te zien wat er scheelt”, vertelt een generatiegenoot. Francis De Clerck is geen manager maar een ondernemer pur sang, die niet vanuit een ivoren toren regeert, maar het liefst in de fabrieken, tussen de mensen en de machines, de temperatuur opdrijft.
Daarmee volgt Francis, een controlefreak volgens velen, het devies van zijn vader Roger: “De beste mest voor de grond zijn de boer zijn klompen”. Daarmee bedoelde de eigenzinnige textieltycoon dat de boer op zijn land moet zijn. “Altijd en overal op de werkvloer aanwezig zijn, Francis heeft dat van zijn vader”, klinkt het bij de oude garde. De andere kant van de medaille is dat de achterdochtige topman moeilijk de macht kan delegeren aan externe managers. Al waren de fabrieken van Beaulieu altijd een vruchtbare kweekvijver voor managementtalent.
“Voor een jong talent is het een droom bij Beaulieu te starten, omdat je er veel verantwoordelijkheid krijgt. Maar na verloop van tijd heb je het gehad met de grillige strategie van de kibbelende familie”, weet een oudgediende. De mediaschuwe industrieel, die vier dochters heeft, heeft voor zover bekend geen hobby’s. “Zijn werk is zijn hobby en omgekeerd”, zegt een vertrouweling.
Kennis en contacten
Bij de start van B.I.G. in 2005 spraken de familiale aandeelhouders af dat de operationele leiding van de groep in handen kwam van externe managers. De eerste CEO was de jonge Christophe Deroose, die tot dan financieel directeur was bij Ideal Group. Drie jaar later, bij het uitbreken van de financiële crisis, vertrok hij naar de dienstengroep Acerta. Deroose werd opgevolgd door de tandem Dirk Dees en Francis De Clerck. In 2011 werd Geert Roelens, die werkte bij de staaldraadgroep Bekaert, aangetrokken om het textielconcern te leiden. De nieuwe CEO vormde een nieuwe tandem met Francis De Clerck, de bestuursvoorzitter van de groep, die “onontbeerlijk is voor zijn kennis en zijn contacten”, zei Geert Roelens in een interview. Ondertussen zijn Roelens en een groot deel van zijn entourage al twee jaar weg bij Beaulieu en heeft Francis De Clerck als vanouds de touwtjes stevig in handen.
De familiale CEO wil volgens ingewijden een multinational leiden volgens de West-Vlaamse kmo-spirit, hands-on, met een platte structuur en een soms brute en botte aanpak. Dat botst met de cultuur van externe managers. “Francis is het type man die zijn eigen schaduw niet vertrouwt. Hij geeft kansen aan nieuwe mensen, maar na verloop van tijd verandert hij van gedacht en wordt heel de boel gereorganiseerd. Dan is het terug naar af”, getuigt een gewezen manager. “Als hij op een bepaald ogenblik het gevoel krijgt dat hij de macht aan het verliezen is, wil hij de controle weer in handen hebben.”
De grootste uitdaging voor de familiale topman wordt de definitieve regeling van de erfenis van Roger De Clerck: het beëindigen van de fiscale strubbelingen en de juridische oorlogen in de familie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier