Werkgever versus werknemer
Bedrijven als Tesco, Burger King, McDonald’s en Sportsdirect werken vooral met zero hour contracts. Ook Buckingham Palace is er niet vies van. In België zijn zulke contracten nietig. Beide partijen verplichten zich tot niets, tot nul uur. Een werkgever kan op de meest flexibele wijze uren aanbieden en de werknemer kan die al even flexibel weigeren. Ideaal voor studenten, gepensioneerden of koppels met een problematische kinderoppas. Vrijheid voor beide partijen, liberalisme ten top. Zo’n contract is de natte droom van elke werkgever die werkt met grote aantallen ongeschoolde personeelsleden en schommelende volumes. De horeca, de retail, de thuisverzorging, de landbouw en koninklijke paleizen zijn typische sectoren die dol zijn op dat type contracten.
Als je sommige rechtse politici in België hoort, zou je zeggen: allen daarheen. Als je linkse commentaren beluistert, hoor je: des duivels. De voordelen voor de werkgever zijn overduidelijk: flexibiliteit en eenvoud. De voordelen voor de overheid zijn ook niet min: minder werkloosheid en jonge mensen leren arbeidsethos, plus een aantal skills op de werkplek. Dat zijn hoge opleidingskosten die de overheid niet hoeft te dragen. Ook voor de werknemer is flexibiliteit troef. Je kunt zonder meer een baan weigeren omdat het je niet past. Of voor wie een grote financiële behoefte heeft: je kunt buiten je vaste baan links en rechts nog wat extra verdienen. En als je onverwachts ontslagen wordt, is dit een goede manier om aan een volgende werkgever aan te tonen dat je een harde werker bent. Je wacht niet gewoon thuis af tot een werkaanbieding je pad kruist. De economie krijgt nog een ander voordeel: dit soort werk is een sterk wapen in de strijd tegen zwartwerk, en op die manier is de concurrentie transparanter en eerlijker.
Waarom is dit soort contract voor linkse denkers dan zo verdoemd? Uiteraard omdat de werknemer dreigt buiten de sociale zekerheid te vallen, maar vooral omdat de machtsverhouding heel erg scheef ligt. De werkgever lijkt alle macht te hebben en kan eenzijdig zowat alles veranderen. De werknemer kan alleen nee zeggen, maar hij weet uiteraard dat de werkgever hem na te veel weigeringen toch niet meer zal oproepen. Bovendien kan de werkgever heel gemakkelijk en heel snel werknemers beoordelen. Wie niet voldoet, krijgt heel flexibel minder of geen uren. Vakbonden beseffen maar al te goed dat werknemers zich in een nulurensysteem niet geroepen voelen lid te worden van een vakbond.
Het meest fundamentele kenmerk van dat soort contract is dat het risico verschuift naar de werknemer. Je merkt dat heel goed bij de pakjesbestellers. Zij worden in Groot-Brittannië vaak alleen betaald als het pakje effectief is afgeleverd. Het risico op een afwezige klant wordt afgewenteld op de werknemers, die je letterlijk ziet lopen van hun camionette naar de voordeur, om daar ongedurig aan te bellen.
Bedrijven bestaan en groeien omdat zij het risico van de onzekere markten wél aankunnen en particulieren niet. Ondernemers nemen een groot risico in ruil voor de kans op een heel grote beloning: hoge groei, status en autonomie. Als werknemers het risico nemen, gaat dat voor hen samen met net het omgekeerde: geen carrièrevooruitzichten, lage status en afhankelijkheid van de grillen van de seizoenen, de modes en de strategie van een werkgever. Dat is niet eerlijk en het linkse gedachtegoed koestert vooral rechtvaardigheid als centrale waarde.
Wie draagt het risico in deze maatschappij? Wie compenseert dat risico? En wie is verantwoordelijk? Een ongeschoolde arbeider in een wegkwijnende sector loopt meer risico dan een zelfstandige webdesigner. Economisch zijn nulurencontracten een zegen, sociaal hebben ze voor- en nadelen, maar maatschappelijk zijn ze erg betwistbaar. De consument krijgt goedkope producten en diensten, en de producent bespaart. Maar tegelijk draagt de werknemer een extra risico. Je kunt het vergelijken met outsourcing naar verre landen, terwijl veel politici zo graag kiezen voor eigen streek eerst. Maar politici worden niet verkozen op basis van het verhelderen van complexe dilemma’s. Vraag dat maar aan Hillary.
De auteur is professor-emeritus aan de Vlerick Business School.
MARC BUELENS
Het meest fundamentele kenmerk van nulurencontracten is dat het risico verschuift naar de werknemer.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier