Er is nog altijd geen duidelijk wetgevend kader voor driedimensionaal printen. Hoe zit het met de rechten van ontwerpers, uitvinders en gebruikers?
3D-printers zijn de fabrieken en de laboratoria stilaan ontgroeid. Ook voor de consument is 3D-printing nu een haalbare kaart: voor 5000 euro hebt u al een toestel dat objecten print in koolstofvezel. Voor 1000 tot 2000 euro print u in porselein. “Je kunt zelfs printen in houtpasta of in chocolade”, zegt Benoît Herman, professor aan de UCL. Wie geen 3D-printer in huis heeft, kan altijd terecht in een van de negen FabLab-vestigingen: technologiecentra voor 3D-printing. Of hoe iedereen plots met een paar muisklikken producten kan vervaardigen. Hoe beschermt u zich tegen mensen die kopieën van uw product maken en die misschien zelfs verkopen? En hoe print u zelf in 3D zonder de wet te overtreden?
Twistappels bij de vleet
Het grote publiek leert 3D-printing vooral kennen via decospulletjes en gadgets allerhande. Twikit, een Antwerpse starter, is alvast op de trein gesprongen. De klanten van het bedrijf _ onder meer de winkelketen Veritas en juweliers _ gebruiken de door Twikit ontwikkelde software om hun creaties aan te passen aan de wensen van hun klanten. Als een klant valt voor een rechtenvrij geometrisch patroon of een rechtenvrije cirkel of driehoek, is er geen vuiltje aan de lucht. Maar dat kan snel veranderen, waarschuwt Martijn Joris, oprichter van Twikit: “Technisch gesproken kan een klant er tijdens het productieproces altijd een motief aan toevoegen zonder de intellectuele-eigendomsrechten te respecteren.” De klant kan bijvoorbeeld enkele verzen van een dichter of een schets van een tekenaar toevoegen zonder diens toestemming.
Nochtans is de originele vorm van een creatie beschermd door auteursrechten. Enkel de auteur heeft het recht om zijn werk “aan het publiek mee te delen”. Hij alleen kan iemand anders de toestemming verlenen om van zijn creatie gebruik te maken. Om praktische redenen werden daartoe vennootschappen voor het collectieve beheer van auteursrechten opgericht. Sabam bijvoorbeeld herverdeelt onder de auteurs en de uitgevers de retributie die geheven wordt op het kopiëren van hun werken. Dit om te vermijden dat een auteur bij elke kopie opnieuw expliciet een uitzondering op zijn auteursrecht zou moeten toestaan. Zo’n structuur bestaat nog niet voor 3D-printing.
Op eigen risico
“Wie een heupprothese driedimensionaal wil printen, moet rekening houden met alle octrooien die voor de prothese werden toegekend”, zegt Carla Van Steenbergen, juriste bij Materialise, het Leuvense bedrijf dat al sinds het begin van de jaren negentig bezig is met 3D-printing, onder meer voor de medische sector. Bij 3D-printing rijzen meer wettelijke vragen dan alleen maar het auteursrecht: de gekopieerde objecten kunnen ook beschermd zijn door octrooien, merken, tekeningen en modellen, de zogeheten “industriële-eigendomsrechten”.
Zo kent een octrooi de octrooihouder het exclusieve recht toe zijn uitvinding te produceren. Een particulier mag een object dat beschermd is door een octrooi kopiëren, maar enkel voor persoonlijk gebruik. Doet hij dat met een commercieel doel, dan kan dat worden bestempeld als namaak. Wie tools ter beschikking stelt voor het namaken van een object dat door een octrooi is beschermd, kan evengoed moeilijkheden krijgen.
Met 3D-printers kunt u ook protheses, implantaten en operatiemallen printen op maat van de patiënt en op basis van medische beeldvorming. Almaar vaker schakelt de geneeskunde 3D-printtechnologie in, omdat die in staat is specifieke tools en implantaten te vervaardigen. Toch ontbreekt ook hier elk wettelijk kader. Carla Van Steenbergen: “De gadgets die je tegenwoordig in drie dimensies kunt printen, zijn erg trendy. Daar debatteert men graag over in het Europees Parlement, maar het is een pak moeilijker om de technologie op zich en de medische toepassingen ervan te begrijpen.”
Europa werkt wel aan een regelgeving voor medische toepassingen, maar het huidige voorstel voorziet niet in specifieke vereisten voor de materialen en productieprocessen waarmee de medische beelden van een patiënt worden omgezet in een medisch hulpmiddel dat driedimensionaal wordt geprint. Carla Van Steenbergen: “Ziekenhuizen kopen vandaag al 3D-printers en printen medische hulpmiddelen zonder dat een reglementair kader een kwaliteitsnorm oplegt.”
Sybille Greindl