Boudewijn Vanpeteghem
Wie doet wat? Wie betaalt wat?
De federale budgetcontrole was een fluitje van een cent. Met dank aan een betere economie en Belgacom. Voor een duurzaam begrotingsherstel is het wachten op Godot. Dat komt er niet zonder grondige veranderingen. Zoals het duidelijk aflijnen wie wat doet en wie wat betaalt.
Zoiets vraagt een omvangrijke staatshervorming die in de grondwet vastlegt wat de Belgische federatie doet en al het andere in handen van de deelstaten legt.
De federatie heeft recht op meer geld. Door de betere conjunctuur moet de in hoge geldnood verkerende federale overheid meer middelen overhevelen naar de deelstaten. Vlaanderen benadrukt dat het geen grotere inspanningen wil doen om het Belgische huishouden op weg naar gezonde financiën te helpen. Het zuiden van het land beschouwt het extra geld dat ze in kas krijgt dan weer als een akkefietje gezien de vele middelen die het op tafel moest leggen door de economische crisis.
Zo komen we er nooit. We zijn nog heel ver weg van het aan elkaar knopen van de eindjes. De politici moeten knopen doorhakken en dat gebeurt beter vroeg dan laat. Feitelijk is het al laat, heel laat, en kunstmatig opgefokte bijeenkomsten van de zes regeringen die ons land telt, zullen geen zoden aan de dijk zetten.
Het vals ogende samenwerkingsfederalisme dat de politici in het Egmontpaleis tentoonspreidden, oversteeg zelfs het niveau van de perceptie niet. Triestig. Er zal niets bewegen zolang er geen zicht is op de splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde. Koninklijk loodgieter Jean-Luc Dehaene legde de deadline daarvoor op 18 april. Wordt het buigen of barsten? Krijgen we de grote kladderadatsch? Het nakende Europese voorzitterschap van ons land, in de tweede helft van het jaar, doet het tegendeel voorspellen. Het is dus niet wachten op Godot, maar op Dehaene.
Waar we niet meer moeten op wachten, zijn de pensioenplannen van de politieke partijen. Het jongste in de rij komt van CD&V. Het ziet er in Vlaanderen naar uit dat zich een meerderheid aftekent om de pensioenleeftijd te laten vallen ten gunste van een pensioenberekening op basis van de loopbaanjaren. Het zou allerminst verbazen dat ze dat onder de taalgrens niet zien zitten. Een volledig pensioen na 45 jaar werken, poneren de Vlaamse christendemocraten. Dat lijkt te veel van het goede voor een samenleving waar het een rariteit werd dat een werknemer op zijn zestigste nog aan de slag is.
Politici maken plannen. Het is alvast een begin. Daarmee is het glas een tiende vol. Nog negen tienden te gaan. Gezien het komende Europese voorzitterschap geraakt het pensioenglas dit jaar niet meer vol. Dat zal, door nakende verkiezingen, ook niet in de eerste maanden van 2011 gebeuren. Laat ons hopen dat de politieke klasse na de komende federale stembusslag eindelijk werk maakt van de grote hervormingen die het welzijn van de bevolking moeten blijven waarborgen. Onze gekozenen weten al zo lang dat er geen ontkomen aan is. De bevolking ook. Het is hoog tijd voor actie.
Boudewijn Vanpeteghem
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier