Benoît Deper (Aerospacelab): ‘We willen twee satellieten per dag bouwen’

© .belga
Robert Van Apeldoorn redacteur Trends-Tendances

Benoît Deper werkt met zijn start-up Aerospacelab aan een assemblagelijn voor kleine, goedkope satellieten. Over drie tot vier jaar zou die twee satellieten per dag afwerken. In juni lanceerde het Waalse bedrijfje met succes zijn testsatelliet Arthur.

Benoît Deper richtte Aerospacelab op in 2018 in Mont-Saint-Guibert. Het bedrijf ontwikkelt tegen aantrekkelijke prijzen microsatellieten voor ruimte-observatie. Het biedt ook gegevensanalyse aan. Het mikt daarmee op sectoren als de landbouw en de veiligheid.

Deper liet zich inspireren door SpaceX van Elon Musk, dat de ruimtevaartsector ontwricht met goedkopere en bovendien herbruikbare draagraketten. Op 30 juni vertrok de eerste satelliet van 25 kilogram van het Waalse bedrijf naar de ruimte in een Falcon-raket van SpaceX. De satelliet kreeg de naam Arthur, naar het tweejarige zoontje van Deper.

“We zullen om de zes maanden een testsatelliet lanceren. De volgende zal groter zijn, ongeveer 150 kilogram. Dat is het formaat waarin klanten geïnteresseerd zijn”, zegt Deper. De lancering van de eerste commerciële satelliet plant hij eind 2022. De Europese ruimtevaartorganisatie ESA is een van de eerste klanten.

Het begin van een transformatie

Benoît Deper staat kritisch tegenover de ruimtevaartsector, zoals die zich heeft ontwikkeld sinds het Apollo-programma en de Spaceshuttle. Of liever gezegd: niet heeft ontwikkeld. “De sector heeft een hightech imago, maar is nogal middelmatig geworden”, herhaalt hij graag. Er zijn vooral overheidsinstanties in actief, en een klein aantal privébedrijven die werken met zeer dure en lange ontwikkelingsprocessen.

“We staan aan de vooravond van een transformatie”, meent Deper. Daarvoor zijn twee zaken verantwoordelijk: de CubeSat en SpaceX. CubeSats zijn kleine, goedkope satellieten van 10 bij 10 centimeter. Amerikaanse universiteiten werken al twintig jaar aan de ontwikkeling van die gestandaardiseerde satellietjes. De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA lanceert ze voor de universiteiten gratis in clusters, samen met de grotere exemplaren. “De CubeSats zijn satellieten van 1 tot 20 kilo, ontworpen om geïnstalleerd te worden in gesloten dozen, dispensers. We willen grotere satellieten bouwen, tussen 100 en 300 kilo”, vervolgt Benoît Deper. De satellieten van Aerospacelab moeten vijf tot zeven jaar meegaan. Om kwaliteitsredenen ontwerpt het bedrijf de onderdelen zelf, inclusief de zonnepanelen.

De komst van de Falcon-raketten van SpaceX heeft de kosten van de lanceringen gedrukt. SpaceX werkt met gezamenlijke lanceringen, de zogenoemde rideshare. Daardoor kost een lancering minder dan 1 miljoen dollar per satelliet. De Arthur-satelliet ging mee met een raket met 85 satellieten.

Olievoorraden meten

Is er een markt voor de goedkope satellieten van Aerospacelab? “De markt is groot, maar prognoses maken is moeilijk”, zegt Deper, die vroeger nog stage deed bij NASA (zie kader onderaan). Hij praat met potentiële klanten. Die komen soms uit onverwachte hoek. Zo zijn traders geïnteresseerd in realtime gegevens over bijvoorbeeld schommelingen in het aantal schepen in havens, containers, vrachtwagens, vliegtuigen. Zo hebben ze die informatie lang voor de officiële statistieken worden gepubliceerd.

Ook om de olievoorraden in de gaten te houden, kunnen de satellieten van Aerospacelob voor een grote verbetering zorgen, stelt Deper: “Concurrenten bieden voorraadbewaking aan en leveren één beeld per maand. Dat is niets. Je hebt honderden satellieten nodig om goede informatie te leveren. De evolutie van de olievoorraden kunnen we meten met een mix van optische en radarbeelden. Met thermische analyse kunnen we bijvoorbeeld het niveau van een olietank meten.”

De toepassingen van de satellieten en de analyses van het Waalse bedrijf zijn legio, maar het moeilijkste is een stabiel bedrijfsmodel te ontwikkelen, zegt Deper: “We zijn begonnen met het idee eerst een paar dozijn satellieten te lanceren en de gegevens die ze verzamelen, te verkopen. Maar naarmate we meer contacten hebben met potentiële klanten, zien we een grote verscheidenheid aan verzoeken.” Sommige zijn geïnteresseerd in de gegevens of de analyse ervan, andere willen satellieten kopen, met of zonder de lancering. Weer andere willen een component installeren op een bestaande satelliet, bijvoorbeeld voor experimenten in de medisch-farmaceutische sector.

Satellietfabriek

Om zijn bedrijf voort te ontwikkelen, moet Aerospacelab een productielijn voor satellieten bouwen. Benoît Deper is het dossier voor de fabriek aan het afronden. Waar ze komt, wil hij nog niet zeggen. “Maar het zal in Wallonië zijn”, belooft hij.

Tegen 2024 moet de fabriek klaar zijn, in 2025 start de productie. “Wij willen twee satellieten per dag bouwen, dus tot 440 satellieten per jaar”, stelt Benoît Deper. In afwachting bouwt Aerospacelab een kleinere productielijn in de voormalige Shell-onderzoeksgebouwen in Louvain-la-Neuve. “Daar willen we twee satellieten per maand produceren.”

Daarvoor heeft het bedrijf extra middelen nodig. In 2018 zamelde Aerospacelab 11 miljoen euro in, onder meer bij de Franse durfkapitalist Xange, SRIW en businessangels. Tegen het einde van het jaar zou er een nieuwe kapitaalverhoging volgen.

‘Ik tekende vroeger ruimtetuigen’

De ruimte interesseert Benoît Deper al heel lang. “Toen ik klein was, tekende ik ruimteveren”, zegt hij. Die interesse bepaalde ook zijn studiekeuze: hij studeerde voor burgerlijk ingenieur aan de UCL. Daarna volgde hij opleidingen Supaero (École nationale supérieure de l’aéronautique et de l’espace) in Toulouse. Hij liep stage bij de NASA en de ESA.

Drie jaar lang werkte hij mee aan Swiss Space Systems. Die start-up, die in 2012 werd gelanceerd, zou een shuttle ontwikkelen die vanuit een vliegtuig kan worden gelanceerd om satellieten los te laten of passagiers in suborbitale vlucht te vervoeren – ruwweg wat Virgin Galactic doet. Door geldgebrek – “Er zouden honderden miljoenen, zo niet een miljard euro nodig zijn geweest” – werd het project stopgezet.

Benoît Deper overwoog vervolgens een MBA aan IMD in Lausanne. “Ik gaf het op, en vroeg toen om daar onderzoekswerk te doen”, dat bestond uit het ontwerpen van de fundamenten van wat later Aerospacelab zou worden. Bij IMD kreeg de ingenieur ook een beter inzicht in de zakelijke kant van de ruimtevaartmarkt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content