‘Zonder biomassa haalt België de Kyoto-norm niet’
“We kunnen de Kyoto-doelstellingen halen. Maar niet als de spelregels elk jaar veranderen.” De producenten van energie uit biomassa maken zich zorgen over het subsidiesysteem.
Het imago van onze sector wordt in hetzelfde bad gestoken als dat van de zonnepanelen”, vinden Werner Annaert, algemeen directeur van de federatie van bedrijven voor milieubeheer (Febem), en Francies Van Gijzeghem, projectleider van het Bio-Energieplatform van de hernieuwbare-energiefederatie ODE. “Maar biomassa heeft een specifieke plaats, met bijvoorbeeld veel variabele kosten. Zonnepanelen werken wanneer de zon schijnt, windmolens wanneer de wind blaast. Wij blijven afhankelijk van de prijs van onze biomassa, en daar wordt te weinig rekening mee gehouden.”
Vlaams minister van Energie Freya Van den Bossche kondigde bij de herziening van het subsidiesysteem voor hernieuwbare energie eerder dit jaar aan dat er een grondige evaluatie zou volgen, die in 2012 haar beslag moet krijgen. “In het energiedecreet was een evaluatie gepland voor 2012. We hebben die vervroegd naar dit jaar: al de stakeholders ondervraagd, studies laten maken door de energieregulator VREG en het Vlaams Energie Agentschap (VEA)”, weet woordvoerder Gorik Van Holen. Het beleidsadvies van VREG en VEA loopt normaliter midden deze maand binnen. Daarna volgt politiek overleg, om wellicht in nieuwe regelgeving uit te monden in het najaar van 2012.
Dat maakt de producenten van duurzame energie uit biomassa bezorgd. Sommige installaties komen nu al in de problemen. Er is naar schatting een potentieel van ruim 5 miljoen ton biomassa per jaar, maar lang niet al die massa kan worden verwerkt of is geschikt voor verwerking. Het is zoeken naar de betere (afval)stromen, en dat verhoogt de prijzen.
Subsidies
Daarnaast speelt vooral de aanpassing van de overheidssubsidies de sector parten. Van Gijzeghem: “We moeten eerlijk zijn: subsidies zijn momenteel de belangrijkste motor achter veel van deze investeringen. Tegelijk weet iedereen dat die op termijn uitdoven. Volgens studies kunnen die projecten ergens rond 2030 concurrentieel zijn zonder overheidssteun, maar tot dan is het een kwestie van die technologie levensvatbaar te maken. Er wordt snel gesproken over windfall profits, maar geen enkel bedrijf is graag afhankelijk van subsidies. Die blijven een zwaard van Damocles dat boven het hoofd hangt. Terwijl er absoluut nood is aan nieuwe biomassacentrales.”
Daarom bundelden A&S Energie, Colruyt-Fraxicor, Electrawinds en Stora Enso eerder al hun krachten. Samen met de bedrijfsfederaties Comeos (ex-Fedis, federatie voor handel en diensten), Febem en ODE werkten ze een voorstel uit om het ondersteuningssysteem te herbekijken. Annaert: “Drie elementen staan daarbij voorop: zekerheid voor de investeerders, kostenefficiëntie en de wil om de hernieuwbare-energiedoelstellingen te bereiken. Om dat te doen, kunnen we niet zonder biomassa. Biomassa blijft de goedkoopste vorm van groene energie.”
Nieuw systeem
De initiatiefnemers pleiten voor een dubbele aanpak. Voor bestaande installaties worden geen aanpassingen doorgevoerd aan het systeem, zodat niet wordt geraakt aan de rechtszekerheid. Mochten die door het nieuwe subsidiesysteem worden benadeeld, dan kunnen ze ervoor kiezen ook over te stappen op het nieuwe systeem, maar zodra die stap gezet is, is er geen weg terug.
Het nieuwe systeem gaat uit van groenestroompremies die voor alle hernieuwbare-energie-installaties hetzelfde zijn. Omdat niet alle installaties hetzelfde zijn, wordt de concrete bijdrage in overleg met de sector gecorrigeerd door een T-factor, die rekening houdt met de verschillende technologieën. Zo wordt een onrendabele top berekend, zeg maar de steun die een installatie nodig heeft om rendabel te kunnen werken.
Dit is een pleidooi voor vereenvoudiging, meent Van Gijzeghem. “Voor iedereen een correcte steun op basis van realistische berekeningen. Het heeft geen zin te blijven werken met een onrendabele top uit 2004. De markt en de technologie zijn sindsdien volledig anders. Nu wordt de onrendabele top om de drie jaar berekend. Dat is te lang: wij pleiten voor een jaarlijkse berekening, of maximaal om de twee jaar.”
Bovendien zou het systeem moeten worden gekoppeld aan de levensduur van de installaties. “Al kunnen we er begrip voor opbrengen om er een maximale looptijd van twintig jaar aan te koppelen. Je spreekt hier tenslotte over zware investeringen: voor een centrale van 25 megawatt zit je snel aan 85 miljoen euro.”
Overgangsmaatregelen
“Mocht het nieuwe systeem pas na 2012 worden ingevoerd, dan zijn er overgangsmaatregelen nodig”, meent Annaert. Want niet alleen de installaties die biomassa verbranden hebben kopzorgen, ook de bedrijven die biomassa vergisten delen in de klappen. Van de 26 vergisters opereert volgens hem de helft met verlies. Van Gijzeghem: “De certificatenmarkt ligt lam. De marktwaarde van groenestroomcertificaten is de jongste twee jaar met ruim 15 procent gedaald.”
“De biomassa die ze aankopen om te vergisten, is goed voor 45 tot 55 procent van hun kosten”, pikt Annaert in. “Bovendien moeten ze blijven investeren: strengere wetgeving, beperken van geurhinder. Iedereen heeft opstartproblemen: dat is zeker zo met nieuwe technieken. Er zijn al meerdere branden geweest bij de nabehandeling van het digestaat, het restant na de vergisting. Je moet dus ook investeren in technologieontwikkeling en het voorkomen van dat soort incidenten.”
Dat maakt dat de leefbaarheid van verschillende installaties in gevaar komt. “Nog meer uitstel kan voor hen het definitieve einde betekenen. Er wordt vaak beweerd dat groene energie te veel kost, maar intussen zijn er wel investeringen gebeurd of zijn die aan de gang. Green Power Merksplas ligt stil omdat het onrendabel is om op te starten, maar er zijn al wel investeringen gebeurd, en Elia heeft er een kabel getrokken om de installatie aan te sluiten op het hoogspanningsnet. Continuïteit is van levensbelang. Onze indruk is dat de overheid wel oor heeft voor onze verzuchtingen, maar in haar beleid de sector niet tegemoetkomt.”
LUC HUYSMANS
Van de 26 vergisters opereert de helft met verlies.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier