Zeven bedrijven steken erbovenuit in het economisch sombere Wallonië. Ze boeken een miljardenomzet dankzij een visie, diversificatie en overnames. De rode draad: wees niet bang om ambitieus te zijn.
Zeven bedrijven in het zuiden van het land hebben een omzet van meer dan 1 miljard euro: Lhoist en Carmeuse (kalk), FN Browning (defensie), John Cockerill (energie en defensie), Prayon (chemie), Sonaca (luchtvaart) en een verrassende naam, Trendy Foods (voedingsdistributie). De multinationals en de spelers in de financiële sector laten we buiten beschouwing.
De meeste van die zeven zwaargewichten hebben een historische verankering, maar hun succes is vooral het gevolg van hun vermogen om te diversifiëren, zowel in hun aanbod als geografisch. FN en Sonaca zijn de jongste jaren net gegroeid dankzij een overname in het buitenland. “Je kunt beter zelf een overname doen dan overgenomen te worden”, glimlachen hun CEO’s, Julien Compère en Yves Delatte.
Meer dan de cijfers
Het overschrijden van de grens van 1 miljard euro omzet is geen doel op zich. Het is vooral een symbolische mijlpaal. “Omvang is onmiskenbaar een belangrijke factor, want het zorgt voor schaalvoordelen en geeft ons meer onderhandelingskracht bij het afsluiten van contracten”, benadrukt Yves Delatte, de CEO van Sonaca. “Maar we hebben het Spaanse Aciturri vooral overgenomen omdat de complementariteit van beide bedrijven ons in staat stelt onze fundamentele missie, namelijk het koolstofvrij maken van de luchtvaart, efficiënter te vervullen.”
‘Wij hebben het geluk dat we actief zijn in een sector waarin men bereid is om opnieuw te investeren in Europa’
De fusie creëert een gigant met een initiële omzet van 1,2 miljard. “Maar het gaat om veel meer dan alleen cijfers”, vervolgt Delatte. “Het belangrijkste is dat we de op twee na grootste onafhankelijke speler ter wereld in onze sector worden. Door metaal en composietmaterialen te combineren, zullen we een grotere rol spelen in de decarbonisatie.”
De luchtvaart bevindt zich op een keerpunt. Het aantal passagiers neemt voortdurend toe, net als de CO2-uitstoot. Het is dringend noodzakelijk het reizen opnieuw uit te vinden om het klimaat te redden. “Het aanbieden van lichtere producten is een missie, maar het maakt ons ook competitiever en efficiënter”, benadrukt de CEO. “Deze consolidatie laat zien dat het mogelijk is om in de Europese Unie samen te werken en wereldleiders te worden.”
Gemakkelijker dan voor anderen
Een andere historische pijler van Wallonië, FN Herstal, nu FN Browning Group, volgt ook de weg van de consolidatie op Europees niveau. De overname van Sofisport, een belangrijke speler in jacht- en recreatieschieten, is zojuist afgerond. “We zullen de mijlpaal van 1 miljard omzet bereiken na dit jaar van overnames”, zegt CEO Julien Compère tevreden. “Maar groeien om te groeien is geen doel. We verhogen onze omzet niet om indruk te maken, het was gewoon een zinvolle overname.”
Ook hier ligt de nadruk op complementariteit. “Die is er op drie niveaus”, vertelt hij. “Ten eerste voegen we een assortiment toe dat we voorheen niet produceerden: jachtpatronen. Ten tweede is er een geografische complementariteit, aangezien Sofisport aanwezig is in landen waar wij nog niet actief waren, vooral Frankrijk, Italië en Spanje. Ten slotte is de verticalisering van de waardeketens cruciaal. Het bedrijf is eigenaar van een kruitfabriek in Frankrijk. Een van de lessen die we uit het conflict in Oekraïne hebben geleerd, is het belang van controle over de hele productieketen.”
In een gespannen geopolitieke context profiteert FN van massale herinvesteringen in defensie. Er staan twee nieuwe productielijnen op stapel. “We zijn al een wereldspeler en staan in de top drie van onze sector”, benadrukt Julien Compère. “We zijn vastbesloten om die positie te behouden: de helft van onze omzet realiseren we in de Verenigde Staten, een markt van groot belang. Maar er is ook een duidelijke wil om te streven naar een versterkte Europese integratie in onze sector.”
“Wij hebben het geluk dat we actief zijn in een sector waarin men bereid is om opnieuw te investeren in Europa”, erkent Julien Compère. “De politieke wil is er, dus voor ons is het makkelijker dan voor anderen.”
Publiek-privaat partnerschap
Carmeuse, actief in de kalkindustrie, heeft onlangs een Chileens bedrijf overgenomen om te profiteren van de groeiende Zuid-Amerikaanse markt. Maar CEO Sébastien Dossogne benadrukt: “Als er op een dag geen kalkindustrie meer is in Europa, dan is dat niet omdat we hebben besloten om de deuren te sluiten, maar omdat er geen klanten meer zijn. We zeggen al jaren dat we het dieptepunt hebben bereikt en dat er onvermijdelijk een ommekeer zal komen, maar helaas zien we die nog altijd niet.”
Geoffrey Close, de CEO van Prayon, zei onlangs tijdens een symposium over herindustrialisering precies hetzelfde. Dat bedrijf, dat al 140 jaar actief is in de fosforchemie, draait ook een omzet van meer dan 1 miljard, maar heeft het moeilijk. “Als Europa zijn strategische autonomie wil behouden, is bevoorrechte toegang tot grondstoffen absoluut noodzakelijk”, waarschuwt de CEO. “Zonder dat wordt het erg moeilijk. We beschikken over technologische expertise, een goed ontwikkelde logistiek en sterke relaties met onze klanten, maar er komen spelers op de markt die wel over die bevoorrechte toegang beschikken en een sterke druk uitoefenen op de kosten.”
De arbeidskosten, de energieprijzen en de administratieve beperkingen zijn cruciaal om deze giganten in ons land te houden. “Ik pleit niet voor een versoepeling van de klimaateisen, wel voor een partnerschap tussen het bedrijfsleven en de overheid”, benadrukt Geoffrey Close. “Als ik onze behoeften zou moeten samenvatten, dan zou ik zeggen: we hebben mijnen, kernenergie, onderwijs en een publiek-privaat partnerschap nodig.”
‘Als Europa zijn strategische autonomie wil behouden, is bevoorrechte toegang tot grondstoffen absoluut noodzakelijk’
België als laboratorium
Tussen deze grote namen uit de Waalse industrie zit een buitenbeentje. Trendy Foods, een familiebedrijf dat in de jaren zeventig in het hart van de Luikse regio werd opgericht, is uitgegroeid van een groothandel voor winkels tot een distributiegigant. In enkele decennia tijd is de omzet in België en Luxemburg gestegen van ongeveer 25 miljoen tot meer dan 2 miljard. “Het is een prachtig verhaal”, erkent CEO Francis Plunus. “Het bedrijf, dat mijn vader samen met zes vennoten heeft opgericht, versnelde zijn groei door andere spelers in de sector over te nemen. Toen ik het roer overnam, vond ik dat het tijd was om het noorden van het land aan te pakken. We hebben daar nog andere bedrijven en we hebben alles gecentraliseerd in Bornem.”
Trendy Foods heeft 50.000 vierkante meter opslagruimte, een assortiment van 18.000 producten en levert aan tankstations, bioscopen, luchthavens, luchtvaartmaatschappijen, Eurostar, nachtwinkels, bedrijven en ziekenhuizen. Meer dan 120 rode vrachtwagens rijden continu over de wegen. “De interne groei is er gekomen door productdiversificatie”, zegt Francis Plunus. “Tot het begin van de jaren 2000 waren we vooral actief in snoepgoed en dranken. Nu leveren we alles wat tankstations nodig hebben. We hebben tabak, autoaccessoires, verse producten, diepvriesproducten enzovoort in ons assortiment opgenomen. De afgelopen vijf jaar hebben we de nadruk gelegd op buitenlandse producten. Die sluiten aan bij de trends, want consumenten hebben voortdurend behoefte aan nieuwigheden. Er wordt vaak gezegd dat de Belgische markt een laboratorium is: ik kan dat bevestigen.”
De uitdagingen voor de toekomst van het Luikse bedrijf? Blijven inzetten op exclusiviteit, innovatie en de ontwikkeling van eigen producten. “We willen onze groei in het noorden van het land verder uitbouwen, want momenteel zit 60 procent van onze markt in Wallonië en 40 procent in Vlaanderen. Het potentieel is daar enorm. In 2026 zullen we onze ogen openhouden voor mogelijke overnames.”
Maar ook hier speelt concurrentievermogen een belangrijke rol. “Het moeilijkst zijn de verschillende belastingen op suikerhoudende dranken, tabak, alcohol… Begin dan maar eens een vijfjarenvisie op te bouwen.”