‘Een briljant stukje timing van Ageas’

De verkoop van een filiaal in Hongkong volstaat voor Ageas om de gedupeerde Fortis-beleggers te vergoeden en een spons te vegen over het verleden. Maar geldt dit voor iedereen?, vraagt banken- en verzekeringsspecialist Patrick Claerhout zich af.

Ageas treft een schikking voor alle burgerlijke rechtszaken die aangespannen zijn naar aanleiding van de ondergang van Fortis in 2007 en 2008. Die schikking kost de erfopvolger van Fortis 1,2 miljard euro. Volgens sommige analisten is dat een hoog bedrag. Zij hadden er geen rekening mee gehouden dat de juridische opkuis van het Fortis-verleden de verzekeringsgroep zoveel geld zou kosten.

De voormalige Fortis-aandeelhouders zullen daar ongetwijfeld anders over denken. Volgens de Nederlandse beleggersorganisatie VEB wordt amper 10 tot 15 procent van de schade die zij leden gecompenseerd. Bovendien krijgt Ageas zelf een van de volgende maanden 1,2 miljard euro op zijn bankrekening gestort. Dat geld komt van de verkoop van de activiteiten in Hongkong, die niet langer strategisch belangrijk waren. Die som volstaat nu blijkbaar om de spons te vegen over alle muizenissen uit het verleden.

Mede daardoor staat de schikking de toekomstige ontwikkeling van de verzekeringsgroep niet in de weg. Ageas weet dat vele Fortis-aandeelhouders minstens een pakket Ageas-aandelen hebben bijgehouden. Zij hebben er geen baat bij dat de verzekeraar zichzelf in de voet schiet. Ageas zal na de uitkering van de schikking nog altijd een oorlogskas van minstens anderhalf miljard euro hebben. Investeren in nieuwe activiteiten en marktuitbreiding, overnames doen, dividenden uitkeren,… het komt allemaal niet in het gedrang.

Het minste dat je kan zeggen is dat de schikking van een uitgekiende timing getuigt. Ook juridisch leek de wind de voorbije maanden gekeerd. Een jaar geleden nog effende een rechtbank in Amsterdam het pad voor een pak schadeclaims met zijn uitspraak in het voordeel van de gedupeerde beleggers van FortisEffect. Ageas minimaliseerde die uitspraak en zette amper 130 miljoen euro provisie opzij. Enkele weken geleden viel dan een belangrijke uitspraak in het voordeel van de verzekeringsgroep. De holding Patrinvest kreeg voor een Belgische rechtbank ongelijk.

Met voldoende geld in kas en de wind in de rug achtte Ageas zijn moment gekomen. In 2016 dreigde de Fortis-erfenis immers een schaduw te werpen over de operationele ontwikkeling van de verzekeraar. In de meeste burgerlijke zaken moesten de pleidooien beginnen, en in de strafzaak zou binnenkort duidelijkheid komen wie voor de rechter moet verschijnen: enkel de oud-topmensen van Fortis of ook Ageas?

Aan alle onzekerheid over de financiële gevolgen van die rechtszaken maakt Ageas nu een einde. De partijen die niet mee in de deal stappen, kijken tegen een berg aan. Als ze hun juridische gevecht voortzetten, doen ze dat in de wetenschap dat het nog vele jaren kan duren voor ze weten of ze uitzicht krijgen op een hogere schadevergoeding.

Maar dat sommige partijen zullen doorzetten, lijkt vanzelfsprekend. De teloorgang van Fortis heeft veel leed veroorzaakt, de communicatie was bij momenten op zijn minst discutabel, en het zou niet slecht zijn als elke steen in dit onverkwikkelijke dossier twee keer omgedraaid wordt. Ageas mag er dan op hameren dat de schikking geen schuldbekentenis inhoudt, voor veel beleggers heeft het daar toch veel van weg.