Zinken vrijbuiters

Frederic Eelbode medewerker Trends

San Marino en Andorra kent iedereen, maar weinigen weten dat ook in ons land meer dan een eeuw een ministaatje lag. Neutraal Moresnet ontstond toen het keizerrijk van Napoleon verdween. Zowel de Nederlanders als de Pruisen claimden het gebied waar een rijke zinkmijn lag.

Meer info over Neutraal Moresnet en het Göhltalmuseum staat op www.moresnet.nl

In de lagere school leren we allemaal dat de Oostkantons bij België werden gevoegd ter compensatie van de geleden schade van de Eerste Wereldoorlog. “Wel, dat klopt niet helemaal”, vertelt Sylvie Fabeck van het Göhltalmuseum in Kelmis. “Wij maakten nooit deel uit van het Duitse Rijk. Tussen 1816 en 1919 waren wij neutraal.”

Kelmis ligt aan het Drielandenpunt van België, Nederland en Duitsland. “Onze officiële taal is het Duits, maar we spreken hier Plattdüütsch, iets tussen het Limburgs en het Hoogduits. Toch trekken we ons ook goed uit de slag in het Nederlands en het Frans. We moeten wel, want we gaan bij wijze van spreken naar de bakker in Duitsland en naar de slager in Nederland. Voor ons was de euro een echte zegen”, lacht Fabeck. “Honderd jaar geleden was het nog ingewikkelder, want toen had Neutraal Moresnet zelfs een eigen munt.”

Juridisch vacuüm

“Het dorp Moresnet werd tijdens het Congres van Wenen in 1815 in drie stukken gedeeld, wijst Frau Fabeck aan op een maquette. “De Nederlanden kregen het westelijke deel met het gelijknamige dorp Moresnet. Dat werd later Belgisch. De Pruisen kregen het oostelijke deel. Daar ontstond het nieuwe dorp Preußisch-Moresnet, dat later Neu-Moresnet werd. In het midden, rond de zinkmijn Altenberg, lag de twistappel met het mijnwerkersdorp Kelmis, een gebied in onverdeeldheid tussen Pruisen en Nederland.”

“Een nieuwe staat werd dat Neutraal Moresnet officieel niet, het kwam eerder in een juridisch vacuüm terecht. Het dorp werd gemeenschappelijk bestuurd door een Pruisische en een Belgische commissaris. In de praktijk was de burgemeester het ‘staatshoofd’ en de inwoners moesten zich houden aan de wetten van het verdwenen Franse keizerrijk.”

Als twee honden vechten om een been, dan loopt de derde ermee heen. “In Neutraal Moresnet was dat zeker het geval. De inwoners zochten uit wat hun het beste uitkwam, de dienstplicht bijvoorbeeld. Jonge mannen mochten kiezen voor het Belgische of het Pruisische leger. Aangezien de Belgische dienstplicht korter was, kozen ze massaal voor België. In de praktijk konden ze tot 1847 aan de dienstplicht ontsnappen, wat van Mores-net een erg populaire domicilie maakte.”

“Neutraal Moresnet was bovendien een fiscaal paradijs. Je koos voor elk product gewoon het interessantste fiscale stelsel. Dat lokte heel wat smokkelaars. Ze hadden het niet moeilijk om de weg Luik-Aken over te steken en van Mores-net naar Pruisen te lopen, er werd zelfs een speciale tunnel onder de weg aangelegd.”

Wettelijk moest het handelsverkeer in Moresnet in Franse frank verlopen, feitelijk waren de munten van de buurstaten in omloop. “Dat bleef ook zo toen in 1848 een plaatselijke munt werd geslagen. Op een stuk van 2 frank hier in het museum, met de wapenschilden van België en Pruisen en op de andere kant de profielen van de twee regerende vorsten, kan je duidelijk lezen ‘commune libre de Moresnet’.”

Esperantostaat

“In 1886 werden eigen postzegels uitgegeven, maar daar staken de commissarissen na twee weken een stokje voor. Volgens de Franse wet was de organisatie van een postdienst een staatsmonopolie. De Belgische en de Pruisische postbodes zetten dus gewoon hun werk voort en de inwoners kochten Belgische postzegels voor post naar België, Pruisische voor post naar Pruisen.”

Een eigen postdienst voor een gemeente van 2700 inwoners en 800 gezinnen lijkt absurd, maar het kwam tegemoet aan het onafhankelijkheidsstreven van dokter Wilhelm Molly. “De hoofdgeneesheer van de zinkmijn was een aanhanger van de Esperantobeweging. Hij hoopte dat het neutrale grondgebied op het kruispunt van drie taalgebieden en drie staten kon uitgroeien tot een soort Esperantostaat.”

Zover kwam het niet, want vanaf 1885 gingen stemmen op om de neutraliteit op te geven. De zinkmijn was uitgeput en dat zette een rem op de inkomsten. De Eerste Wereldoorlog loste de kwestie vanzelf op. De Neutralen werden bij België ingelijfd. “Zonder al te grote problemen. Ze werden nog liever Belg dan Pruis, want van Pruisen houdt werkelijk niemand”, lacht Fabeck. ?

FREDERIC EELBODE

“Neutraal Moresnet was een fiscaal paradijs. Je koos voor elk product gewoon het interessantste fiscale stelsel”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content