Wereldpremière of ‘The End’?

Peter De Keyzer Econoom, ondernemer en columnist

Binnen enkele weken is Cannes opnieuw het toneel van een langverwachte première. In het weekend van 3 en 4 november wordt de rode loper uitgerold voor het wereldwijde kruim van centrale bankiers, Europese commissarissen, ministers van Financiën, internationale instellingen en regeringsleiders. Zij geven er de aftrap van wat hopelijk de oplossing wordt van de financieel-economische systeemcrisis. De finale plotwending is nog onbekend, de hoofdrolspelers alvast niet.

De Europese politici. De meest wispelturige van allemaal. Elke Europese politicus is een lokale politicus die enkele dagen per maand een Europees petje draagt. In elke van de zeventien eurolidstaten liggen de krachtsverhoudingen tussen nationale, Europese, electorale, economische en financiële belangen anders. Hét Europese beleid bestaat dan ook niet; het is een veredelde vorm van ‘ trial and error‘. Spijtig genoeg met iets te veel nadruk op het laatste element.

De Europese Centrale Bank. Zij heeft onbeperkte liquiditeiten tot haar beschikking waarmee ze het financieel-economische kruitvat ten minste tijdelijk zou kunnen ontmijnen. Hoewel dat Europese politici tijd zou geven om de gordiaanse knoop te ontwarren, zadelt het de ECB onvermijdelijk op met een structureel verlies aan geloofwaardigheid.

De banken. Na een decennialange rol op de achtergrond worden ze vandaag zonder uitzondering gecast als de slechteriken van het verhaal. Na de catastrofale crisis van 2008 trokken ze het boetekleed aan en bereidden ze zich voor op de strenge Basel III-regels. Bankbalansen moeten kleiner (met dus minder kredietverlening) en reservebuffers moeten groter (met dus meer kapitaal). Uitgerekend hun grote rol als financiers van de overheid komt hun nu duur te staan en vreet aan die reservebuffers. De combinatie van paniekerige markten en besluiteloze Europese politici maakt het ophalen van vers kapitaal bijzonder moeilijk en duur. Extra kapitaal kan geen schaamlap zijn voor een ontbrekend Europees beleid.

De economie. De totale politieke kakofonie over de Europese bestuurscrisis heeft het vertrouwen van investeerders, consumenten en bedrijfsleiders doen kelderen. Zwakkere groei maakt het regeringen moeilijker te saneren en te hervormen, voor banken wordt het moeilijker hun balansen te verstevigen. Meer nog: banken die risico’s afwijzen en tegelijk hun kapitaal versterken, zullen minder happig zijn om veel krediet te verstrekken. Met opnieuw alle gevolgen van dien voor de economie.

Het EFSF. Het Europese noodfonds bevat een goede 440 miljard euro, betaald door de lidstaten. Om de financiële markten op afstand te houden, is het noodzakelijk dat het relatief kleine EFSF uitgroeit tot een ‘EFSF-zilla’ van een paar duizend miljard euro. Daarover is echter nog altijd grote onenigheid.

Griekenland. Hoewel het land aanvankelijk een hoofdrol opeiste in de crisis is het nu eerder verworden tot een figurant. Vooral een symbool van een falend Europees beleid in de afgelopen jaren en maanden.

De ontknoping van het verhaal wordt begin november gepresenteerd op de G20-top in Cannes. Tot hiertoe is het scenario alvast niet geschikt voor mensen met een zwakke maag. In nauwelijks twee jaar tijd is Europa erin geslaagd een budgettair en competitief probleem in een piepkleine Balkan-economie te laten ontsporen in een bestuurlijke chaos die de hele wereld in een Grote Recessie kan storten en het hele Europese economische weefsel kan vernietigen. In theorie is het zonneklaar wat er moet gebeuren. In volgorde van dringendheid: een groter en sterker Europees noodfonds, het versterken van de buffers van de banken, een veel strenger toezicht op het economische en budgettaire beleid van de lidstaten en het onderling socialiseren van de Europese overheidsschulden door euro-obligaties. Om alles soepel te laten verlopen, moet dat alles in de tussentijd door de Europese Centrale Bank worden overgoten met grote dosissen liquiditeiten.

Dat is de theorie. Garandeert dat een goede afloop? Absoluut niet. De catastrofaal hoge kostprijs van een slechte afloop is de enige hoop die we hebben op een oplossing. Ondertussen is het bang afwachten tussen hoop en vrees: krijgen we een feestelijke première of stevenen we af op ‘The End’?

De auteur is hoofdeconoom bij BNP Paribas Fortis.

PETER DE KEYZER

In nauwelijks twee jaar tijd is Europa erin geslaagd een budgettair en competitief probleem in een piepkleine Balkan-economie te laten ontsporen in een bestuurlijke chaos die de hele wereld in een Grote Recessie kan storten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content