‘Europa volgt verkeerd voorbeeld in telecom’
Een analyse van het Britse New Street Research maakt brandhout van de uitgangspunten waarop de Europese Commissie haar telecombeleid baseert.
Een jaar lang heeft een studie van de vereniging van mobiele operatoren GSMA het debat over de Europese telecommarkt beheerst. Dat rapport met de titel Mobile Wireless Performance in the EU & the US stelde vorig jaar dat Europa hopeloos terrein verloor op Amerika.
In de Verenigde Staten waren de investeringen in mobiele netwerken sinds 2007 met 74 procent gestegen. In de EU waren ze sinds 2007 met 3 procent gedaald. De Amerikaanse netwerken waren gemiddeld 75 procent sneller dan de Europese. Eind 2013 zou 19 procent van de Amerikanen al surfen op 4G, tegen slechts 2 procent van de Europeanen. Beter nog: de Amerikaanse operatoren verdienden gemiddeld 69 dollar per maand per klant, hun Europese collega’s slechts 38 dollar. Bovendien gebruikten de Amerikanen bijna dubbel zoveel mobiele data als hun achtergestelde Europese buren.
Logisch dus dat Amerikaanse dienstenleveranciers de wereldmarkt beheersten. De conclusie lag voor de hand: als de EU meer op de VS zou lijken, zouden de groei en de winst wel volgen. Het recept was simpel. De Europese regelgevers moesten afstappen van hun focus op concurrentie en lage prijzen, het spectrum harmoniseren met langdurige rechten op grote blokken en grotere spelers creëren door minder te vitten op fusies en overnames.
Dure Amerikaanse netwerken
Maar een organisatie van alternatieve operatoren, de ECTA Regulatory Conference, luidde vorige week een heel andere klok. New Street Research, een Britse analist die voor investeerders werkt, noteerde daar droogjes dat de hoge investeringen in mobiele netwerken in de VS vooral het gevolg waren van de geringere bevolkingsdichtheid, zelfs in de steden.
“Met dezelfde oppervlakte bedien je in de grootste vijf EU-landen 50 procent meer inwoners dan in de VS”, verklaarde Andrew Entwistle van New Street Research (NSR). Bovendien ligt in de VS het bruto nationaal inkomen per hoofd met 53.670 dollar liefst 56 procent hoger dan het gemiddelde in de EU. Dat blijkt uit cijfers van de Wereldbank voor 2013. Volgens NSR is er een nauw verband tussen het nationaal inkomen per hoofd en investeringen in en opbrengsten uit mobiele telecom. Ook in Zwitserland en Noorwegen liggen die per inwoner aanzienlijk hoger dan in Griekenland of Portugal.
In tegenstelling tot wat de GSMA-studie liet uitschijnen, waren de problemen in Europa niet te wijten aan een gebrek aan investeringen in mobiele netwerken, maar aan de historisch hoge opbrengsten op die investeringen, meent NSR. In 2008 haalden mobiele operatoren in de EU 21 procent rendement op hun geïnvesteerde vermogen, tegen 11 procent in de VS.
“Dat soort rendement leidde tot intense competitie en dus tot dalende inkomsten”, noteert NSR. Door overcapaciteit en regulering zijn die opbrengsten in de EU sindsdien gedaald naar een meer normale 12-13 procent. Dat is nog altijd meer dan in de VS. België zit volgens NSR gemiddeld op 7-8 procent, iets onder het Amerikaanse gemiddelde van 9 procent.
Lagere kosten en inkomsten
New Street Research verwacht dat de mobiele investeringen per hoofd in de EU, ondanks een tijdelijke stijging in 2014-2015, tegen 2017 nog altijd maar de helft zullen bedragen van die in de VS. “Consumenten en regulatoren moeten blij zijn dat mobiele netwerken hier goedkoper kunnen worden gebouwd”, onderstreept de analist. Een deel van de verklaring ligt in de Chinese investeringsgoederen die in de EU de kostprijs van de netwerken drukken, terwijl uitrusting uit China taboe is in de VS, stelt NSR.
Ook het idee dat de Europese operatoren hun investeringen in 4G zouden hebben uitgesteld omdat ze onvoldoende winst en schaalgrootte halen, klopt niet, argumenteert NSR. De Europese lidstaten zijn volgens de analist gewoon laat geweest met de toekenning van 4G-spectrum. De VS deden dat al in 2008, België en Frankrijk eind 2011, Groot-Brittannië zelfs maar begin 2013. Intussen ligt de gemiddelde downloadsnelheid in de EU al hoger dan die in de VS, bewijzen de permanente snelheidstesten van Ookla.
Dat de Amerikanen meer mobiele data verbruiken is eveneens logisch. Zij hebben een derde minder vaste aansluitingen per gezin dan de grote Europese landen. Bovendien zijn die gemiddeld ook aanzienlijk trager, zegt NSR.
Nog het meest schadelijk voor het pleidooi om de Europese telecommarkt op Amerikaanse leest te schoeien, zijn de gegevens van New Street Research over de relatie tussen de omvang en de rentabiliteit van en de investeringen in mobiele netwerken. Cijfers van meer dan 50 West-Europese mobiele operatoren tonen geen correlatie tussen de omzet en de vrije kasstroom (wat een bedrijf aan winst overhoudt om uit te keren aan aandeelhouders of om te investeren). Er zijn zeer winstgevende kleine mobiele operatoren, net zoals er zeer winstgevende grote zijn. Hooguit blijkt dat sommige kleintjes (nog) verlies lijden. Evenmin is er een correlatie tussen de omzet en de investeringen vastgesteld. “Waarschijnlijk stromen de schaalvoordelen op middellange tot lange termijn door naar de consument”, meent NSR.
Consolidatie verlaagt rendement
NSR twijfelt aan het nut van consolidatie binnen markten. Een fusie van de derde met de vierde operator in een markt, leidt tot drie min of meer even grote spelers, met een verdere prijsdaling tot gevolg, denkt NSR.
Een analyse van zeven overnames en fusies op nationale mobiele markten in Nederland, Oostenrijk, Denemarken, Groot-Brittannië en Griekenland leert bovendien dat het rendement op geïnvesteerd vermogen in die geconsolideerde markten niet hoger ligt dan in markten waarin geen concurrenten zijn samengegaan. Integendeel, het ligt lager.
Brian Potterill, directeur van de Britse regulator Ofcom, plaatste op de ECTA-conferentie onrechtstreeks een voetnoot bij die vaststelling. Mogelijk is de verklaring dat er bij dergelijke fusies grote hoeveelheden goodwill op de balans komt. Na de fusie tussen T-Mobile en Orange in Groot-Brittannië, zat het nieuwe EE met miljarden ponden aan stilaan irrelevante 3G-licenties op de balans, naast onderling arbitrair overeengekomen goodwill. Als je dat elimineert, is het rendement op geïnvesteerd vermogen 27 procent, anders 2 procent, betoogde Potterill. “Veel van dit debat gebeurt op basis van verkeerde informatie.”
Verwacht weinig verandering
Wat schiet er nog over van de argumentatie waarmee GSMA, de lobby van de gevestigde mobiele operatoren, zo zwaar heeft gewogen op de Commissie-voorstellen voor een eengemaakte telecommarkt? Niets. De EU hinkt in telecom niet achterop bij de VS. Europa is gewoon anders. Consolidatie leidt ook niet per definitie tot meer winst of grotere investeringen.
New Street Research verwacht ook geen grote veranderingen in de telecomregulering van de EU. Die blijft streng. Het grootste effect zal de roaming-reglementering zijn, omdat die gemiddeld nog altijd 6 procent van de courante bedrijfskasstroom van de operatoren binnenbrengt, volgens NSR. De analist verwacht dat die roamingbijdrage mettertijd naar nul zal neigen. “Wij denken niet dat de eengemaakt digitale markt een duidelijk positief verschil zal maken voor de vooruitzichten van de dominante operatoren in de EU”, besluit NSR.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier