Daan Killemaes
‘Banken blijven met te veel om te falen’
“Het is nog te vroeg om banken uit te roepen tot bakens van stabiliteit. Het banksysteem zal altijd een weke onderbuik hebben, zeker in Europa”, zegt Trends-hoofdredacteur Daan Killemaes.
“De volgende financiële crisis zal niet bij de banken beginnen”, zei Vítor Constãncio vorige maand in Brussel op een bijeenkomst van CFA Society Belgium, een organisatie van financiële professionals.
“Sinds de crisis van 2008 zijn de kapitaalbuffers van de banken verdubbeld. Die buffers zijn voldoende hoog, ook als rekening wordt gehouden met een aanhoudende lage rentemarge en povere economische groei in Europa”, zei de Portugees die afzwaait als vicevoorzitter van de Europese Centrale Bank.
Het moet gezegd, de meeste Europese banken hebben hun best gedaan om een herhaling van zetten te voorkomen. Ze hebben niet alleen heel wat puin van het verleden geruimd, ze hebben ook de dijken verhoogd om de volgende storm te overleven.
De voorbije tien jaar hebben de Europese banken 500 miljard euro extra kapitaal opgehaald, berekende het databureau Dealogic. Dat komt overeen met ongeveer de helft van de huidige beurskapitalisatie van de Europese banken.
Veel plezier hebben de aandeelhouders nog niet beleefd aan die herstelwerken. De banken noteren als sector nog de helft onder hun beurskoersen van begin 2008. De markt oordeelt dat er nog altijd aandeelhouderswaarde wordt vernietigd, want de beurswaarde van de banken is vaak lager dat hun boekwaarde. Dat mag ook niet verbazen, gezien de nog altijd vrij povere rendabiliteit van de meeste Europese banken.
De ene bank is de andere niet
In het eurogebied blijft het rendement op eigen vermogen haperen op 5 procent, terwijl aandeelhouders toch een rendement van 8 à 10 procent vragen om de kapitaalkosten te vergoeden. Toch groeit de hoop dat het ergste achter de rug is.
De winsten kunnen stijgen als een hogere economische groei uitmondt in een gestage stijging van de rentevoeten, en als kostenbesparingen en consolidatie de efficiëntie aanscherpen. Instellingen die andere bedrijven minutieus doorlichten voor ze krediet geven, hebben dus zelfs tien jaar na een bijna-doodervaring hun huiswerk nog niet af.
Banken blijven met te veel om te falen
De ene bank is de andere niet. In Europa blinken de Belgische banken uit, met dank aan de crisis die hier zwaar toesloeg en hen verplichtte zwaar bij te sturen. Vandaag boekt de Belgische banksector een rendement van 10 procent op het eigen vermogen, met stevige kapitaalbuffers.
Aan de andere kant van het Europese bankspectrum moet een grootbank als Deutsche Bank, hoe absurd die vaststelling ook is, nog beginnen aan de herstructurering. De bank modderde tien jaar aan, versleet drie CEO’s en neemt pas nu afscheid van de dure ambitie de grootste zakenbank ter wereld te worden. Voor de aandeelhouder was Deutsche Bank al die tijd een zwart gat. De beurswaarde is lager dan de 30 miljard euro vers kapitaal die ze voorbije decennium heeft opgehaald.
Het is nog te vroeg om banken uit te roepen tot bakens van stabiliteit. Het banksysteem zal altijd een weke onderbuik hebben, zeker in Europa, waar een aantal tere punten niet opgelost raakt. Zo dragen de Europese banken nog een portefeuille van 900 miljard euro slechte leningen mee.
De afbouw loopt heel moeizaam, ondanks een aantal inspanningen en het economische herstel in Europa. Ook de gevaarlijke doom loop tussen banken en hun overheden is nog niet uit de wereld geholpen.
Vítor Constãncio: “De enige oplossing is de creatie van een Europese veilige obligatie. Maar daarmee bedoel ik geen euro-obligatie. Euro-obligaties veronderstellen een Europese Unie die er nog niet is.”
‘Too big to fail’
Ook het kwalijke too big to fail is nog niet verholpen. Veel banken, nog meer dan in 2008, kunnen dankzij hun omvang en hun belang voor het systeem nog altijd op een impliciete overheidsgarantie en dus subsidie rekenen. Op papier incasseren de obligatiehouders voortaan de klappen en blijft de belastingbetaler buiten schot, maar in de praktijk blijft de overheid impliciet borg staan voor het banksysteem.
Vítor Constãncio: “Bij een crisis blijft de ellende nooit beperkt tot een enkele instelling. Het probleem is er een van too many to fail. Uiteindelijk zal de overheid altijd de ultieme risicomanager zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier