Is het ACW kandidaat voor de politieke herverkaveling? Speelt het evangelie onversneden een rol in de strategie? Zoeken de leden meer dan een vlotte dienstverlening? Is een job bij een werknemersvereniging aantrekkelijk? Theo Rombouts geeft de antwoorden.
Het ruime, lichtkleurige kantoor van Theo Rombouts moet niet buigen voor dat van een PDG van een Belgische multinational. Een kloek bureau, ruime kasten, een vergadertafel waarop men kan biljarten. De christelijk-sociale topman heeft zichtbaar een kruisbeeld staan. Hij leidt het ACW, de koepel van christelijke werknemersorganisaties die via zijn vertakkingen 1,6 miljoen leden telt (de Christelijke Mutualiteit op haar beurt bereikt 3,5 miljoen leden). Een grandioze pot sociaal kapitaal.
Na de verkoop van het vakbondsgebouw aan de Wetstraat belandden de 1200 medewerkers van het ACW en zijn neven- en zusterverenigingen in Schaarbeek in Aeropolis, een pand dat oorspronkelijk bedoeld was als kliniek en een bewogen geschiedenis achter de rug heeft. In de gangen en vleugels van de building zoemt een progressieve bijenkorf. In het jaarverslag 1999-2000 verschijnen de volgende deelorganisaties: ACV, KWB, KAJ, Groep Arco & VDK, Christelijke Mutualiteit en KBG (gepensioneerden). Familiehulp is een erkende partner en Arktos, Pax Christi Vlaanderen, Welzijnszorg en het Vlaams Centrum voor Levensvorming zijn geassocieerde partners.
Vandaag, op Rerum Novarum (‘Van Nieuwe Dingen’), wordt voor de 110de maal de pauselijke encycliek herdacht die de geestelijke grondslag legde van de christelijke sociale beweging.
TRENDS. U staat niet in de ‘Wie is Wie in Vlaanderen’, hoewel u een netwerk met minimaal 1,6 miljoen leden leidt. Moet u daar niet in? Mia De Vits verschijnt wel.
THEO ROMBOUTS (ACW). “Ik vul de vragenlijsten voor ego-boeken als de ‘Wie is Wie in Vlaanderen’ nooit in. Die vind ik flauwekul. Het ACW en zijn aangesloten verenigingen voeren geen personencultus. Wij hebben bijvoorbeeld geen erevoorzitters. De beweging is een geheel en niet het eigendom van één persoon.”
De Amerikaan Robert Putnam sprak op 12 mei aan de KU Leuven over sociaal kapitaal. Zijn boek ‘Bowling Alone’ over de onvervangbare rol van het verenigingsleven is een bestseller. U moet, als bekendste pleitbezorger van het ‘middenveld’, een gelukkig man zijn?
ROMBOUTS. “Ik ben een fan van Robert Putnam. Wat hij betoogt, vertelt het ACW al jaren. Zich inzetten voor een vereniging is toch nog wat anders dan het bezoeken van een cultureel centrum. Het ACW is een emancipatorische beweging en heeft het moeilijker dan de hobbyclubs om de leden aan zich te binden. De sociologen en wetenschappers herontdekken de waarde van de verenigingen. Lang aanzagen zij ze louter als vormen van verzuiling, en dus als ontoelaatbaar.
“Burgers die de tijd en de moeite niet nemen om met hun gezin, op het werk, in een vereniging te bouwen aan gemeenschap, zetten zich evenmin in voor de samenleving. Het is het klassieke verhaal van het kind en het badwater. Het is niet omdat er negatieve kanten kleven aan de verzuiling dat men het verenigingsleven, het zogenaamde middenveld moet bekampen of verwaarlozen. Belangrijker dan het aanleunen bij een of andere zuil is de geloofwaardigheid van het project waarvoor een vereniging staat.”
Kiezen leden van het ACW voor de beweging omwille van de dienstverlening?
ROMBOUTS. “Ja, dat werd hun eerste prioriteit. Een goede dienstverlening is geen schande. Vroeger was het bewegingsaspect belangrijker, toegegeven. Deze verschuiving verplicht het ACW om te professionaliseren en sterkere structuren op te zetten.”
U bent voorzitter van de raad van bestuur van Arco, de moedermaatschappij van Bacob, de bank van veel ACW’ers. Bacob fuseert met Dexia. Beschouwt u een arbeidersbank onder commerciële kapitalistische vleugels als een nederlaag?
ROMBOUTS. ” Bacob deed het absoluut niet slecht, maar Europees behoorden we tot de kleintjes. Concurrentie in die grote ruimte op eigen kracht zou steeds moeilijker worden. We konden, zo meenden we, hetgeen we met de arbeidersbeweging hebben opgebouwd niet laten verloren gaan. De integratie in een grotere groep leek voor ons de beste uitweg en Dexia is een interessante partner. Dexia heeft wortels die overeenstemmen met die van de coöperatieve bank Bacob. Arco, de holding boven Bacob, zal als belangrijkste aandeelhouder naast de Gemeentelijke Holding het beleid van de bank mee bepalen. De sociale gevolgen van de fusie hebben we uiteraard ernstig bekeken – we moeten het voorbeeld geven. We dwongen de grootst mogelijke waarborgen af voor de medewerkers.”
Moet de C uit ACW?
ROMBOUTS. “Wij zijn geen klerikale vereniging. Het ACW heeft weliswaar statutair een proost. Leo De Cruyenaere, ook professor aan het seminarie van Hasselt, leidt een groep van een dertigtal pastores, waaronder leken. Vroeger was de sociale leer van de kerk het allesoverheersende uitgangspunt. Christelijke en evangelische inspiratie blijft belangrijk voor mezelf en voor veel medewerkers en leden. Een enquête in 1996 leerde ons dat 44% van onze bestuursleden de christelijke inspiratie zeer belangrijk vindt als motivatie voor hun engagement in het ACW; 17% omschreef de christelijke inspiratie als belangrijk.
“Het aantal kerkgangers op zich vind ik minder essentieel. Belangwekkender is dat mensen zich in de kerk aangesproken voelen in hun zoeken naar zin. De christelijke boodschap kan een tegengewicht vormen voor materialisme, individualisme en totalitarisme. In die zin is het ACW een christelijke beweging. Iedereen die deze waarden deelt, is welkom. Veel leden zijn vandaag amper of niet kerkbetrokken, anderen zijn anders-gelovig of bewust ongelovig. Belangrijk is dat alle zoekers naar zin zich aangesproken voelen door de waarden van de christelijke arbeidersbeweging. Het gaat concreet om rechtvaardigheid, solidariteit, verdraagzaamheid en wereldburgerschap.”
Patrick Janssens van de SP roept op tot de vorming van een progressieve koepel? Hij vertelt vriendelijke dingen over katholieken. Is het ACW kandidaat voor een centrum-linkse frontvorming?
ROMBOUTS. “Ik wil niet vooruitlopen op de belangrijke ACW-raad van 16 juni. Binnen de beweging loopt nu een bevraging over onze politieke werking. Het ACW was niet in de eerste plaats een politieke beweging, wel een sociale beweging. Een té nauwe band met één partij of zelf een partij beginnen, hebben wij steeds afgewimpeld omdat het ons beter leek onze belangen niet ondergeschikt te maken aan partijpolitieke prioriteiten. Op het congres van 1995 over ACW en politiek werd nogmaals beklemtoond dat het ACW zijn standpunten onafhankelijk wil verwezenlijken, los van de partijpolitieke situatie.
“Bovendien is het maatschappelijk draagvlak van onze bestrevingen breder als je samenwerkt met andere sociale bewegingen en organisaties. Het ACW beperkt zijn contacten al lang niet meer tot de mandatarissen van één partij. Dat gezegd zijnde, biedt het voordelen om een gestructureerde vertrouwensrelatie te hebben met de mandatarissen van één beleidspartij. De traditionele samenwerking met de CVP was daarbij een pluspunt.”
Robert Michels is nog steeds onklopbaar in zijn analyse van de overheersing van de technocraten op de leden van een organisatie. Is ‘Democratie en Organisatie’ van 1911 favoriete lectuur in dit huis? En kijkt de draak van de oligarchisering mee om de hoek?
ROMBOUTS. “Ik ben geen potentaat. Het dagelijks bestuur van het ACW telt tien leden en vergadert om de veertien dagen. Parallel is er een vergadering met de aangesloten verenigingen. Bovendien hebben de voorzitters van deze verenigingen veel spontane contacten. Om de vier jaar zijn er bestuursverkiezingen. Misschien zijn wij voor het probleem van de oligarchisering van organisaties wat bedrijfsblind en moeten we er meer aandacht aan besteden.
“Het voorzitterschap van het ACW wordt om de vier jaar hernieuwd. De start van een voorzitterschap is een vertrouwelijk verslag van het bestuur op basis waarvan men wordt voorgedragen. Het congres van het ACW kiest uit de voordrachten en de ledenorganisaties hebben het recht van voordracht. Bij mijn verkiezing in 1988 waren er verschillende kandidaten. Na een verkiezing wordt men om de vier jaar opnieuw op de rooster gelegd; alleen als de congresleden tevreden zijn, kan het mandaat worden verlengd. Ik ben bezig aan de derde cyclus van vier jaar en er is statutair geen leeftijdsgrens vastgelegd.”
Werkt u aan meer ‘corporate governance’ bij het ACW?
ROMBOUTS. “Ik stel geregeld de vraag of we wel voldoende doorzichtig zijn. De top van het ACW is geen clubje dat zomaar iets bedisselt. Een beursgenoteerde onderneming heeft een bekendere en publieker georganiseerde transparantie wegens het beroep dat zij doet op het spaargeld. Het ACW heeft zijn type van corporate governance en ik ben geen alleenheerser.
“Voor de sociale verkiezingen brengen we 62.000 kandidaten in de strijd. De bestuursbladen van de ACW-familie belanden bij 200.000 bestuursleden en die zijn sociaal geëngageerd en actief in de besluitvorming. De leiding van het ACW zit permanent onder het vergrootglas. Geen avond gaat voorbij in Vlaanderen of in elke gemeente discussieert een groep die verbonden is met het ACW. Misschien ook over de voorzitter. Dat hoort zo. Wij zijn democraten in hart en nieren en onze actie tegen extreem-rechts is geen modieuze bevlieging.”
Het ACW is werkgever en zoekt talent. Bent u een aantrekkelijke patron?
ROMBOUTS. “Het ACW heeft 250 mensen in dienst, die verspreid werken over het hoofdkantoor en de dertien regionale verbonden. Dat aantal van 250 is vrij stabiel. We herorganiseren intern het werk wel meer in clusters rond bepaalde expertises. De stafmedewerkers zijn gespecialiseerd in het werk aan de basis of het aanmaken van dossiers. Onze deskundigheid is om de dossiers op de politieke en maatschappelijke agenda’s geplaatst te krijgen. De Vlaamse Sociale Week, met 700 deelnemers, is een ACW-project voor de hele beweging. Om de twee jaar kijken we naar belangrijke wendingen in de samenleving. In 1997 kwam het thema globalisering aan bod, in 1999 mobiliteit, in december 2001 het levenslang leren.”
Zijn de KAJ en de Sociale Hogescholen de kadettenscholen van de christelijke werknemersvereniging?
ROMBOUTS. “We kijken naar het arbeidsaanbod van de WIS-computer en plaatsen de vacatures in de bladen van de beweging. Op personeelsadvertenties in het grootste bewegingsblad – Visie, met een oplage van 1,2 miljoen exemplaren – krijgen we soms honderden reacties. We rekruteren vandaag rechtstreekser dan vroeger. Ik ben geen oud-Kajotter. De KAJ of de Sociale Hogescholen, met hun afdelingen Vakbondswerk, zijn zeker niet meer de kanalen om talent voor de beweging op te sporen. De KAJ was in het verleden een boeiend en noodzakelijk alternatief voor de ontbrekende brede schoolse vorming. Vandaag is door de democratisering van het onderwijs, waarvoor de vakbonden zich zwaar hebben ingespannen, de situatie volledig veranderd. De KAJ is dus al lang niet meer dé kweekvijver voor vakbondsafgevaardigden.
“De Sociale Hogeschool in Heverlee is nu een departement van de Katholieke Hogeschool Leuven. Vroeger was zij een vzw van de Christelijke Arbeidersbeweging. Dat vergroot de afstand tussen het directe vakbondsleven en de opleiding. Ik zit wel in het bestuur van het departement Sociale School en er is dus intellectueel en organisatorisch contact, hoewel minder dan in het verleden.
“Het nepotisme en het favoritisme worden geannuleerd door een brede selectiecommissie die de kandidaten beproeft. In Aeropolis werken 1200 mensen en ook bij de bevriende verenigingen wordt talent opgespoord. Niet actief, wij zullen zelf niemand bij ze weghalen, maar spontane sollicitaties naar banen bij het ACW zijn er wel. Binnen de beweging groeit de mobiliteit, de medewerkers shoppen zoals elders op de arbeidsmarkt.”
De Vlaamse werkgevers klagen nochtans steen en been over de problemen bij het vinden van werknemers?
ROMBOUTS. “Er is geen schaarste voor onze vacatures. Een bepaald segment van de jongeren toont belangstelling voor ons soort werk. De gemiddelde leeftijd van de medewerkers is 45, ook het kader van de vrijgestelden is jong. Het aanbod is groter dan de vraag van het ACW. Ook omdat we bijvoorbeeld consequent arbeid en gezin op elkaar afstemmen. Vroeger was dat anders, toen stond een ACW’er ter beschikking op alle uren van de dag en de nacht.
“De Nieuwe Sociale Bewegingen – denk maar aan Oxfam of Broederlijk Delen – werken niet negatief voor onze rekrutering. Zij zoeken gemiddeld tien medewerkers per jaar. Onze vakbondswerking, de CM en de culturele werking trekt jaarlijks 200 nieuwelingen aan.”
Is het weddeniveau aantrekkelijk?
ROMBOUTS. “Het richtsnoer voor onze wedden is het overheidsbarema. De evaluatie van de medewerkers bij elke stap hoger op de ladder begint weliswaar belangrijker te worden, dus ontstaat automatisch een gediversifieerdere beloning en telt niet uitsluitend meer de anciënniteit. De inkomsten uit de mandaten die de medewerkers voor de beweging op zich nemen, vloeien naar de organisatie, het is geen middel om het eigen inkomen op te drijven.”
Het ACW is ook een kloeke uitgever?
ROMBOUTS. ” Visie, het ledenblad van ACV en CM, heeft een oplage van 1.250.000 en ligt niet in de kiosken zoals het blad van onze Nederlandse vrienden van het FNV. Visie is een pluspunt van het lidmaatschap van het ACV en de CM. Het ledenaantal van de beweging is 1,6 miljoen, maar een gezin met enkele leden ontvangt slechts één exemplaar. Visie wordt niet gecontroleerd door het CIM omdat er geen commerciële advertenties in verschijnen en dat zullen we zo houden. De vijf regionale bladzijden van de negentien regionale edities vallen erg in de smaak, weten we uit lezersonderzoek. De instrumentele informatie bijvoorbeeld over gezondheid en weddeschalen wordt gewaardeerd. Tweemaal per jaar vergaderen de verantwoordelijken van al onze bladen, dat zijn 35 deelnemers. Onze publicaties zijn een bindmiddel voor de 1,5 miljoen Vlaamse gezinnen van ons netwerk. De bladen verhogen de weerbaarheid, de identificatie en de mobiliseerbaarheid van de basis.”
Frans Crols