Ze scoren op verplaatsing

Erik Bruyland Erik Bruyland is senior writer bij Trends.

Op de vraag wie hij tijdens de voetbalmatch België-Turkije op 19 juni zal aanmoedigen, lacht Pehlivan Hamza: “Dat de beste moge winnen.” Hij weet wel beter: op zakelijk vlak scoren jonge Turkse ondernemers in Gent het ene doelpunt na het andere.

Met zijn diploma van industrieel scheikundige werkte Hasan Çakir (27) enkele maanden in vaste dienst als laborant bij Alcatel. Een prima baan, maar hij zag een gat in de markt. Met zo’n 10.000 vormen de Turken de grootste allochtone gemeenschap in Gent. Heel wat van hen stuiten op onbegrip wanneer ze bij een makelaar aankloppen voor een hypothecaire lening. In juridische zaken ontstaan er misverstanden omdat de tolk over het jargon struikelt. Hasan wilde die doelgroep “extra gaan verzorgen”. In april 1995 hing hij het bordje Has Krediet in het uitstalraam van een pand in een wijk waar nogal wat Turken leven. Has Krediet werd verzekeringsagent voor Axa, AG en Mercator & Noordstar, en ontpopte zich voor heel Oost-Vlaanderen zelfs tot de grootste makelaar van Nationale Suisse en tot een van de belangrijkste hypothecaire agenten van het CBHK.

De wachtzaal van

Has Krediet is bevolkt met klanten uit het Gentse, maar ze komen ook uit Brussel, Antwerpen en zelfs Noord-Frankrijk. “Omdat ze hier in hun eigen taal terecht kunnen en problemen rustig en uitvoerig mogen worden besproken. 95% van de cliënteel is Turks. Het personeel spreekt Nederlands en Turks,” zegt Hasan in perfect Nederlands zonder nadrukkelijk Gentse klanken. Het makelaarskantoor draait een jaaromzet van 10 miljoen frank aan commissielonen en zo’n 400 miljoen uit de verkoop van verzekeringsproducten. “Zonder te adverteren. Mond-aan-mondreclame volstaat.”

Of volstond. Vorig jaar sprongen twee jonge Turken met elk hun eigen verzekeringsagentschap in hetzelfde gat. Hasan Çakir voelt de concurrentie, maar tegelijk verheugt hij zich erover: “Ik zie almaar meer jonge Turken kiezen voor een eigen zaak. Ze komen bij ons om raad. Wij geven ze graag een starterskrediet, waarvoor familie en kennissen in België of in het buitenland borg staan. Niet om te beginnen met de zoveelste pitazaak, maar voor een koeriersdienst, een meubelzaak of een aannemersbedrijfje.”

De grootbakkerij Altin (10 miljoen omzet), de meubelgroothandel Meubelcrash (35 miljoen omzet) en vleesleverancier Melita Meat (40 miljoen omzet) horen in dezelfde categorie van zelfstandige ondernemers die de traditionele groentewinkel, de tapijtenzaak of het pitarestaurant overstijgen. En die ook stilaan de eigen Turkse kring ontgroeien. Alle drie zijn ze oorspronkelijk gestart om in te spelen op specifieke behoeften van de Turkse gemeenschap: Turks brood of halalvlees (van dieren die volgens de islamregels zijn geslacht) voor kebab- en shoarma-eethuisjes, of meubilair met een mediterrane toets.

Maar Altin bevoorraadt ook Belgische restaurants. Meubelcrash bouwde een 70/40-verhouding op in Belgische versus Turkse clientèle. De kapperszaak Selami bloeide open tot een verzorgingsinstituut met hamam en sauna voor een ruim publiek. En de streek Zele-Lokeren staat bij alle gemeentebesturen van het land bekend als dé uitvalsbasis van aannemersbedrijfjes voor openbare werken. De jongste vijf jaar werden in die regio door Turken minstens 25 dergelijke bedrijfjes opgericht. Ze rukken uit in opdracht van intercommunales of van Belgacom en Electrabel om voetpaden open te breken, kabels en leidingen te trekken of herstellingswerken uit te voeren. “Het zijn doorgaans dertigers die soms omzetten van 100 miljoen halen. Enkelen hebben tot zestig man in dienst,” zegt Hasan Çakir.

Melita Meat blijft

met zijn halalvlees wel bijna uitsluitend binnen de moslimcultuur, maar onderscheidt zich dan weer met ambitieuze plannen. Zaakvoerder Haci Kali investeerde dit jaar, via bankleningen, 40 miljoen frank in een nieuwe halalproductiehal in Antwerpen. De klantenkring strekt zich uit tot Brussel en Melita Meat levert vanuit Gent en Antwerpen met vier eigen bestelwagens. In minder dan tien jaar werkte Kali (28) zich op van restauranthulpje in een Turks eethuis tot zelfstandig ondernemer. Hij kwam in 1991 naar Gent om te trouwen. Na één jaar begon hij een kleine snackzaak en in 1995 ontwaarde hij een niche in halalvlees.

Pehlivan Hamza (34) van bakkerij Altin zegt dat hij twintig uur per dag werkt, zeven dagen op zeven. Hij begon zijn bakkerij in 1992. Vorig jaar startte Hamza een tweede zaak op: een groothandel in fruit en groenten, Imparator, met zes mensen en een omzet van 1 miljoen frank: “We bouwen vier verkooppunten uit, importeren momenteel uit Spanje en zijn bezig ook vanuit Turkije groenten aan te voeren. We onderhandelen met een Duitse afnemer van Belgische appelen en peren.” Het kapitaal komt grotendeels van een Turk die ook elders in Europa zaken doet.

Er ontstaan meer van dit soort kruisbestuivingen via Betiad, de vereniging van Turkse zakenlui in België, die een honderdtal ondernemers groepeert, onder wie zes leden uit Gent. In alle buurlanden bestaan zusterorganisaties van Betiad. Op maandelijkse bijeenkomsten wisselen de zakenlieden van gedachten over, bijvoorbeeld, opportuniteiten over de staatsgrenzen heen: “Het zijn jonge ondernemers die zich in de eerste plaats Europeaan voelen en Turk in tweede orde,” weet Hasan Çakir. ‘Europeaan’, want hoewel zij zich thuis voelen in hun nieuwe vaderland, de taal beheersen en uitdrukkelijk hun toekomst in Europa plaatsen (niet in Turkije), voelen de meesten zich in mindere mate Belg, Nederlander of Duitser. Op de vraag wie hij tijdens de voetbalmatch België-Turkije zal aanmoedigen, lacht Pehlivan Hamza: “Dat de beste moge winnen.”

Pehlivan is minder

optimistisch dan Hasan Çakir over de ondernemerszin van de jonge Turkse starters. Hij vreest dat de motivatie ontbreekt. Volgens Pehlivan dromen steeds meer jongeren uit de Turkse gemeenschap van een eigen zaak omdat ze bij hun zoektocht naar werk voortdurend op een muur botsen (zie kader: Doel gemist). “Bovendien gaat het nogal eens mis bij gebrek aan kapitaal,” zegt Huseyin Kekec, de baas van Meubelcrash. Voor zijn meubeltoonzaal van 2000 vierkante meter had Kekec een kapitaal van 25 miljoen. “De meeste starters beginnen met minder dan 500.000 frank en zonder ervaring. Ze hebben geen geld voor investeringen en kunnen niet doorgroeien. Maar vooral ontbreekt het hen dikwijls aan ambitie. Als er per maand netto 50.000 à 60.000 frank binnenkomt, is dat mooi genoeg. En wanneer er zich dan onvoorziene complicaties voordoen, gaat de zaak over de kop.”

Toch vindt Huseyin Kekec het belangrijk dat jonge allochtonen zien “dat je ook op een legale manier snel een Mercedes kan verdienen”.

erik bruyland

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content