Betaalspecialist wordt stadsanimator

CCV, de leverancier van betaalterminals bij kleine handelaars, probeert winkelen in de stad weer aantrekkelijk te maken. Het is een antwoord op de opkomst van online shoppen, wat de traditionele activiteit van CCV ondermijnt.

Even de Shop & The City-kaart scannen, en de Pip Studio-pennenzak bij Lederwaren Poncelet levert ons tachtig kansen op in de maandelijkse loterij van de Sint-Truidense handelaarsvereniging Trud’Or. De inzet zijn fietsen, cadeaubons, parkeerabonnementen en elke twee maanden zelfs een auto – deze keer gesponsord door Groep Bruyninx. De loterij is het paardenmiddel waarmee Trud’Or broodnodige shoppers naar het stadscentrum lokt.

Achter de Shop & The City-kaart en de tablets op nagenoeg elke Truiense winkeltoog zit software van CCV Belgium uit Ieper. Voor de leverancier van betaalterminals zijn de getrouwheidskaarten een verweermiddel tegen de toenemende bedreiging van zijn kernbusiness. “Wat als de betaalterminal morgen niet meer meespeelt? Wat als betalingen anders gebeuren in de winkel?”, vraagt gedelegeerd bestuurder Dimitri Beck retorisch in het hoofdgebouw van de vroegere Lernout & Hauspie Speech Products-campus, waar CCV is gevestigd.

Niet dat CCV in de problemen zit. Het bedrijf met zijn 140 werknemers zette vorig jaar 14,7 miljoen euro om, een stijging met meer dan 10 procent. De bedrijfswinst klom bijna een kwart tot 1,9 miljoen. Er was een gezonde marge van 13 procent. CCV heeft nu naar eigen zeggen bij zijn ongeveer 35.000 Belgische klanten iets meer dan 40.000 betaalterminals staan. Dat is aanzienlijk meer dan de 18.150 terminals van concurrent Keyware, dat wel een hogere omzet van 18,7 miljoen euro boekt.

Nog groei in kaartbetalingen

Het toont dat CCV op kleine gebruikers focust. De Ieperlingen versterkten hun positie vanaf 2009 aanzienlijk met de optie om het vaste maandelijkse abonnement te laten vallen voor een hogere tarifering per transactie. De transacties gebeurden met de Maestro domestic-functie van MasterCard op de Belgische bankkaarten. “Onder meer dankzij die aanpak zijn we erin geslaagd 30 procent van het aantal kleinhandelaars als klant te krijgen”, zegt Beck.

Volgens Beck verwerkt CCV Belgium jaarlijks 100 miljoen transacties op een Belgisch totaal in de orde van 1,8 miljard. Het aantal elektronische betalingen blijft sowieso stijgen. De weerstand tegen kaartbetalingen, die de fiscus kan natrekken, vermindert door maatregelen zoals de witte kassa’s. Kleine elektronische betalingen zijn goedkoper geworden, met nog 2 cent voor transacties tot 5 euro en 5 cent tot 10 euro, volgens Lieven Cloots van de studiedienst van Unizo. Contactloos betalen, wat de nieuwe terminals van CCV al sinds 2014 aankunnen, vergemakkelijkt nog die kleine bestedingen. Automaten, parkings en andere plaatsen zonder direct toezicht zijn een andere groeipool. CCV Belgium rekent op Bancontact om die kleine transacties tegen de laagste kosten te kunnen verwerken. “Dat kunnen we in principe niet met Maestro. Vandaar dat we een afwikkelaar (acquirer) willen worden van Bancontact”, zegt Beck. Een afwikkelaar garandeert dat de handelaar zijn centen krijgt als de transactie doorgaat.

Apps zijn nog marginaal

Wie het nieuws volgt, denkt dat de apps van Bancontact, SEQR of Payconiq goed op weg zijn om betaalterminals overbodig te maken. Maar dat valt voorlopig best mee. Het aantal handelaren dat mobiel betalen toelaat verdubbelde volgens een enquête van Unizo in één jaar weliswaar bijna tot 30 procent, maar van de overige 70 procent vond nog altijd bijna de helft dat er geen vraag naar is. Unizo verwacht dat die perceptie zal veranderen, nu we zoveel online bankieren en shoppen op smartphones. Goedwerkende systemen verdringen is echter geen sinecure. In de VS leerde een enquête van de gespecialiseerde website Pymnts.com dat slechts 4 procent van de potentiële Apple Pay-gebruikers ook werkelijk met die app betaalde. Een overdonderende meerderheid bleef gewoon kaarten gebruiken.

CCV hoeft dus nog niet te panikeren over de apps, maar er is wel een ander probleem. Starters zetten meer en meer onlinewinkels op, in plaats van fysieke shops. Betaalterminals zijn daar niet voor nodig. CCV had geen onlineaanbod tot het in 2014 in Nederland BiedMeer overnam, een grote cloudsoftwarebouwer voor webshops. In Kortrijk nam het J4S over, een onlinebetalingsplatform met ook software voor kortingbonnen en getrouwheidskaarten, dat de technische basis was voor de Shop & The City-kaart. Vandaag heet dat CCV Lab, met 35 medewerkers.

Van betaaldiensten naar kassa’s

Twee jaar geleden kwam CCV dan met CCV Shop op de Belgische markt, een webwinkelsoftware met algauw ook een geïntegreerde betalingsmodule. “Wij hebben 5000 klanten met een webshop en 500 klanten die onze onlinebetalingen gebruiken. Het gaat heel snel”, vertelt Beck. CCV wil de fysieke winkels mobiliseren om ook online te starten. “Onze kernbusiness verdwijnt. Er is een ontwrichting aan de gang”, stelt Beck onomwonden. “Maar wat zal er niet verdwijnen, noch in e-commerce, noch in een fysieke winkel? De kassa! Dat is het beheersinstrument om de verkoop bij te houden. Vandaar dat wij nu onze eigen kassa in de cloud op de markt brengen.”

CCV wordt daarmee een directe concurrent van bijvoorbeeld het Canadese Lightspeed, dat in 2014 de Gentse iPad-kassaontwikkelaar Posios overnam en een jaar later de Nederlandse e-commercesoftwarebouwer SEOshop. “Betaling is een wit product geworden. Voor wie tegelijk een fysieke en een onlinezaak runt, is het essentieel dat hij zijn klant kent. Diens gegevens zitten in de kassa”, stelt Zhong Xu, medeoprichter van Posios die nu verantwoordelijk is voor de horecadivisie van Lightspeed.

Concurreren op webshops

Stefan Seghers van Digilocal, de onlinecommunicatie- en marketingadviseur uit de Roularta Media Group, wijst erop dat CCV Shop weliswaar een handelaar online kan brengen, maar hem met cruciale vragen achterlaat: hoe de webwinkel bekendmaken, hoe ervoor zorgen dat je ook echt online verkoopt? Seghers, die ook algemeen directeur is van het webwinkelplatform Store-square, gelooft dat handelaren begeleiding nodig hebben bij de uitbouw van onlineactiviteiten. “Er is behoefte aan full service”, meent hij. Storesquare bracht in acht maanden 962 handelszaken online, volgens Seghers.

Dimitri Beck geeft die behoefte aan begeleiding toe. “Als je een handelaar kan overtuigen om aan e-commerce te doen, komt het betaalaspect maar op het laatste aan bod. De eerste vragen zijn: hoe ontwerp ik zo’n site? Wie maakt de foto’s van mijn producten? Hoe kom ik aan een goede look & feel? Wat met onlinemarketing? Waar moet ik zijn voor verzending? Enzovoort. Dat waren geen kernactiviteiten voor CCV, maar ze worden almaar belangrijker. Vandaar dat wij sinds drie jaar personeel met digitale ervaring aanwerven.” Beck heeft ook al vier businesspartners en webagentschappen aangetrokken om zijn klanten begeleiding te geven. Dat is niet vanzelfsprekend voor een cliënteel van kleine commerçanten. Beck: “Handelaren willen daarvoor betalen. Maar geen 15.000 of 20.000 euro.”

Met Joyn voor shoppen in de stad

Dat brengt ons terug bij Sint-Truiden, waar Trud’Or met CCV-software ook een lokaal cadeaubonnensysteem heeft opgezet. CCV levert die software ook aan Joyn, de fusie van de getrouwheidskaartenorganisaties CityLife en Qustomer en het Kortrijkse stadsactivatiebureau Het Opzet. Joyn, onder voormalig Mobile Viking-chief Frank Bekkers, telt al meer dan honderd personeelsleden, activiteiten in dertig steden en naar eigen zeggen al meer dan 800.000 actieve gebruikers.

Maarten Decramer van Joyn ziet grote synergiemogelijkheden met CCV, dat net als Joyn veel volk bij de handelaren op het terrein heeft. Dat Joyn ook de betaalapp Payconiq propageert, met daarachter KBC, ING en Belfius, mag niet hinderen, vindt de voormalige Kortrijkse stadsmanager. “Payconiq is complementair. Wij doen meer dan zomaar software van CCV te gebruiken. We gaan naar een gezamenlijke marktaanpak.” Waardoor CCV zich nog meer kan profileren als een verdediger van de kleine handelaar.