Een simpele fraude van 100 miljoen euro
Edward Heerema, de Nederlandse topman van de rederij Allseas, was bijna 100 miljoen euro kwijt aan een Maltese oplichter. Dankzij de Britse politie bleef het verlies voor de Nederbelg – Heerema woont in Diest – beperkt tot 12 miljoen.
Allseas is de marktleider in de aanleg van pijplijnen onder water. De administratie voor de schepen wordt geregeld vanuit Essen.
Edward Heerema is een kleurrijke figuur. Hij is de zoon van Pieter Schelte Heerema. Die gewezen officier van de Waffen-SS werd later een overtuigd verzetslid. Na de oorlog werd hij een van de pioniers van de offshore-industrie in Nederland. De voorbije dagen werd duidelijk hoe Edward Heerema met open ogen in een oplichtingszaak verzeild was geraakt.
Heerema geloofde dat een investering van 100 miljoen euro na amper een jaar 1,3 miljard euro zou opbrengen.
In 2011 kwam Heerema in contact met ene Sultana, die zich voordeed als een Maltese zakenman. Hij beweerde een hechte relatie te hebben met het Britse hof, en zijn oom zou de privésecretaris van de paus zijn.
Sultana hield Heerema voor dat een investering van 100 miljoen euro in afgeprijsde schuldbekentenissen na amper een jaar 1,3 miljard euro zou opbrengen. Heerema had wel oren naar dat voorstel. Met het geld wilde hij de Pieter Schelte financieren.
De catamaran wordt het grootste hefschip ter wereld, dat verouderde olieplatforms op zee in een enkele beweging zal kunnen ontmantelen. Het wordt sinds 2011 gebouwd door de Koreaanse scheepsbouwer Daewoo in opdracht van Allseas Group.
De bouw kost 1,3 miljard euro.
Volgens Sultana werkte zelfs de Amerikaanse centrale bank in het geheim mee aan de financiële constructie, omdat het schip mee zou kunnen zorgen voor de opruiming van platforms in de Golf van Mexico.
‘Fiscaal transparant’
Allseas maakte op 14 oktober 2011 de 100 miljoen via een dochteronderneming op Malta over aan een compagnon van Sultana, die het zou beleggen. Luttele tijd later was het geld verdwenen naar rekeningen in Liechtenstein, Andorra, Zürich en Londen.
In december 2011 e-mailde een Britse detective aan Allseas dat er sprake was van fraude en dat een rekening geblokkeerd werd. Heerema dreigde in een eerste reactie dat hij een schadevergoeding zou eisen als het geld niet onmiddellijk vrijkwam. Pas later raakte hij overtuigd van de fraude.
Het Financieele Dagblad kon de hand leggen op het verhoor van Heerema. Op de vraag hoe hij de winsten uit de geheime belegging tegenover de accountant en de fiscus wilde uitleggen, zou hij “ik weet het niet” hebben geantwoord.
“Die formaliteiten waren van later zorg.”
In een reactie aan de krant zegt Heerema: “De bewering dat wij belastingen zouden hebben willen ontduiken, is onzinnig. De transactie was fiscaal transparant en het was mijn bedoeling de opbrengsten aan te wenden voor investeringen in Allseas.”
In juni vonniste de Engelse rechter dat Sultana het verduisterde bedrag plus rente moest terugstorten op de rekening van Allseas. Sultana ging in beroep. Hij beweert zelf te zijn opgelicht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier