De Antwerpse raffinaderijen hebben nog een toekomst: ‘We moeten er zelfs twee nieuwe bijbouwen’
Wat is het lot van de raffinaderijen van TotalEnergies en ExxonMobil in de Antwerpse haven als we tegen 2050 allemaal elektrisch rijden? “Als we ongeveer 20 miljard investeren, kunnen die raffinaderijen een sleutelrol blijven spelen in een klimaatneutrale economie”, zegt Wim De Wulf, de secretaris-generaal van de sectorfederatie Energia.
“‘Papa, waarom werk je voor de olie-industrie?’ Dat vroegen mijn kinderen me enkele jaren geleden nog. Maar ons imago is aan het verbeteren, omdat de mensen zien dat we meewerken aan de energietransitie, bijvoorbeeld met de installatie van laadpalen in tankstations en de toenemende productie van geavanceerde biobrandstoffen. Onze raffinaderijen slagen er opnieuw in jonge ingenieurs aan te werven”, zegt Wim De Wulf, de secretaris-generaal van Energia, de vroegere petroleumfederatie. “Vandaag zijn we een sectororganisatie die de belangen behartigt van ondernemingen die verschillende energieoplossingen aanbieden voor transport, verwarming en de industrie. We tellen zeventien leden die met ruim zesduizend werknemers bijna de helft van de Belgische finale energiebevoorrading verzorgen.” (Lees verder onder de video)
Raffinaderijen worden niet overbodig
De weg naar net zero is nog lang. De Belgische energiebevoorrading teert nog voor bijna de helft op aardolieproducten en voor een kwart op aardgas. De raffinaderijen produceren per jaar 31 miljoen ton olieproducten voor een Belgische vraag van 24 miljoen ton (zie grafiek). Er zijn omvangrijke handelsstromen naar het buitenland, met export van Antwerpen naar het zuiden van de Verenigde Staten en Singapore. De raffinaderijen produceren vooral brandstoffen (80%) en daarnaast grondstoffen voor de petrochemie (20%).
‘Wij zijn het gewoon moleculen te transformeren. Het gaat in de toekomst om andere, duurzame grondstoffen, maar het vak is hetzelfde’
Wim De Wulf,
Energia
Tegen 2050 moet de economie klimaatneutraal zijn, maar ook dan zullen er nog vloeibare brandstoffen nodig zijn voor het transport dat moeilijk te elektrificeren is zoals de scheepvaart, de luchtvaart en het zware wegtransport. Volgens een studie van Enersangi, uitgevoerd in opdracht van Energia, zal de Belgische vraag naar vloeibare brandstoffen tegen 2050 met de helft afnemen, maar toch nog altijd 8 miljoen ton per jaar bedragen. Het zullen uiteraard voor 90 procent koolstofarme en koolstofvrije brandstoffen moeten zijn, zoals hernieuwbare biobrandstoffen en synthetische brandstoffen vervaardigd met groene stroom. De raffinaderijen behouden hun bestaansrecht als ze die brandstoffen kunnen produceren. “Wij zijn flexibel als industrie. Wij zijn het gewoon moleculen te transformeren. Het gaat in de toekomst om andere, duurzame grondstoffen, maar het vak is hetzelfde”, zegt Wim De Wulf.
Petroleum verdwijnt niet volledig van het menu. De raffinaderijen produceren ook grondstoffen voor duizenden petrochemische producten zoals kunststof, geneesmiddelen, telefoons, fietsen, verf en schoonheidsmiddelen. Een kleine helft kan ook nog in 2050 worden vervaardigd op basis van fossiele moleculen. De andere helft moet tegen dan komen van gerecycleerde en hernieuwbare grondstoffen. De productie in de Belgische raffinaderijen kan met de helft stijgen tot 8 miljoen ton per jaar als die straks niet 60 maar 100 procent van grondstoffenvraag van de Antwerpse petrochemie, een van de grootste hubs ter wereld, voor hun rekening nemen. “Er liggen ook mogelijkheden om door schaaleffecten exportcapaciteit te realiseren. Je creëert hier bovendien bevoorradingszekerheid voor duizenden essentiële producten. Strategische autonomie staat hoog op de Europese agenda”, zegt Wim De Wulf.
Investeringen liggen in de weegschaal
Om de transformatie van de raffinaderijen te realiseren moet stevig geïnvesteerd worden. “Reken op ongeveer 20 miljard euro tot 2050, zonder rekening te houden met de productie van groene waterstof en elektriciteit. Ter vergelijking: de voorbije tien jaar hebben we 2 à 3 miljard geïnvesteerd in de raffinaderijen. De facto spreken we over bijna twee nieuwe raffinaderijen. TotalEnergies bouwde tien jaar geleden in Saudi-Arabië mee aan een nieuwe raffinaderij van 10 miljard dollar”, zegt Wim De Wulf.
Zullen de moedermaatschappijen TotalEnergies en Exxon Mobil 20 miljard euro pompen in hun Antwerpse installaties? De investeringen kunnen ook vloeien naar de Verenigde Staten, Azië of het Midden-Oosten. “Op dit ogenblik liggen investeringen in Europa in de weegschaal”, zegt Wim De Wulf. “We hebben in Europa een stabiel en doordacht rechtskader nodig, omdat er bij gebrek aan economische groei geen ruimte voor beleidsfouten is. Dat kader moet ook competitief zijn met bijvoorbeeld de VS, die de rode loper uitrollen voor investeerders met gulle subsidies en een eenvoudig regelgevend kader. China heeft overcapaciteit en stuurt goedkope producten onze richting uit. Europa kreunt onder de hoge energieprijzen. De Europese Commissie stelt in het voorjaar van 2025 de industriële Green Deal voor. De inhoud daarvan wordt enorm belangrijk voor de investeringsbeslissing.”
‘In België kun je tegen 2050 tot 40 procent van de brandstofbehoefte van het wegvervoer op eigen bodem produceren’
Wim De Wulf,
Energia
De belangrijkste troef van de Antwerpse raffinaderijen is dat ze er al staan, performant zijn, gunstig gelegen zijn nabij de haven en een grote petrochemische cluster als buur hebben. Maar mochten de raffinaderijen er nog niet staan, zouden ze dan vandaag nog gebouwd worden? “Goede vraag”, antwoordt Wim De Wulf. “Op dit ogenblik is dat heel onzeker, vandaar het belang van de Europese industriële deal. TotalEnergies heeft kleine raffinaderijen in Frankrijk omgevormd tot bioraffinaderijen en een nieuwe raffinaderij gebouwd in Saudi-Arabië. Bij een halvering van de Europese vraag naar vloeibare brandstoffen wordt de helft van de raffinagecapaciteit in Europa overbodig. De winnaars worden de raffinaderijen die in het verleden geïnvesteerd hebben in nieuwe technologie. Beide Antwerpse raffinaderijen hebben dat gedaan. Zij komen in aanmerking voor de investeringen in de energietransitie. Gunvor legde in 2020 zijn raffinaderij in Antwerpen stil. Het bedrijf had in het verleden niet verder geïnvesteerd, gezien de beperktere schaal”, zegt Wim De Wulf.
Het investeringsrisico kan worden verlaagd als de overheid een slimme financieringssteun op poten zet, vervolgt De Wulf. “Wij investeren in de raffinaderijen om de koolstofuitstoot van de productie en van de brandstoffen te verminderen. Die investeringen zijn rendabel als de koolstofprijs voldoende hoog is. Een voorstel is dat de overheid bijpast als de koolstofprijs onder een bepaalde waarde daalt, en dat wij de overheid betalen als de koolstofprijs boven die waarde uitkomt. Vlaanderen kan dat financiële instrument opzetten. Het staat trouwens in het Vlaams regeerakkoord.”
De transitie is ingezet
De energietransitie is intussen al ingezet. Biobrandstoffen worden al vermengd met fossiele brandstoffen. Intussen is er een tweede generatie van biobrandstoffen die diesel kunnen vervangen en de uitstoot tot 90 procent verminderen. “Die brandstoffen zijn nog altijd duurder dan conventionele diesel, maar bedrijven kiezen er al bewust voor. McDonald’s laat zijn vrachtwagenvloot rijden op die HVO-brandstof (hydrogenated vegetable oil). Het prijsverschil zal dalen, onder meer door stijgende heffingen op fossiele brandstoffen. We pleiten voor accijnsverlagingen op basis van de CO2-reducerende capaciteit van biobrandstoffen”, zegt Wim De Wulf.
Tegen 2035 moeten nieuwe auto’s in de Europese Unie koolstofneutraal zijn. Zullen ze allemaal elektrisch worden? Of veroveren biobrandstoffen een stevig marktaandeel? Wim De Wulf: “In 2035 zal de autovloot nog wellicht voor 70 procent uit thermische motoren bestaan. We pleiten in de transitie voor technologieneutraliteit. Leg emissiedoelstellingen op, maar laat de markt kiezen voor elektrische auto’s of voor een andere aandrijftechnologie. We hebben de levenscyclusanalyse gebruikt in plaats van louter naar de uitstoot te kijken. Een auto op geavanceerde biobrandstoffen heeft netto een lagere koolstofuitstoot dan een elektrische auto. En Europa beschikt over voldoende biobrandstoffen op basis van afvalstromen van gezinnen en uit landbouw en bosbouw. We verbranden dus geen potentiële voeding. In België kun je tegen 2050 tot 40 procent van de brandstofbehoefte van het wegvervoer op eigen bodem produceren. Dat verhoogt onze energieonafhankelijkheid.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier