De baggersector beleeft moeilijke tijden. Maar Dirk De Nul van bagger- en bouwbedrijf De Nul blijft er rustig onder.
De baggersector heeft het moeilijk. Toch blijft Dirk De Nul, die met zijn broer Jan Pieter het bagger- en bouwbedrijf Jan De Nul Group leidt, er rustig bij. “Door de slabakkende wereldeconomie zit de internationale baggermarkt in een dalende trend. Zolang de economie niet opnieuw aantrekt, worden veel grote werken uitgesteld of niet voortgezet. Kleine opdrachten zijn er wel, maar daar is de concurrentie heel hard. Dat voelen we in onze orderportefeuille. Een deel van onze vloot ligt stil. Dat is de voorbije jaren nooit gebeurd. De eerste maanden zien we geen beterschap.
“Iedereen in onze sector probeert zo veel mogelijk binnen te halen. Werven worden aangenomen tegen dumpingprijzen door bedrijven die niet altijd het juiste personeel en materiaal hebben om ze uit te voeren. Daar doen wij niet aan mee. Kwaliteit heeft een prijs. Ons personeel en onze vloot zijn van hoge kwaliteit, en daar boeten we niet op in.”
Hoe is de toestand in Panama, waar u een groot contract had voor de uitbreiding van het Panamakanaal?
De Nul: “De onderhandelingen met de Panamese autoriteiten waren succesvol, waardoor de werken hervat zijn, maar het blijft een moeilijk dossier. De strubbelingen hebben een financiële impact gehad en het project heeft vertraging opgelopen, waardoor de deadline van eind 2014 niet meer haalbaar is. We zullen er alles aan doen om die opdracht tot een goed einde te brengen. Normaal moeten de werken eind 2015 afgerond zijn.”
De klimaatverandering en de verwachte stijging van de zeespiegel moeten voor jullie toch kansen opleveren?
De Nul: “We werken sinds 2009 mee aan het project Vlaamse Baaien om de kust te versterken, aantrekkelijker te maken en te verdedigen tegen de stijgende zeespiegel. Iedereen is het er intussen over eens dat de zeespiegel zal blijven stijgen, het is alleen de vraag hoe snel dat gebeurt. En veel mensen beseffen nog niet welke consequenties de klimaatverandering heeft. Met de Vlaamse Baaien kijken we ver vooruit door duurzame oplossingen uit te werken voor de hele kust. Dat heeft natuurlijk tijd nodig. We kunnen niet gelijktijdig van De Panne tot Knokke alles doen wat volgens ons nodig is.”
Jullie bouwen veel voor de overheid. Hoeveel last ondervinden jullie van de bezuinigingen?
De Nul: “Daar gaan de zaken goed. We hebben dertien clusters van het overheidsprogramma Scholen van Morgen binnengehaald. Die contracten houden niet alleen de bouw van scholen in, maar ook het onderhoud gedurende dertig jaar na de oplevering. We schatten dat we na het bouwverlof bezig zijn met de bouw van dertien à veertien scholen. Dat is een hoop werk. Het onderhoud op een termijn van dertig jaar vergt bovendien heel wat organisatie. Maar door de ervaring met onze schepen weten we goed wat onderhoud allemaal met zich brengt.”
Willy Van Damme
Lees het volledige interview met Dirk De Nul in Trends van deze week.
