Vrije Tribune
‘Duurzame transitie landbouw ontbeert realiteitszin’
‘Laat ons de Vlaamse landbouw niet opofferen en samen de juiste keuzes maken zonder een economisch bloedbad aan te richten in de agrovoedingssector’, zegt Katrien D’hooghe, managing director van de Belgian Feed Association (BFA)
Verschillende Vlaamse kranten publiceerden vorige week hun interviews met voedingswetenschapper Louise Fresco. Ze gaf vaak het ronkende citaat ‘Ik denk dat mensen die stoppen met vlees eten omwille van het klimaat hun bijdrage overschatten’. Dat lokte natuurlijk meteen reacties uit bij belangenverenigingen en moraalfilosofen. Zo wordt meteen het pijnpunt van de discussie rond voeding duidelijk: voeding is een uiterst gevoelig onderwerp, en het debat bevat veel verwarrende en tegenstrijdige informatie waar de stem van de wetenschap moet opboksen tegen die van pseudowetenschap en levensbeschouwelijke en ideologische overtuigingen.
In Vlaanderen zoeken we naar een moeilijk te vinden balans. De agrovoedingssector is ambitieus. De overheid heeft ook haar ambities. Soms terecht, maar zeker met te weinig realiteitsbesef en voeling met de dagelijkse praktijk. We moeten de voeten op de grond houden als we een echt duurzame transitie willen maken met onze voedingssector.
Ons speelveld wordt afgebakend door een aantal uitdagingen: de wereldbevolking blijft stijgen. Sinds 2009 groeide ook de Belgische bevolking met ongeveer 1 miljoen mensen. Dat zijn heel wat monden die gevoed moeten worden. Wereldwijd is slechts 30 procent van alle landbouwareaal bruikbaar voor de teelt van gewassen. De ruimte is beperkt.
De geopolitieke ontwikkelingen tonen ook aan dat het belangrijk is dat we niet te veel van het buitenland afhankelijk worden voor onze voedingsbevoorrading. Tijdens de pandemie zagen verschillende landen een schaarste van bepaalde voedingsmiddelen wegens een slabakkende import. Vandaag zien we aan de sterk stijgende voedingsprijzen ook de impact van de oorlog in Oekraïne.
Alternatieve eiwitbronnen zijn bon ton en worden vaak aangehaald als de oplossing voor onze verduurzaming. Er lopen bijvoorbeeld verschillende projecten om in Vlaanderen soja te telen. Maar laat ons eerlijk zijn: we zullen nooit op grote schaal voldoende kunnen produceren om Vlaanderen te bevoorraden. Er wordt ook al lang gesproken over insecten als mogelijke alternatieve eiwitbron – maar die hebben vooralsnog een beperkte impact.
Primaire producten uit verre landen importeren betekent inboeten op kwaliteit en voedselveiligheid – laat staan dat het de juiste keuze is voor het klimaat. We mogen niet vergeten dat onze landbouw wereldwijd bekend staat als zeer kwalitatief en efficiënt, zowel qua productie als qua impact op het milieu, het klimaat, het dierenwelzijn, de voedselveiligheid en de voedselkwaliteit.
Duurzame landbouw is nodig en iedereen in de agrovoedingssector werkt al mee om zijn steentje bij te dragen. Onze belangrijkste uitdaging is ambitie aan pragmatisme te koppelen. Ik neem dan ook graag de woorden van Franse ecoloog Anne Larigauderie erbij: “De politiek zal landbouwers moeten bijstaan. Dat is fundamenteel. Zonder politieke wil en begeleiding, zal het niet lukken om de omslag te maken.” De veestapel in Vlaanderen afbouwen is niet noodzakelijk de beste keuze. Met het juiste beleid en de juiste ondersteuning kunnen we heel wat technologische innovaties implementeren om de druk op het milieu de verminderen. Laat ons de Vlaamse landbouw niet opofferen en samen de juiste keuzes maken zonder een economisch bloedbad aan te richten in de agrovoedingssector. Toegang tot lokaal geproduceerde, gevarieerde en betaalbare voeding blijft tenslotte toch een must.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier