Betaalplatform Stripe over uitbreiding: ‘Het internet kan zoveel meer zijn’

Stripe wil de digitale economie doen groeien. Want het internet heeft niet gebracht wat ervan verwacht werd, klinkt het bij een van de meest succesvolle start-ups ter wereld.

“De interneteconomie is veel te klein voor wat ze zou kunnen zijn”, zegt John Collison, de 28-jarige Ier die in 2010 samen met zijn oudere broer Patrick (30) Stripe uit de grond stampte. Maar 5 procent van de wereldeconomie verloopt online. Dat is ontstellend weinig na dertig jaar internet, stellen de broers, die zijn uitgeweken naar Silicon Valley. Ze hebben er ook een verklaring voor: de infrastructuur voldoet niet (zie kader ‘Het internet kan zoveel meer zijn’). De ambitie van Stripe is daarom simpel “de economische infrastructuur voor het internet opzetten”.

De kans is groot dat u nog nooit van Stripe gehoord hebt. Zijn klanten daarentegen klinken ons wel vertrouwd in de oren: Amazon, Google, Facebook en Microsoft, om er maar enkele te noemen. Ook zijn aandeelhouders zijn niet min. In het kapitaal zitten bekende namen als Elon Musk, Pieter Thiel en CapitalG, de investeringsarm van Google, die vorige week ook in het Belgische Collibra stapte. Stripe is een van de meest succesvolle start-ups ter wereld. Vorige week tankte het nog 100 miljoen dollar vers geld, waardoor het een prijskaartje van 22,5 miljard dollar krijgt opgeplakt. In het lijstje met meest waardevolle private techbedrijven haalt Stripe nu de top tien.

Wat Stripe voor zijn klanten doet, is betalingen mogelijk maken. Verfrissend is dat het benadrukt dat het bedrijf niet uit is op disruptie. Zijn model is alle bestaande betalingswijzen te integreren in één systeem, van kredietkaarten als Visa en Mastercard tot nieuwigheden als Apple Pay of zelfs digitale munten. Zo wil Stripe “het radarwerk van de economie smeren”, stelt financieel directeur William Gaybrick.

Stripe verdient per transactie die via zijn platform verloopt. Daarnaast biedt het diensten aan, van een facturatiesysteem tot data-analyse. Het idee is dat startende ondernemingen via Stripe meteen een groot deel van hun backoffice op orde kunnen brengen. “Wij maken de start-upfase veel sneller en goedkoper”, zegt John Collison.

Om te begrijpen waarom starters bij Stripe aankloppen, is het goed u voor te stellen dat u het briljante idee hebt een platform op te richten, waarop lokale gidsen en toeristen elkaar kunnen vinden. Uw app is een succes en al snel wilt u naar andere steden en landen. Het probleem is dat u dan voor een berg lokale wetten komt te staan en risico’s als wisselkoersen moet managen. “Plots ben je een soort financieel bedrijf. Internet kent zogezegd geen grenzen, maar zodra geld in het spel is, telt elke grens. En dat slokt ontzettend veel middelen en tijd op”, legt Gaybrick uit.

Onverwacht

Het is moeilijk te geloven dat de broers Collison amper tien jaar eerder de eerste lijnen code voor Stripe schreven. Ze hadden toen al hun eerste start-up, een e-commerceplatform, verkocht. “Stripe was eigenlijk een onverwachte richting voor ons”, vertelt Collinson. De broers hadden niet de intentie de financiële sector in te gaan. “De technologische vooruitgang was indrukwekkend, maar de financiële wereld was in de jaren zeventig blijven hangen. Het is een sector met zeer complexe regulering en weinig innovatie.” De belangrijkste les uit hun eerste onderneming was hoe moeilijk het was betalingen te regelen. Ze besloten daarom zich toe leggen op een online facturatie- en betalingssysteem. De rest is geschiedenis.

Er zijn wel kapers op de kust. Adyen bijvoorbeeld heeft een vergelijkbaar systeem uitgebouwd. Vorige zomer trokken de Nederlanders naar de beurs. Adyens beurswaarde is sindsdien bijna verdrievoudigd. Beleggers lopen storm voor technologieaandelen. Blijkbaar ook als het om de ‘saaie’ loodgieters van het financieel systeem gaat. Stripe overweegt nog geen notering. “Wij zien er voorlopig geen meerwaarde in”, stelt Gaybrick.

Maar zoals de rest van de financiële wereld liggen de Collisons vooral wakker van de ambities van de echt grote jongens, zoals Amazon en Google. Snel groeien is daarom ook bij Stripe het credo. “Onze grootste uitdaging is uitbreiding”, zegt Collison. In ons land is Stripe actief sinds de zomer van 2017. Het bedrijf is nu aanwezig in 26 landen en daar moeten er dit jaar nog twaalf bij komen. “Sommige producten zijn relatief makkelijk te internationaliseren. Facebook bijvoorbeeld ziet er overal hetzelfde uit. Stripe moet altijd aangepast worden aan pakweg de lokale belastingen en werkt daarom in elk land anders”, legt Collison uit. “Dat maakt het zo complex. Daarom zijn we ook nog niet overal actief. Wij zoeken naar standaarden om een wereldwijd platform aan te bieden, maar dan lokaal aangepast. We moeten telkens de balans vinden tussen die twee.”

Een andere belangrijke uitdaging voor Stripe is cybersecurity. Stripe houdt bijvoorbeeld de kredietdata voor zijn klanten bij. Dat maakt dat die zich geen zorgen hoeven te maken over beveiliging of privacywetgeving. “Wij zijn bijna per ongeluk de bezitter geworden van de belangrijkste data van onze klanten. Wij maken die niet te gelde en geven die ook niet door. Bedrijven krijgen alleen hun eigen data te zien en wij analyseren die voor hen”, vertelt Gaybrick. Het zijn geruststellende woorden, maar een zekere Mark Zuckerberg beloofde ooit ook dat hij nooit iets zou doen met de data van zijn Facebook-vriendjes.

Niet meer uniek

Net als Zuckerberg en andere succesvolle techondernemers hebben de broers Collison voor Silicon Valley gekozen. Daar vonden ze onder meer een uniek ecosysteem van gespecialiseerde universiteiten, kapitaal en expertise. Maar ze kregen er vooral toegang tot de grote Amerikaanse markt, waar overal dezelfde financiële spelregels gelden. “De plaats waar je onderneemt, is belangrijk voor je kansen op succes. Wij willen een wereldwijde marktplaats creëren, waar alleen de kwaliteit van de dienst of het product het succes bepaalt, en de barrières wegnemen die voorkomen dat elk talent een wereldspeler kan starten.” Een dagje bij het management van Stripe leert dat ze er niet vies zijn van wat hoogdravende bewoordingen. Maar, als ze die ambities waarmaken, is dat goed nieuws voor kleine landen zoals België.

De jongste tijd zijn er ook wel al meer Europese succesverhalen. De vaandeldrager is Spotify, de Zweedse muziekstreamingdienst die onlangs naar de beurs trok. Met de Brusselse dataverwerker Collibra kent ook ons land sinds vorige week zijn eerste unicorn, een bedrijf met een prijskaartje van een miljard dollar. “Je hoeft niet meer naar de Verenigde Staten”, zegt Hughes Johnson. “Daar draait ons product om. Dat is onze innovatie. Wij maken het makkelijk over grenzen heen te werken. Met een klein bedrijf met vijf man personeel kan je in alle landen actief zijn.”

Het soort wereldspelers dat ze bij Stripe voor ogen hebben, is niet echt populair vandaag. Door allerlei fiscale constructies betalen ze vaak nauwelijks belastingen, en al zeker niet in alle landen waar ze actief zijn. “Bijna alle wereldspelers komen uit de VS en China. Buiten die landen is het enthousiasme voor die bedrijven soms klein. Dat is niet duurzaam”, zegt Collison. Hij geeft toe dat het belastingsysteem niet goed werkt en pleit voor een internationale aanpak. De redenering is dat Stripe de technologische uitwerking van internationale spelregels op dat gebied mogelijk zou kunnen maken.

Voor het bedrijf is het natuurlijk beter als de wereld verdeeld blijft. Toenemende regulering, strengere migratieregels of de brexit? Bij Stripe kunnen ze zich telkens in de handen wrijven dat de wereld weer een beetje complexer is geworden. “Mocht alle complexiteit verdwijnen, is dat goed voor de wereld, maar niet voor ons”, geeft CFO Gaybrick toe. “Maar helaas voor de wereld is dat niet de trend.”